Sinéad O’Connor houdt van festivals omdat er geen soundcheck is

“Gewoon dirty rock ’n roll!”

Cok Jouvenaar en Carmen de Vries ,

De headliner van Parkpop 2013 is Sinéad O’Connor. Deze Ierse dame heeft grote wereldhits op haar naam staan, waaronder het door Prince gecomponeerde ‘Nothing compares 2 u’. Dit was de grootste hit van 1990. Dik twee maanden stond dit nummer bovenaan de hitlijsten en de bijbehorende videoclip sprak bij velen tot verbeelding.

Sinéad O’Connor is geen makkelijke tante. Wie een snelle blik op haar Wikipedia-pagina werpt, ziet een grillige levenswandel en een turbulente carrière. In 1988 kwam haar loopbaan goed op gang met een onuitwisbaar optreden op Pinkpop. De intieme en breekbare uitvoering van haar eerste hit ‘Troy’ bezorgde bij menige bezoeker kippenvel. Tot halverwege jaren negentig steeg haar ster met sterke albums als ‘Universal Mother’, ‘I Do Not Want What I Haven’t Got’ en hits zoals de schitterende versie van ‘Don’t cry for me Argentina’. Toen zij in het televisieprogramma Saturday Night Live een foto van de Paus verscheurde waren de rapen gaar. 
 
Anno 2013 liggen dit soort taferelen ver achter haar en vanaf de lente is de Ierse weer volop op tournee. Vorig jaar verscheen ‘How About I Be Me (And You Be You)?’. De pers omschreef dit album als een blije plaat met popliedjes. Sinéad: “Muziek is er voor alle dingen die je niet kunt beschrijven.” Een heldere theorie die Sinéad over haar laatste plaat loslaat. “Dit is de eerste keer dat ik alles overliet aan een producer. John (Reynolds, red.) heeft deze plaat geproduceerd en ik vertrouwde hem volkomen. Ik voel me bijna schuldig als ik zeg dat ik een goed album heb gemaakt. Eigenlijk heeft John deze plaat gemaakt. Ik heb de liedjes geschreven, de invulling en het gevoel is van John.”
 
Parkpop is één van de grote festivals waar zij komt optreden. Ze heeft er erg veel zin in. “Ik houd erg van festivals. Omdat er geen soundcheck is. Gewoon plug en play. Really dirty rock ’n roll. Dat is geweldig! In een club is er meer voorbereiding, dat haalt de spanning weg. Verder doe ik eigenlijk hetzelfde in een club als op een festival, dat maakt mij niet veel uit.” Ondanks dat Sinéad een dosis ervaring heeft, is ze voor elk optreden wel gespannen. “Het is goed om een beetje nerveus te zijn. Het houdt je scherp. Voor een optreden laat ik mij masseren en bid erg veel. Dat bidden probeer ik tijdens de show continu te herhalen in mijn hoofd. Dat helpt.”
 
Door haar grillige houding heeft ze veel negativiteit over zich heen gehad. Ze maakt zich er niet meer druk om en is blij met wie ze als persoon is. “Het is te gek om muziek te maken. Live spelen is geweldig. Ik ben niet meer gefocust op de negatieve dingen. Je leert in de loop der jaren. Je hebt dingen meer onder controle. Als je met leuke dingen bezig bent vergeet je de negatieve. Ik hou van toeren. Ik heb vier kinderen en dit combineer ik. Als ik drie dagen weg ben, ga ik daarna weer een week naar huis. Een soort van routine.”
 
“Als ik geen muzikant was, was ik priester geworden,” is voor veel fans geen vreemde opmerking. Geloof speelt een grote rol in haar leven. “Of ik zou journalist zijn geworden. Ik houd heel erg van schrijven. Ik schrijf ook altijd mijn tourjournaal op de website. Er gebeurt achter de schermen meer dan op het podium. Ik loop ook al jaren met het idee rond om een boek te gaan schrijven. ‘No solids’ zal dit boek gaan heten.” Ongetwijfeld zal na Parkpop op haar website een verslag van haar Parkpopbeleving te lezen zijn. Na 30 juni zullen wij zeker een kijkje nemen wat haar ervaring in het Zuiderpark is geweest.
 
Sinéad O’Connor speelt op zondag 30 juni om 21.30 uur op de Staedion Stage tijdens Parkpop in het Zuiderpark