Hansard speelt prima wedstrijd, maar Hannigan scoort

Paradiso in het teken van de Ierse folkpop

Rianne Lachmeijer ,

Ierse folkzanger Glen Hansard, voormalig frontman van The Frames, bracht afgelopen zomer zijn solodebuut Rhythm And Repose uit en tourde met veel succes door Europa. Zijn uitverkochte concert in Bitterzoet eerder dit jaar was aanleiding voor een terugkeer naar Amsterdam. Voor deze maandagavond bracht hij landgenote Lisa Hannigan mee naar Paradiso om voor hem te openen, maar ook om samen Leonard Cohen's Passing Through te zingen.

Lisa Hannigan
Er staat nog een lange rij klappertandende mensen buiten als Lisa Hannigan begint. Als uit een Keltische legende weggelopen zet Hannigan met haar kristalheldere en doordringende stem in. Haar lichte huid, lange haar en groene jurk maken de bijna mythische verschijning compleet. Tijdens de aankondiging van een kerstliedje verontschuldigd ze zich voor haar outfit, die inderdaad wat wegheeft van een kerstboom; zelfspot heeft ze wel. Het meerendeel van de set begeleidt zij zichzelf met mandoline of gitaar. Het levert een breekbaar en vertederend tafereel op, zonder futloos te worden. Ze zoekt gecontroleerd de grenzen op van haar bereik, wat haar in staat stelt om met ieder woord kippenvel te bezorgen.

Glen Hansard
Even later komt Glen Hansard het podium op. Een half orkest volgt. “Op de een of andere manier blijf ik steeds meer mensen aan de band toevoegen”, introduceert hij zijn gevolg schertsend. Gitarist, drie blazers, vier strijkers, drummer, basgitarist, toetsenist en twee achtergondzangeressen zoeken een plekje in de warboel aan versterking en snoeren.

En hoewel meer instrumenten geen garantie zijn voor een sterke vertolking, komt bij het openingsnummer You’ll Become zelfs de egg shaker tot zijn recht. Ook tijdens Low Rising onstaat er een interessante dialoog tussen viool en trombone, terwijl steeds meer instrumenten bijvallen. Het concert krijgt bij tijd en wijlen het karakter van een ware jamsessie, zoals wanneer Hansard's Love Don’t Leave Me Waiting moeiteloos wordt omgebogen tot Aretha Franklin’s Respect.

Dat de rosse Ier niet vies is van een beetje improvisatie wordt pas echt duidelijk wanneer er door een technisch probleem opeens een irritante zoem door de zaal klinkt. De nare feedback gebruikt hij als de ondergrond voor een instant track, waar hij zijn Keltisch vibrato omheen kneedt.

In de volle zaal draaien alle kopjes als zonnebloemen met de zon mee. Het is muisstil en het lijkt alsof er is afgesproken om alleen mee te zingen op Hansard's verzoek. Je kan letterlijk een speld horen vallen en als er tijdens Star Star uiteindelijk een glas valt, klinkt dit als een vliegtuig dat door de geluidsbarrière breekt.

Halverwege de set blijft Hansard alleen achter om een paar liedjes solo te brengen. Bij het aanslaan van de eerste snaar is de rest van de band vergeten. Zijn geëmotioneerde overdracht weegt met gemak op tegen het geweld van de veertienkoppige band. Hij speelt oud werk dat hij voor The Frames en The Swell Season schreef en van zijn nieuwe plaat. Hansard: "Sommige liedjes zijn als oude schoenen, je blijft ze dragen, omdat ze zo lekker zitten”. Dat de liedjes hem als gegoten zitten is een understatement. Hij gaat er compleet in op en wordt één met de muziek.

Bij het met een Academy Award bekroonde Falling Slowly neemt Lisa Hannigan de plek in van Markéta Irglová: Hansard’s ex en voormalig bandlid. Ze delen de microfoon, wat absoluut bijdraagt aan de intieme versie van dit toch al mooie nummer, maar echt ontstijgen doet het niet. Tot slot trekt bij met Leonard Cohen’s Passing Through letterlijk door het publiek. Hun enthousiasme slaat over op het gehele zaal; mensen zingen mee, knippen in hun vingers en stampen driftig op de vloer. Zo op de valreep lukt het hen om het eerder zo aandachtig luisterende publiek totaal op te laten gaan in de karavaan van muziek.