Met het album in zijn handen komt Koen Herfst het café binnenlopen waar het interview plaatsvindt. Hij maakt aanvankelijk een enigszins gespannen indruk, maar zodra het gesprek over zijn recentelijk verschenen plaat gaat, komt hij los en vertelt vol enthousiasme over hoe het opnemen van zijn eerste soloalbum hem verging. “Ik heb altijd zoveel ideeën in m’n hoofd. Het is wel fijn dat er een keer iets naar buiten komt. Met mijn eigen bands maakten we wel nummers waar mijn ideeën in verwerkt zaten, maar deze plaat is echt helemaal van mij.”
Interview: Koen Herfst brengt soloplaat Back To Balance uit
“Ik heb alles eruit gehaald wat erin zat”
Bagga Bownz, Epica, I CHAOS, After Forever; de lijst van bands waarin de 31-jarige Koen Herfst speelde lijkt oneindig. Al achttien jaar lang werkt de drummer hard aan zijn carrière. Vele internationale optredens heeft hij op zijn naam staan, mede door zijn plaats als vaste drummer in de tour van Armin van Buuren. Na dit ongegronde succes zet Herfst een volgende stap. Dit jaar brengt hij zijn eigen soloalbum uit: Back To Balance.
Hoe is het maken van je eerste soloalbum verlopen?
“Het was waanzinnig! Ik onderschatte alleen een beetje de hoeveelheid werk. Ik werkte met vijfentwintig gastmuzikanten, allemaal mensen met wie ik in de afgelopen achttien jaar speelde. Het is onwijs gaaf dat zij allemaal wilden meedoen. Je maakt veertien nummers, met soms zestig tracks per nummer, en alle geluidsbronnen zijn anders. Die moesten allemaal op elkaar afgestemd worden. Daar zat een hoop werk in.
Het samenwerken verliep goed. We hebben wel veel via internet gedaan. Er werkten ook internationale muzikanten mee, bijvoorbeeld uit Amerika en Zweden. Deze heb ik zelf niet gezien tijdens het maken van het album. Samen met Michiel Elbracht, waarmee ik in Bagga Bownz zat en die ook bas en piano speelde tijdens de tour met Armin, mixte ik het album. Ik heb echt op Michiel kunnen vertrouwen, want hij is een onwijs goede studio engineer en een allround eindbaas. Zonder hem had ik Back To Balance niet kunnen maken.
Ik heb Back To Balance gemaakt met een selectie van de belangrijkste muzikanten met wie ik ooit speelde. Het is dus een combinatie van al mijn verschillende bands en al mijn verschillende projecten. Het komt uit allemaal verschillende hoeken. Ik heb wel het idee dat ik echt álles eruit heb gehaald wat erin zat. Dat hoor je er denk ik ook wel aan af.”
Hoe heb je het maken van het album weten te combineren met de tour van Armin van Buuren?
“Het was wel hectisch. Ik heb in april vorig jaar de drums opgenomen met allerlei verschillende takes per nummer. Vanaf daar ben ik de partijen gaan uitzoeken. Dat wilde ik in het vliegtuig en in hotelkamers doen, zodat ik ze daarna snel kon sturen naar de artiesten, maar dat werkte niet echt. Dat ging veel lekkerder vanuit mijn studio thuis. Ik was natuurlijk heel vaak weg, dus daarom duurde het allemaal wat langer dan ik bedacht had. Maar uiteindelijk gaat het alleen maar om het resultaat."
Waar kwam het idee vandaan om een soloalbum te gaan maken?
“Vanaf mijn achttiende ben ik al bezig met muziek maken. Ondertussen ben ik 31. Ik heb in de loop der jaren honderden ideeën ontwikkeld en in 2006 begon het idee om een soloplaat te maken door mijn hoofd te spoken. Uiteindelijk dacht ik: ik ga het gewoon doen!
Het duurde alleen lang, want het werd een steeds groter project. In eerste instantie dacht ik dat het een instrumentale freakplaat zou worden. Een paar gastmuzikanten en klaar! Maar door de inbreng van de verschillende muzikanten groeiden de nummers steeds verder.
Gitarist Eef van Riet werkte bijvoorbeeld een nummer van mij uit en daardoor kreeg het een songstructuur. Ik dacht: hé, dat is eigenlijk gewoon een popsong. Dan moet er dus ook zang op, er moeten teksten geschreven worden. Dat had ik nog nooit gedaan, maar dat ben ik ook maar gewoon gaan doen. Zo ontwikkelde ik mezelf ook nog behoorlijk tijdens het hele proces.”
Heb je zelf een favoriet nummer van de CD?
“Op het eerste nummer, 'Here I am', ben ik heel trots omdat ik daar alles zelf doe. De drums, de gitaar, de bas, echt alles! Behalve de zang, dat doet Daniël de Jongh van Textures, een waanzinnige zanger! Dit nummer componeerde ik deels in 2006, met een onderbuikgevoel van een break-up. Later kwam daar het gevoel van een andere break-up bij, waardoor ik het afgemaakt heb. Dit nummer betekent dus veel voor mij. Ook vind ik 'Never been so wrong' goed gelukt. Uiteraard vind ik dat van alle nummers, want anders zou ik ze niet uitbrengen! Maar ook op 'Never been so wrong' doe ik echt alles zelf, inclusief de zang!
Ik dacht: ik ga het gewoon doen. Waarom niet? Het is mijn plaat. En ik heb ook oren aan mijn kop, dus ik hoor wel of ik vals zing of niet. Het nummer is volgens mij wel cool geworden. De songs waarop ik samenwerk met Mats Levén, een wereldzanger en een Zweedse grootheid, zijn ook heel bijzonder voor me. Maar zoals je je vast wel kunt voorstellen ben ik op alle nummers en samenwerkingen heel trots.”
Op Facebook verschenen veel lovende reacties, onder andere van Cesar Zuiderwijk. Hoe is het om van collega-muzikanten dat soort positieve reacties te krijgen?
“Het is heel fijn dat ik gesteund word in wat ik doe. Ik kreeg ook van iedereen die aan het album meewerkte telefoontjes. Ze waren allemaal positief. Ze zijn er echt goed voor gaan zitten om naar de plaat te luisteren. Dat is overigens ook wel nodig, want het is echt een levenswerk. Het zijn natuurlijk 14 tracks, dus meer dan een uur muziek. Dat is zoveel werk en dan is het heel fijn dat je zulke positieve reacties krijgt.
Ik vond het uitbrengen van mijn album niet zozeer spannend, want dat hoort er gewoon bij. Maar bij de release voor fans en vrienden was ik toch wel wat zenuwachtig. Ik had namelijk niemand het resultaat al laten horen, ook niet aan de muzikanten die eraan mee hebben gewerkt. Voor mij zijn hun reacties en de meningen van bekenden het meest belangrijk.”
Je speelde altijd in bands en je tourde met Armin van Buuren. Nu heb je je eigen soloalbum uitgebracht. Voel je je nu ook een soloartiest of maak je nog steeds deel uit van een groter geheel?
“Allebei, denk ik. Laatst heb ik een eigen act gedaan bij FAST en dat was ook gaaf. Er zit ook een hint in één van de nummers op het album naar een gloednieuwe eigen band. Daar ga ik verder niks over zeggen, dan moet je naar de cd luisteren! Maar ik heb nog steeds mijn eigen bands, I CHAOS en Dew-Scented, dus ik zit eigenlijk altijd nog in collectieven.
Er wordt nu wel vaak voorgesteld dat ik live moet gaan met mijn album. Daar had ik eigenlijk nooit over nagedacht. Ik wilde gewoon die muziek maken, wilde het kwijt. Maar nu denk ik er wel over na om misschien toch live te gaan bij bijzondere gelegenheden. Al voelt het wel raar om te zeggen: ‘Koen Herfst en band’.”
Het is natuurlijk niet echt gebruikelijk voor drummers om een soloalbum uit te brengen. Heb je tips voor drummers die dat willen doen?
“Gewoon doen! Gewoon achter je computer gaan zitten en muziek gaan maken, zo deed ik het ook. Pak een gitaar of bas of programmeer de ideetjes die in je hoofd zitten. Je moet vertrouwen op je eigen muzikaliteit en als twijfelt, raadpleeg dan je omgeving. Ook moet je echt met mensen samenwerken. Dat is fantastisch. Samenwerken tilt je eigen werk kwalitatief omhoog. En vooral niet te veel songs maken. Geen veertien nummers, haha, dat is echt heel veel werk. Maar verder: ja, gewoon doen!”
Op spotify valt de eerste helft van Back To Balance te beluisteren: https://open.spotify.com/album/0qcYI90PvLzAtkOYxutxIj