Nog een Britse postpunksensatie? Ja, maar eentje als Yard Act, onze nummer één op showcasefestival Eurosonic, die was er nog niet. Hun noise-wave is super dansbaar, hun politieke teksten zijn droogkomisch en nihilistisch. Als een stand-up comedy set van Kae Tempest. In gesprek met de aanstormende festivalsensatie.

The Overload, het debuutalbum van Yard Act, heeft een cast als een Britse soapserie. In de liedjes en videoclips figureren allerlei markante figuren en typetjes voorbij. Zo heb je Graeme, de vleesgeworden Brexit-stemmer, die om de haverklap komt aanzetten met een onuitstaanbare monoloog over zijn tweede huis, over Poolse klaplopers, over de jeugd van tegenwoordig. Of dan Fat Andy, een norse kroegbaas met een vette pens. Kijk, daar is hij, met zijn vrouw Grace in zijn kielzog, in de videoclip van ‘The Overload’, een soort buurtruzie op de vlooienmarkt. En daar nemen ze het woord in ‘Rich’, samen met de andere inwoners van het Yard Act-universum. Nou ja, universum. Het is eerder een dorp.

‘Ken je League of Gentlemen?’ vraagt frontman James, tijdens een Zoominterview samen met bassist Ryan Needham. In de achtergrond van de verbinding klinkt gekrijs. ‘Sorry,’ lacht Smith met zijn vette, noordelijke accent. ‘Da’s mijn baby. Hoe dan ook, het is een Britse horrorkomedie uit de jaren negentig, over het plattelandsleven. Zo stel ik het me voor. Ryan en ik komen allebei uit zulke plattelandsplaatsjes, ik uit het Noordwesten, Ryan uit de Midlands. Iedereen kent iedereen en praat over elkaar, alle geheimen zijn open geheimen.’ Needham haakt aan: ‘In Engeland heb je een heleboel voormalige mijnsteden. Ze lijken idyllisch, omdat ze worden omringd door weides en groen, maar er zijn een heleboel sociale problemen. Werkeloosheid, armoede, grote klassenverschillen. Die dorpjes zijn Engeland in het klein. Een geweldige setting om zo’n wereld te bouwen.’

Spiritueel is de band verwant aan IDLES. Vanwege het predicaat Britse postpunksensatie (op Eurosonic was Yard Act onze nummer één), maar vooral vanwege dat politieke randje. De fixatie met de Britse politiek, de worsteling van de werkende klasse. Vergelijkingen met de hoekige amfetamine-punk van The Fall liggen op de loer (het ultieme referentiepunt voor Britse postpunksensaties), maar de dansbare noise-wave van Yard Act grijpt evengoed terug op de New Yorkse no wave van de jaren tachtig.

In de zeroes was er natuurlijk ook al een revival van die sound, met LCD Soundsystem als kartrekker en een stortvloed aan superdansbare gitaarplaten op DFA Records. Dat is precies hoe liedjesschrijver Needham erbij kwam. ‘Toen we begonnen met Yard Act luisterde ik naar een podcast over The Rapture. Al in de zeroes had die band meer invloed op mij dan iedere andere band. Grappig eigenlijk, want ze waren niet eens de populairste band uit die New Yorkse hoek. Voor mij was het de ultieme instapband. Via hun ben ik al hun invloeden gaan traceren, via compilaties uit die periode. Je hebt hele goeie, zoals die No New York-compilatie van Brian Eno, waarvan ik een paar baslijnen zo goed als heb geript. Zo kwamen we ook op het idee om een drumcomputer te gebruiken. En ik had ook een fotoboek van Thurston Moore, vol materiaal van types als Lydia Lunch en James Chance & The Contortions, wat heel inspirerend was.’ Smith grinnikt: ‘We hebben eindeloze gesprekken gevoerd over die Liquid Liquid EP, die LCD Soundsystem mijnde en die sound vervolgens over de spanne van vier albums uitmolk.’

Dichter in de comedy-club

En dan heb je ook nog die geweldige, droogkomische teksten van Smith, even nihilistisch als hilarisch, over het moderne Britse leven. Niet gezongen, eerder voorgedragen, maar niet per se op dat typische postpunk-praatzangmaniertje. Wat Smith doet klinkt eigenlijk eerder als, zeg, Kae Tempest die een stand-up comedyset doet. Hij grinnikt. ‘Kate Tempest is te gek. Hun storytelling is insane. Zelf heb ik ook veel spoken word gedaan. Vóór Yard Act speelde ik in een indieband, waarvoor ik eindeloos schaafde aan mijn teksten. Toen al was dat heel belangrijk. Promoters wisten dat, en omdat je niet zoveel spoken word artiesten in Leeds hebt werd ik steeds vaker gevraagd om mijn teksten als poëzie voor te dragen op spoken word-avonden. Maar zo’n hele serieuze voordracht over de Britse politiek doen met een uitgestreken gezicht? Dat is echt níéts voor mij. Ik vond het onwijs ongemakkelijk zonder muziek. Om de serieuze stukken uit te balanceren begon ik punchline-gedichten en two-liners in mijn voordrachten te proppen. Het was misschien ook een afweermechanisme om overal een grap van te maken, omdat ik het niet aandurfde om serieus te zijn. Maar dat alles heeft wel zijn weerslag gehad op Yard Act.’

Zo zit ook The Overload vol met grapjes en one-liners. Zoals op de titeltrack van het album: ‘If you don’t challenge me on anything, you’ll find that I’m actually very nice. Are you listening? I’m actually very fucking nice!” De typetjes die hij uitvergroot, zoals de typische conservatieve stemmers als Graeme en Fat Andy, komen vaak onuitstaanbaar over, blaaskaken met boter op hun hoofd die niet doorhebben hoe goed ze het hebben en waar ze dat succes precies aan te danken hebben. En tegelijkertijd neemt James Smith in liedjes als ‘Dead Horse’ evengoed de pretentieuze linkse poser op de hak. ‘Zowel links als rechts wordt alles véél te serieus genomen. Iedereen is alleen maar bezig met politieke punten scoren, of het nou op Twitter is of in de columns. Dat gebeurt aan beide zijden van het politieke spectrum, hoezeer linkse mensen vaak prediken over empathie. Dat is ook waar het debat vaak verstart. Ik heb het idee dat we de lichtheid en de humor volledig zijn verloren, de afgelopen jaren. Voor mij is humor een coping mechanisme, om het allemaal niet zo serieus te nemen. Al die politieke polarisering, en de opkomst van extreem-rechts. Als je daar te lang over nadenkt (en waar het heen kan gaan), dan is de wereld een donkere, donkere plek. Zonder humor zou ik niet in het donker kunnen leven.’

Karakterstudie van de moderne Brit

Zijn cynische humor verwerkt Smith op The Overload in een soort karakter studie van de moderne Brit. Juist om even in het hoofd te kruipen van die Tory-stemmer, en te begrijpen waar ze vandaan komen, als ze bijvoorbeeld op Brexit stemmen. En vooral wat ze bang zijn te verliezen. ‘Voornamelijk een identiteit, denk ik,’ zegt Needham. ‘Wat betekent het om Brits te zijn? Volgens mij zijn mensen nu totaal verward over wat dat precies is.’ Smith: ‘Een type als Graeme kan niet toegeven dat Groot-Brittannië de schurk was in de loop van de geschiedenis. De kolonialist, de onderdrukker. Vanaf het moment dat je naar school gaat, wordt je verteld dat de tijd van het Britse imperium de gloriedagen van het Verenigd Koninkrijk waren. We zeggen Verenigd Koninkrijk, maar eigenlijk bedoelen we Engeland. En Graeme is ook nog eens een man van de oudere generatie. Die zit vol royalisten. Ze klampen zich vast aan een beeld van Engeland dat in de basis een fantasie is. Het Verenigd Koninkrijk als de beste natie ter wereld. “Hoe kunnen we dat opnieuw creëren? Misschien door ons weer af te zonderen!” Vandaar de Brexit. Maar die tijd was natuurlijk lang niet voor iedereen geweldig, en die kreukel wordt gladgestreken.’

Maar alhoewel The Overload zulke types op de hak neemt, is het album wel degelijk bedoeld als een roep om empathie, zegt Smith. ‘Graeme is misschien wel een klootzak, maar hij houdt onwijs veel van zijn vrouw en is een goede echtgenoot. En Fat Andy heeft dan wel een scherpe tong en kan behoorlijk lomp zijn tegen anderen, maar vanbinnen schuilt een doodongelukkig man wiens zoon is verongelukt bij een fataal auto-ongeluk. Het punt is: je weet niet waarom mensen doen wat ze doen. Het is geen excuus, maar je kunt proberen om mensen een zachtere blik te gunnen. Alles wat mensen meemaken, of het nou een persoonlijk trauma is, of opgroeien in armoede, of je bedrijf langzaam in verval te zien raken door een veranderende positie in de Europese economie, heeft invloed op wie ze zijn en wat ze doen. Bovendien: de werkende klasse is daadwerkelijk in de steek gelaten door Labour. Dat mensen een foute stem uitbrengen, betekent niet dat ze geen goede reden hadden om die keuze te maken. Tegelijkertijd probeer ik positief te blijven. Misschien hoor je alleen maar cynisme in dit album, maar uiteindelijk… ik hoop dat je ook hoort hoe de laatste tracks op het album, zoals ‘100% Endurance’ mijn optimisme verraden. Ik weet niet of ik een reden heb om optimistisch te zijn, maar uiteindelijk geloof ik wel dat de toekomst iets is om naar uit te kijken, niet om bang voor te zijn. Ik heb vertrouwen in de kids. Er gebeuren een boel nare dingen, maar als je niet gelooft dat het kan veranderen, heeft het geen nut. En ik geloof wel dat het kan veranderen. De geschiedenis is nog ongeschreven.’