Strydwolf is op zoek naar een genre dat er nog niet is

“Van popmuziek word ik agressief”

Frank Veldkamp ,

Onlangs verscheen ‘Ljocht!’, de eerste cd van het Haagse Strydwolf. Een vrijwel instrumentaal album wat zich afspeelt in een schemerwereld van vervlogen tijden en sfeervolle mythes. Beschrijvingen van zijn muziek variëren van neo-klassiek tot bombast, martial, folk en elektro-acoustisch. 3VOOR12 Den Haag sprak met deze gepassioneerd kunstenaar.

“Van popmuziek word ik agressief”

Onlangs verscheen ‘Ljocht!’, de eerste cd van het Haagse Strydwolf. Een vrijwel instrumentaal album wat zich afspeelt in een schemerwereld van vervlogen tijden en sfeervolle mythes. Eerder verschenen al een demo cassette, drie demo albums op cd-r en onlangs bracht Strydwolf voor een mailorder site nog een compilatie van eerdere opnames uit. En dat allemaal in minder dan twee jaar tijd.

Willem Witte (31) woont net vier dagen in zijn nieuwe huis in het Laakkwartier. De thuisstudio staat opgesteld in een smal kamertje aan de straatkant en de plannen voor extra geluidsisolatie van de ruimte zijn al in een vergevorderd stadium. De rest van het huis is nog vrijwel leeg, de laptop staat op een tafeltje in de tuin. Het is duidelijk: hier woont een gepassioneerd kunstenaar met duidelijke prioriteiten.

Na de kunstacademie maakt Willem sinds drie jaar deel uit van de noise band Feedback Society, waarmee hij ook optreedt. “Noise is geen muziek, het is gewoon herrie. Ik luister er graag naar, het geeft me enorm veel rust en ik laat me er graag door insluiten.” Toch is de muziek van Strydwolf veel toegankelijker en melodieuzer, maar ook moeilijker in een hokje te plaatsen. Op internet lopen de omschrijvingen uiteen van neo-klassiek tot bombast, martial, folk en elektro-acoustisch. Willem haalt zijn schouders op: “Ik houd van het opzoeken van grenzen en ben muzikaal op zoek naar een genre wat er nog niet is”.

Zolang het maar geen popmuziek wordt, want “popmuziek is geen kunst”, verklaart hij zeer stellig. “Wegwerppop door eendagsvliegen, ik wordt er agressief van.” Zelf luistert hij naar de anti-pop van Boyd Rice en Death in June, noise, breakbreak en martial industrial. En naar Strydwolf: “Ik heb een groot ego, hè?”

Op werkdagen is Willem docent CKV en ICT op diverse scholen in Den Haag. Ondertussen ontstaan nieuwe ideeën voor Strydwolf. “De hele week broeit het in mijn hoofd en in het weekend en de schoolvakanties komt het er dan uit.” Van zijn vakantiegeld bekostigde hij de productie van ‘Ljocht!’. “Na een reeks demo’s heeft Strydwolf het licht gezien en treedt nu naar buiten”, zo verklaart hij de titel ‘licht’. En net als de naam van zijn label Heitelan (‘vaderland’), gebruikt hij de Friese taal waarmee hij is opgegroeid.

De spaarzame teksten van Strydwolf zijn overgenomen uit diverse bronnen, maar nooit zelf geschreven. Op de eerste demo samplet hij Koningin Juliana - de track staat niet op ‘Ljocht!’ om te voorkomen dat hij er problemen mee krijgt. Zelf draagt hij voor uit gedichten van bijvoorbeeld Ludwig von Uhland (op ‘Nun die sonne’). Veelal in het Duits, waarvan de klank zo goed past bij de muziek. “Maar als ik bepaalde woorden niet uit kan spreken dan pak ik gewoon een ander gedicht”, merkt hij luchtig op.

Ondanks de soms laconieke manier waarop hij over zijn muziek praat en een tekst als “containing the hitsong ‘Magna frisia’” op zijn eerste demo cd, neemt Willem zijn muziek erg serieus. “Ik hoef er niet van rond te komen en eigenlijk interesseert het me ook niet wat er mee gebeurd als het eenmaal af is, maar ik wil wel dat mensen het horen”, licht hij toe. Van de 500 exemplaren van ‘Ljocht!’ liggen de meeste nog in de verhuisdoos, al begint het opsturen van cd's aan magazines, dj’s en labels zijn vruchten af te werpen. Naast goede recensies, bruikbare feedback en bestellingen komt de muziek van Strydwolf ook regelmatig voorbij in de PodCasts van het Amerikaanse Aural Apocalypse.

De volgende stap voor Strydwolf wordt de stap naar het podium. En dan niet als eenmansband gebogen over een laptop hangen, maar met echte live muzikanten en videobeelden. “Ik wil met een paar mensen het podium op, in ieder geval snaredrum en gitaar, misschien wel een synthesizer erbij. Zelf doe ik de samples en vocalen wel.”

Maar eerst wordt er nog gewerkt aan een stuk gebaseerd op een verhaal van Edgar Allen Poe en ligt er een samenwerking met het eveneens Haagse Hou en Trou in het verschiet. Gelukkig voor Willem is het weer bijna herfstvakantie.