‘Closer Than Skin’ is andere koek dan zijn eerste ‘Head, Heart and Hands’, legt Ed Struijlaart uit in café de Boterwaag. “Mijn vorige plaat was meer een bandplaat. Deze plaat wilde ik samen met een producer maken, niet met een band. Daarom is dit album wat alternatiever, gelaagd en geproduceerd. Maar in essentie zijn het kleine liedjes.” En die kleine liedjes zijn behoorlijk persoonlijk. Niet dat dat iets nieuws is voor de singer-songwriter. “Ik kan niet anders dan schrijven over dingen waar ik echt van wakker lig. Ik gebruik het schrijven vaak ook als uitlaatklep.” Hij corrigeert zichzelf snel. “Nou ja, vaak komt zo’n liedje ook onbewust hoor. Dan ben ik gewoon aan het spelen en voor me uit aan het zingen, en dan gebeurt het: dan heb ik er één.” Na dat bepalende moment, begint het werken pas echt. “Dan moet je gaan schaven aan het liedje. Het is echt waar wat ze zeggen: vijf procent is inspiratie en de rest is transpiratie.”
Ed Struijlaart over zijn tweede album ‘Closer Than Skin’
“Hiermee is mijn droom van vijf jaar geleden uitgekomen”
Na anderhalf jaar schrijven, produceren en opnemen, ligt ‘ie dan eindelijk in de winkel: ‘Closer Than Skin’, het tweede album van Ed Struijlaart. Vorige week kwam het schijfje van de Hagenaar binnen op de nummer 19 in de Album Top 100.
‘Closer Than Skin’ heeft zijn titel niet te danken aan het gelijknamige nummer, maar aan het nummer ‘House on fire’, licht hij toe. “Ik vond die tekst “closer than skin” zo treffend en mooi, dus besloot ik het album zo te noemen. Maar Op de laatste dag in de studio beseften we echter dat nog geen liedje hadden dat de naam droeg van het album. Dus probeerde ik wat met een oud orgeltje in de studio en een half uur later was het nummer af.” Een lievelingsnummer op zijn album heeft Ed eigenlijk niet. “Het ene moment hecht ik me aan het ene nummer, en het andere moment aan een ander nummer.” Op dit moment is ‘Heart of stone’ zijn favoriet. “Eigenlijk heb ik dit nummer niet eens voor mezelf geschreven. Er werd me - samen met andere artiesten - gevraagd om een liedje te schrijven voor Sandra van Nieuwsland. Toen het af was, vond ik het zo’n speciaal sfeertje hebben dat ik het niet wilde afstaan. Nu is het één van mijn favorieten.”