Interview: De verstilde tinten van Egbert Derix

Symfo gestript voor algehele bezieling

Michel Scheijen ,

De Limburgse pianist Egbert Derix serveerde met zijn album 'Paintings In Minor Lila' niet alleen één van de muzikale verwennerijen uit 2012, hij produceerde tegelijk een eerbetoon aan Marillion van een zeldzaam, filosofisch elan. Zijn muzikale charme raakte zowaar bij enkele leden van Marillion een gevoelige snaar. Zowel Steve Hogarth en Fish leverden zonder veel kapsones hun artistieke bijdrage aan het project. 3voor12 limburg tracht het geheim achter het succes van Egbert’s eerste soloplaat te ontrafelen.

Wat is de artistieke uitdaging achter Paintings In Minor Lila?
“De uitdaging was om een hele persoonlijke plaat te maken. Echt een plaat die voor mij voelt als een solo-cd. Eigenlijk ben ik niet op zoek gegaan naar een project, maar heeft het project mij gevonden. Ik was in de studio met Iain Matthews (Fairport Convention, Plainsong) bezig aan een strijkkwartet. Zoiets was volkomen nieuw voor mij. Toen dacht ik hoe mooi het zou klinken wanneer ik een Marillion-compositie zou bewerken voor strijkers. Het Marillion-repertoire ken ik door en door. Ik ben fervent liefhebber vanaf mijn zestiende. Ik schreef een strijkersarrangement voor ‘Blind Curve’ van Misplaced Childhood en nam dit op. Het klonk voortreffelijk. Toen wist ik dat ik de combinatie moest leggen tussen piano en een strijkkwartet met Marillion als de rode draad. Marillion is een symfonische rockband. Het fundament rust op gitaarspel, synthesizers, en verhalende teksten. In het begin vond ik het juist de uitdaging een plaat te maken met dat type muziek, maar dan juist zonder gitaar, synthesizer, en tekst. Het project ging zijn eigen leven leiden. Nadat zanger Steve Hogarth (Marillion) ging meewerken, wilde ik voormalig zanger Fish ook erbij betrekken. En dat is me ook nog gelukt!”

Hoe heb je Fish kunnen strikken voor een bijdrage aan Paintings..?
“Ik geloof in de bewering dat op het moment dat je keuzes maakt of dingen hardop uitspreekt, ze ook waarheid worden. Anderhalf jaar geleden zei ik tegen een aantal mensen dat het de opzet was om Fish te laten meewerken aan Paintings... Iedereen beweerde dat dit nooit zou lukken. Eerst liet ik Steve Hogarth een stukje van mijn muziek horen. Niet om hem lekker te maken voor het project, maar gewoon voor de aardigheid. Steve was bijzonder enthousiast en wilde meewerken. Ik had die verwachting vantevoren niet. Daarna heb ik ook Fish benaderd. Hij kreeg mijn strijkersarrangement van ‘Pseudo Silk Kimono’ en was ronduit begeesterd.” 

Supertramp-saxofonist John Halliwell levert ook enkele bijdragen op de plaat. Hoe kwam die samenwerking tot stand?
“Enkele jaren geleden hoorde John muziek van mijn jazzcombo het Searing Quartet. Via de mail bestelde hij enkele cd’s, en zodoende zijn we in contact gekomen. Voor mij als Supertramp-fan is dat natuurlijk bijzonder. Voorafgaand aan een soloptreden in Amsterdam belde hij of ik kwam kijken. Na het concert hebben we elkaar ontmoet. Tijdens het gesprek voelde het meteen goed. De soortgelijke harmonie als met Iain. We spraken erover om ooit samen muziek te gaan maken. John plaatste mij op de gastenlijst voor het Supertramp-concert in Arnhem. Ik ontmoette hem backstage en hij vond dat het nu echt tijd werd om samen te musiceren. Zo kwamen we tot enkele gezamenlijke optredens. John en ik toeren dit jaar door België voor enkele jazzoptredens.“

Leende elke Marillion-compositie zich automatisch voor het arrangement dat je in gedachten had?
“Eigenlijk heb ik niets geschrapt. Je weet gauw genoeg welke stukken een melodie hebben die overeind blijft wanneer er niet gezongen wordt. De compositie ‘Blind Curve’ heeft een emotionele lading. Elke doorsnee Marillion-fan heeft een associatie met die tekst. Met de minimale aanpak tracht ik iemand die niets met die muziek van doen heeft toch te raken. Tijdens het samenstellen maakte ik de concrete overweging om geen nostalgische trip te nemen. Ik koos voor composities vanaf het debuut 'Script For A Jester’s Tear' tot en met de destijds actuele plaat 'Happiness Is The Road'. Naarmate het samenstellen en arrangeren vorderde, ben ik wat gaan experimenteren. Van 'Marbles' maakte ik drie verschillende piano-arrangementen. Ik vond ze dermate fraai dat ik ze alle drie op de cd heb gezet. Door de cd loopt ook mijn rode draad. Er staan stukken op die geen directe verwijzing naar Marillion hebben. De cd klokt bijna tachtig minuten. Derhalve verwacht ik echt niet dat mensen het in één keer van begin tot eind luisteren.“

Waarom heb je in de compositie ‘The Space’ een element van ‘Eleanor Rigby’ van The Beatles toegevoegd?
“Tijdens een solo-optreden heb ik eens een pianobewerking van ‘Eleanor Rigby’ gespeeld. Ik speel dan een basloopje met mijn linkerhand. Gedurende het samenstellen van ‘Paintings…’ was ik zoekende naar welke Marillion-compositie bij dit basloopje zou passen. Eerst kwam ‘Alone Again In The Lap Of Luxury’, daarna ‘The Space’. Maar de tekst van ‘Alone Again…’ verhaalt over iemand die alles heeft, maar zielsalleen is. ‘Eleanor Rigby’  bevat de strofe “I look at all the lonely people”. Beide composities linken vanuit dat perspectief naar elkaar.” 

Wat is het verschil tussen een eerbetoon en een cover?
“Als je een cover maakt, speel je iets na. Zo simpel is dat. Ik heb de muziek van Marillion als inspiratiebron genomen om daar met mijn eigen muziek mee aan de slag te gaan. Inspiratie is naar mijn mening ook het grootste compliment dat je een mens kunt geven. Als voorbeeld stel ik dat iemand na het zien van een documentaire over Gandhi in zijn nabijheid iets deugdzaams volbrengt. Dat is pas een eerbetoon.“

De muziek klinkt verstild, maar toch gebeurt in elke arrangement heel veel.
“Deze opmerking over mijn muziek hoor ik vaker. Ik houd ontzettend veel van de stilte. Ik ga ernaar op zoek. Stilte is ook muziek. Je plaatst iets in de stilte waardoor het betekenis krijgt. Dat fascineert mij. Ik maak zelden de overpeinzing of ik te weinig gespeeld zou hebben. Eerder twijfel ik of ik wellicht teveel heb gespeeld.” 

Dat klinkt filosofisch. Zit er een filosofie achter je muziek verscholen?
“Je moet nooit je identiteit ontlenen aan dat wat je doet. Ook niet aan het feit dat je muziek maakt. Als je bij mij de muziek wegneemt, ben ik in essentie nog dezelfde persoon. Het is belangrijk om regelmatig te onthechten om goed te blijven in datgene waar je goed in bent. Als ik mijn kinderen naar school breng, ben in niet met muziek bezig. Als ik schilder, ligt de focus op schilderen.“

Overtrof het succes van 'Paintings...' je stoutste verwachtingen? 
“Het is eenvoudig om te beweren dat je geen verwachtingen hebt. Bewust of onbewust zijn er altijd verwachtingen. Ik had niet verwacht dat het een succes zou worden, maar had ook niet de verwachting dat het zou floppen. De plaat vindt nog steeds haar weg. Ze ontketend doorgaans reacties sinds de uitgave in augustus vorig jaar. Natuurlijk is het succes is mooi, maar dat is niet mijn speerpunt. Dat mensen naar de muziek luisteren, ze ervaren of erdoor geraakt worden, vind ik van essentiële waarde. Dat is tevens de mooiste manier van luisteren. Dan vormen muziek, uitvoerende en luisteraar namelijk één geheel.” 

Je werkt al een lange tijd samen met Iain Matthews, nietwaar?
“In 2003 bezocht Iain een concert van mijn jazzformatie het Searing Quartet. Hij was bedrijvig met een jubileumtour voor zijn album 'If You Saw It Through My Eyes' uit 1971. Dat was destijds een uitermate succesvolle plaat. Hij vroeg mij als toetsenist voor deze tournee. Het contact is gebleven, en van daaruit is een vruchtbare samenwerking ontstaan. Er schuilt een cohesie tussen ons. We schrijven muziek, en gaan op tournee door Duitsland, Engeland en Denemarken. Waarschijnlijk gaan we in augustus naar Amerika.”

Staan tijdens die tournee nummers van ‘Paintings…’ centraal?
“Nee. ‘Paintings..’ is louter mijn soloproject . De tournee staat in het teken van onze gezamenlijk opgenomen platen.“ 

Zijn er, tot slot, wel plannen om een ‘Paintings…’-toernee te doen? 
“Inmiddels heb ik drie optredens in dat kader gedaan. Er staat echter niets in de planning. Op het podium wil ik het project zo klein mogelijk houden. Het zouden solo pianoconcerten worden. Als de gelegenheid zich voordoet, ben ik best bereid. Ik ga geen grootschalige solotournee op poten zetten. Daar ben ik niet naar op zoek. In het duo dat ik vorm met saxofonist Leo Janssen speel ik wel enkele nummers. Die zijn echter bedoeld als uitgangspunt om te improviseren.“