Het publiek wordt opgewarmd door de surfdudes, allen gehuld in een kleurrijk Hawaï shirt, van The Dawn Patrol. Zij spelen klassieke surfmuziek en willen naar eigen zeggen laten zien dat ‘de surfsound tijdloos is en niet leeftijdsgebonden’. Al snel staat een groep jongens vooraan bij het podium in de surfhouding: met hun armen gespreid en benen achter elkaar, net als op de surfplank, en dan lekker meedeinen op de melodie en stevige baslijn. Maar dat houd je niet lang vol. Na enkele nummers lijkt het publiek wat verveeld. Totdat de band een goede zet doet door het nummer ‘Misirlou’, bekend uit de film Pulp Fiction van Quentin Tarantino, te spelen. Een redelijk vol Paard van Troje gaat los en springt en danst.
Ongetemd maakt van iedereen een Hagenees
Nare nasmaak van vorig jaar is goed weggespoeld
Een jaar geleden eindigde het Ongetemd feest vroegtijdig doordat een stagediver vergat te kijken of hij wel zou worden opgevangen door het publiek. Met meerdere botbreuken en hoofdletsel belandde de man in het ziekenhuis. Deze nare nasmaak van een feest dat goed begon, moet snel worden weggespoeld. Een jaar later staat het team van Ongetemd er dan ook weer met een keiharde line-up. Onder andere de Haagse mannen van De Kraaien komen het Paard van Troje binnenstebuiten keren.
Terwijl DJ Friss het publiek entertaint tussen de acts door, is het wachten op Piñata. De band, met als thuisbasis het surfdorp F.A.S.T, heeft net als The Dawn Patrol invloeden van de surfcultuur. Daarnaast is hun muziek een mix van reggae, ska, hiphop en pop. Het publiek heeft er zin in; al bij het refrein van het eerste nummer wordt er gesprongen en vliegt het bier in de lucht. Piñata heeft wat vrienden meegenomen. Zo zingt Marloes, voorheen van de Haagse band Lianan Shee, een wat rustiger nummer mee. Later komt ook Jon Tarifa het podium op. Zijn hiphopsound past perfect bij het gevoel van Piñata. Ze vullen elkaar aan alsof Jon Tarifa er gewoon bij hoort. Bij de laatste twee nummers pakt Piñata helemaal uit met een blaassectie van drie man en de meest uptempo nummers. Het uitverkochte Paard van Troje gaat los.
De gekte begint pas echt als Kraantje Pappie op het podium staat. De man waar ze lang aan hebben moeten trekken om hier te komen bij Ongetemd in Den Haag, vertelt Dennis Weening, die de acts vrolijk aan elkaar praat. Dennis heeft Kraantje Pappie beloofd dat er bij Ongetemd harder gefeest wordt dan waar dan ook. De rapper is onverstaanbaar tijdens de coupletten, maar daarentegen zijn de refreinen heel sterk en bieden deze ruimte voor gekke opdrachten zoals met zijn allen arm in arm de zaal door en het publiek in tweeën splitsen en vervolgens zo snel mogelijk van kant laten verwisselen. Volgens de rapper zit het publiek dan op energielevel 7. Hij weet het publiek op te zwepen naar level 8 en 9. De Hagenezen gaan hard en zijn hun belofte nagekomen.
En alsof dat nog niet voldoende is, daar komen De Kraaien. Wij Hagenezen zijn wel wat van ze gewend, maar vanavond halen ze alles uit de kast. Zoals gewoonlijk worden de gouden kraaienmaskers uitgedeeld, iedereen wil ze hebben. Later worden ze door de heren zelf met stapels in het publiek gegooid. De vijf meter lange vlag met de groen gele kleuren en het logo van De Kraaien wordt opgehangen. Ze zijn er klaar voor. Het lijkt meer op een toneelstuk dan een optreden, zoveel gebeurt er op het podium. Zo is er een groep b-boys uitgenodigd die in trainingspakken en helmen hun ding doen op het podium. Later wordt er een scooter het podium opgereden, natuurlijk gespoten in groen en geel en een eigen tap om de heren van een biertje te voorzien. Bij een anekdote over de politie wordt een kilometers lang geel-zwart afzetlint het publiek in gelaten, het wordt over het hele publiek verspreid en bereikt ook de eerste ring, het is een mooi gezicht. De Kraaien hebben het feestje overgenomen met de maskers, het Haagse accent, de typische trainingspakken en gekke kostuums, het haarmatje, en platte teksten. Voor even wil iedereen een echte Hagenees zijn. Bij het inmiddels landelijk bekende nummer ‘Ik vind je lekker’ laten ze vooraf nog even weten: ‘Jammeâh dat heil Nedeâhrland zich eâh weiâh mei moès bemoèen. Als jullie mâh wetuh, duh basis ligt hieâh, bè jullie’.