Het garagerockkwartet Tijger Tijger won de Nobel Award 2023. Naast het openen van Werfpop, studio- en fotosessies is ook een interview met 3voor12 Leiden één van de prijzen. Eurosonic Noorderslag en slecht aansluitende agenda's zaten die eerder in de weg. Nu spreken en fotograferen we eindelijk twee van de leden, gitarist Martin van Rijn en frontman Leo van Duijn in hun oefenstudio.

Het gastvrije duo vertelt in hun thuishaven Katwijk over de drie gedaantes van de band, hun schrijf- en opnameproces en natuurlijk de Nobel Award. Leo praat het meest, Martin vult aan en spreekt hem zo nodig tegen.

Leo van Duijn

The Rudolfs: jonge honden

Tijger Tijger komt voort uit The (Dead) Rudolfs: Leo, Martin en bassist Robbert van der Marel zaten er alle drie in. Die band ontstond toen ze in 2002 bij elkaar op de middelbare school zaten. Ze hadden succes in de vijftien jaar dat The Rudolfs bestond: ze hadden een optreden bij DWDD en stonden onder andere in De Melkweg , Paradiso en De Oosterpoort, als voorprogramma van Live’s ex-frontman Ed Kowalczyk. Ze werden gedraaid bij 2 Meter Sessies en wonnen de Grote Prijs van Zuid-Holland, al was hun bad boy-attitude bij optredens ook berucht: veel drinken, lichtzinnig met spullen omgaan. “We hebben met The Rudolfs eigenlijk de Katwijkse muziekscene gesloopt!” lacht Leo.

Martin van Rijn

Daar, onder die schemerlamp, zit één van de meest onderschatte gitaristen van Nederland

Leo (wijst naar Martin)

Gedaantewisselingen en een verdwenen EP

Na het einde van The Rudolfs vormden Martin en Leo in 2017 een duo. Ze noemden zich Tijger Tijger. Leo werd vroeger “Tijger” genoemd door zijn vader (“Ik denk dat het iets Katwijks is”), en het was ook vaste uitroep van een kroegtijger in hun stamkroeg als hij Martin en Leo zag: “Tijger! Hé, Tijgers! Biertje?” Leo is daarbij de ene tijger en Martin de andere. Leo verklapt: “We hebben trouwens de eerste twee maanden Het Buurthuis Zaandam geheten, naar de Treitervlogger.”

Hun doel was om met hun twee gitaren en Leo’s stem hun rock multi-inzetbaar te kunnen spelen: bijvoorbeeld met een orkest of als filmmuziek. Het schrijven samen ging snel en “onze muziek werd puurder, toch?,” zegt Martin; Leo knikt. Zonder bas maakten ze in 2017 de oer-EP ‘Pink Flowers’. “De muziek lijkt handgemaakt voor eenzame luisterbeurten, onderbelichte venues en vrijwel de gehele filmografie van David Lynch,” schreef jongerenwebsite Kattuk.nl. Op die inmiddels verdwenen plaat stond onder andere ‘In between’, dat in 2023 als single verscheen. Martin: Het was nog allemaal vrij rustig en clean, relaxed, pas later werd het meer distorted.”

Daarna kwam een tweede fase van de band: meer elektronisch, met samples. Dat beviel toch niet helemaal en de band ontwikkelt zich sinds 2020 weer meer richting garagerock, waar ze een ritmesectie bij nodig hebben. Ze vroegen drummer Corne van Duijn (Leo: “Die kon wel drummen, ik kende hem van een bandje uit een creatieve broedplaats”) en ex-Rudolfer Robbert als bassist. De derde en definitieve gedaante was aangenomen. Leo: “Alles viel weer een beetje op z’n plek, terug naar de basis.”

Gernot Trauner

Het gerucht gaat dat de grote Tijger-Tijger-tattoo op de cover van jullie EP ‘No. 1’ op het onderbeen van Feyenoordverdediger Gernot Trauner staat. Dat klopt jammer genoeg niet; de kuit is van drummer Corne van Duijn.

Als band en publiek één worden, dat zijn de magische momenten

Verbondenheid

Met welke andere bands voelen ze zich eigenlijk verbonden, als je toch vergelijkingen moet maken? Dat vinden ze een moeilijke vraag. Martin vertelt: “We schieten alle kanten uit, dat hebben we altijd gehad. Wat je hoort, is een momentopname.” Na wat nadenken komen ze met namen: Leo noemt The Beatles, The Pixies, singer-songwriter Adam Green. Martin komt met The Strokes, met hun pingeltjes, het oudere werk van Beck, Nirvana, QOTSA. “Dat zegt jullie natuurlijk helemaal geen reet, dat snap ik ook wel!”, plaagt Leo.

Ze voelen zich eigenlijk meer verbonden met de Leidse muziekscene dan met Katwijk: met acts als Ācīd Rēflūx (“Rikkert is er altijd en zingt alles van iedere Leidse band mee”), Headfirst en Downtown District. Tijger Tijger en die laatste band deden in 2017 mee aan een bandwedstrijd in Noordwijk. Leo typeert ze: “Het waren nog pielemuisjes, ze waren zeventien ofzo.” Downtown District kreeg alle prijzen van winnaars Tijger Tijger mee naar huis, op de beker na.

Nobel Awardglorie

Bij de geschiedenis van de band komen we nu bij het nieuwe hoogtepunt aan: het winnen van de Nobel Award 2023. Het ging hen vooral om lekker wat extra spelen. Interessant genoeg vonden ze de voorronde zwaarder en moeilijker in te schatten dan de finale, mede omdat het qua genres alle kanten opging. Plus er was een angstfactor: “De muziek van Selma Peelen zit echt wel goed in elkaar, met een hele goede stage presence”. In de finale vonden ze Talks Make Do de gevaarlijkste tegenstander. Dat hadden ze goed ingeschat: die werden tweede.

Het winnen van de Nobel Award zorgde voor meer optredens. Bij Eurosonic Noorderslag werden ze aan de Penguin Showcases toegevoegd en er staan mooie concerten gepland: rockfestival Sniester 2024 en indiefestival Out of the Ordinary in februari 2025. Werfpop 2024 staat daar helaas niet tussen. Normaal opent de winnaar van de Nobel Award dan, maar die editie komt er niet. Dat was “wel zuur” voor de band, maar wie weet krijgen ze in 2025 alsnog de kans. Ze hebben zich opgegeven voor de Popronde 2024, begin mei horen ze of ze mee mogen doen. Hun doel is simpel: lekker veel spelen in andere steden, een naam opbouwen.

De magie van optreden voor gevoelsmuzikanten

Hier viertal speelt altijd met dezelfde intensiteit, ze voelen snel of het past of niet. “We zijn gevoelsmuzikanten,” zegt Leo. Of het ontstaat en het is er, of niet: “Forceren, dat werkt niet,” vertelt Martin. Er is niet één moment dat ze merken dat het goed gaat, maar ze zien het aan de ogen van het publiek en aan het meeknikken. De band reageert daar weer op en, vertelt Leo enthousiast, “Er ontstaat een spel tussen jou en het publiek. Dan zijn het niet meer de band en het publiek, maar zit je met elkaar in dezelfde show. Dat zijn de magische momenten.” Leo is meer van de live-energie van optreden, Martin trekt zich tijdens een set meer in zichzelf terug en krijgt eigenlijk vooral een tevreden kick als het voorbij is. Hij voelt zich het gelukkigst in de studio.

We zoeken nog een label!

Schrijven en opnemen

Martin en Leo schrijven de nummers van Tijger Tijger. Ze schrijven eerst de melodie, dan tekst. Ze hoeven daarbij geen bepaalde lijn in te vullen en “Je hoort waar we op dat moment naar luisteren,” schetst Martin. Leo karakteriseert: “We maken wat we kunnen en wat we zelf leuk vinden.” Qua schrijven blijft Kurt Cobain een onhaalbaar voorbeeld. ”We hebben geprobeerd om zo te schrijven, hè,” zegt Martin, een blik van verstandhouding naar Leo.

Daarbij moeten ze opletten dat ze niet alles in gaan vullen met twee gitaren. Leo: “We hebben die jongens daardoor in het begin helemaal buitenspel gezet, dat kwam de muziek niet ten goede.” Corne en Robbert krijgen daarom ook de ruimte om dingen uit te werken en komen ook met ideeën zang of gitaren; “We zijn wel écht een band,” vat Martin samen. Bij opnames spelen ze alle instrumenten tegelijk in. Zang is de uitzondering, die nemen ze later apart op.

We willen, net als Spinvis, een instituut worden

Spinvisstatus

Wat wil Tijger Tijger? Leo: “Spelen, spelen, spelen, spelen”, en “schrijven en uitbrengen.” Ze willen jaarlijks twee EP’s releasen, liefst op vinyl, en o ja, dat label verleiden, want: “We zoeken nog een label!” Plannen voor een album hebben ze niet: dat proces duurt te lang, het luistergedrag is sneller geworden en het is niet meer nodig om een volwaardige band te zijn. Het is, kortom, daarvoor “nog een beetje te vroeg”. Hun ideaalbeeld is de Spinvisstatus: een instituut dat baas over eigen huis is.

Tijger Tijger staat op festivals, maar ook gewoon in de regio: zaterdag 11 mei 2024 treden ze met cultband Hello Venray op bij JVC de Schuit in Katwijk. De zaal gaat om 21:00 uur open; kaarten kosten in de voorverkoop €15,00. Tickets kun je hier kopen.