Al jaren zijn ze een podiumsensatie, maar nu is het eindelijk zover: het debuutalbum van Personal Trainer is af. Het is het meesterstuk van Willem Smit, die we kenden van Palio Superspeed Donkey en Canshaker Pi. Maar met al die jaren ervaring houdt hij nog altijd het meest van het grote vraagteken. 'Ik vind het heel fijn als er iets gebeurt dat ik zelf ook niet zo goed snap.' Vrijdag presenteert Personal Trainer zijn album op Le Guess Who?

Niemand beweerde dat het makkelijk zou zijn, met een zevenkoppige band op tour in Engeland, maar zo ingewikkeld had Personal Trainer het niet eerder meegemaakt. Het begon allemaal in Calais, in de twilight zone tussen Frankrijk en Engeland. Paspoorten gecheckt, visums in orde, instrumenten ingeklaard, nog even wachten op de parkeerplaats bij de boot en dan… valt ineens de schuifdeur van de bandbus af. Gewoon, zomaar, tijdens een kort ritje op de parkeerplaats. Dat-ie eerder op de dag wat stroef dicht ging was een slecht teken, maar hier reken je natuurlijk niet op. Goed, het had erger gekund, dit had op de snelweg kunnen gebeuren. God weet wat er dan voor ravage was aangericht. Instrumenten op straat, misschien wel doden, je moet er niet aan denken. Maar klote is het natuurlijk wel, zo net voorbij de grens.

Dus ja, wat doe je dan? Dan ga je op zoek naar een Fransoos met verstand van deuren, en terwijl je de boot ziet vertrekken begin je vast met het omboeken van hotels. Het plan was om direct vanaf Dover door te rijden naar Birmingham, wat nog best een stuk is. Van daar door naar Manchester voor de eerste show. Maar al snel ziet de band die hotelboekingen in rook opgaan: de ene na de andere boot wordt gecanceld, want er is storm op komst. Ja, je moet wel erg graag op tour naar Engeland willen om met storm Het Kanaal over te steken, maar Personal Trainer wil dan ook erg graag op tour naar Engeland.

Koortsdroom
In Duinkerken gaan misschien nog wel boten, is het verhaal, en dus gaat het gezelschap met een opgelapte deur op weg naar de volgende haven. Ook daar wordt de ene na de andere vloot uit de vaart getrokken, maar uiteindelijk, aan het einde van een lange, lange dag, blijkt er toch nog één ferry te varen. De zeven bandleden storten neer op een bankje voor wat normaal gezien een tochtje van 1,5 uur moet zijn. Maar al snel blijkt ook dat een illusie. De wind is te heftig, de boot kan niet aanmeren. Terwijl overal op de banken en onder de tafels Personal Trainers met kotszakjes proberen een oog dicht te doen, roept de bemanning zo ongeveer eens per uur om dat het toch nog wat langer gaat duren. De crew van het schip zit zelf ook gehurkt achter de balie, in een ultieme poging niet over te geven. Pas uren later - geen idee hoeveel tijd er precies is verstreken - komt aan de koortsdroom een einde. Niemand had beweerd dat het makkelijk zou zijn. Oh ja: de linker achterband, daar zit wel erg weinig lucht in.

Designated driver

‘We zijn in een ruk doorgereden naar Manchester voor de eerste show, en vanaf dat moment was alles fantastisch’, lacht Willem Smit, het brein en de frontman van Personal Trainer, de band die dit weekend het beste Nederlandse debuutalbum van het jaar uitbracht. Big Love Blanket heet het, een super aanstekelijke set indierocksongs die schuren en schmieren, maar die je ook uitnodigen je mislukte dromen opzij te zetten en te komen dansen. Het is niet de eerste keer dat Willem Smit debuteert - hij gaf eerder leiding aan Palio Superspeed Donkey en Canshaker Pi - maar dit album is zijn meesterproef.

ZIJN meesterproef ja, want ondanks dat Personal Trainer live een podium vol muzikanten is, mogen we het rustig de band van Willem Smit noemen. Een klein maandje voor de release van het album ontmoet ik Smit in het huis van percussionist Kilian Kayser, een naam die zelden valt in stukken van 3voor12, en dat heeft een reden. Kilian werkt namelijk ook voor 3voor12. ‘Vinden jullie dat niet ongemakkelijk?’, vraagt Willem Smit in het appartement van zijn percussionist. ‘Elke keer als 3voor12 iets aardigs over ons schrijft denk ik: zou het door Kilian komen?’

Halve manager
Dat is ook ongemakkelijk, maar wij kunnen er natuurlijk ook niets aan doen dat Kilian niet alleen goed met de tamboerijn is, maar ook met de videocamera. Misschien is het goed om zijn rol in dit verhaal dan maar eens te schetsen. ‘Ik ken Kilian uit Cees Paris zijn band Steve French, waar we allebei ook in spelen’, zegt Smit. ‘Hij is een bevlogen muzikant, die graag op het podium staat en niet bang is om gezien te worden. Naast het podium is hij een ondernemer, een doener, iemand die niet bang is om op mensen af te stappen. Samen met Kilian doe ik al het regelwerk voor Personal Trainer. Hij is een soort halve manager. En oh ja: hij houdt wel van feesten maar niet van drinken en wel van rijden. Een ideale combinatie.’

Op de enkels

‘Ik kan me eigenlijk niet meer zo goed herinneren hoe Kilian in Personal Trainer verzeild is geraakt. Ik zal hem gevraagd hebben om wat extra ritmische elementen toe te voegen. Klinkt gek, maar bij meerdere mensen kan ik niet meer herleiden wanneer ze precies aan boord zijn gekomen. Zo ging dat aan het begin. Onze nummers waren simpel. Als iemand niet kon, vroeg ik gewoon iemand anders om mee te spelen. Het idee aan het begin was simpelweg om met heel veel mensen op het podium te staan. Waarom precies, dat kan ik je niet uitleggen, ik vond het gewoon cool.’

In eerste instantie voelde Personal Trainer als een soort jamband, alsof de bandleden in de kleedkamer op een A4tje hadden geschreven wat ongeveer het plan was, en dan gewoon beginnen. Maar langzaam maar zeker, met de tientallen shows die de band speelde, kwam er steeds meer vorm in. Steeds meer lagen ook, en tegelijk werden de liedjes pakkend, bijna popsongs. Dit mag dan het debuutalbum zijn, maar er ligt al een spoor van memorabele momenten door heel Nederland. Voor de pandemie speelde Personal Trainer in elk kleine zaaltje van Nederland. In de lockdown haalde de band het in zijn hoofd 24 uur lang te spelen in Paradiso, en dat als livestream de wereld in te sturen. Het werd een fenomenale exercitie. Na de pandemie dook de band op in de Teddy Widder, de 2e tent van Down The Rabbit Hole, en op London Calling, waar ze als invaller pardoes op de headlinespot terecht kwamen.

Ultieme nachtmerrie
Er gebeurde iets geinigs bij die show op London Calling. Of eigenlijk: de ultieme nachtmerrie voor wie wel eens op het podium staat. Bij een van de eerste nummers scheurde Willem uit zijn broek. Gewoon hop, van boven tot onder. Hij aarzelde geen moment, liet zijn broek helemaal tot op zijn enkels zakken en ging er vol voor. ‘Oh ja, dat is al een paar keer gebeurd’, lacht Smit. ‘Weet je, ik koop nooit broeken, ik krijg ze altijd van mensen. En dan krijg je dit dus. Ik zag ooit een interview met iemand van Fat White Family, die gevraagd werd waarom de band zo vaak naakt optreedt. Hij zei: als ik naakt ben maakt het allemaal niet meer uit, dan ben ik de schaamte voorbij. Dan kun je ongefilterd spelen. Dat geldt voor mij ook. Ik ben dan wel niet naakt, maar in mijn onderbroek spelen vind ik spannend genoeg. Door zoiets belachelijks te doen ben ik niet meer zo bezig met het feit dat ik het eigenlijk best wel eng vind om op het podium te staan. Sterker nog: op zo’n moment vind ik de aandacht eigenlijk best wel leuk, dan vind ik het wel lekker dat mensen naar me kijken.’

Vaalserberg Hero

Terug naar Kilian, aan wiens keukentafel we zitten, in afwachting van 1.000 stuks vinyl die bij hem thuis worden bezorgd. Er staat een nummer op het debuutalbum van Personal Trainer dat me doet denken aan mijn favoriete Kilian-moment van het jaar. We werkten met de 3voor12 crew op Pinkpop. Metallica was headliner, het was een heerlijke lange dag met een knallende rockshow als apotheose. We zitten met de 3voor12-crew op een natural high van de terugkeer van festivals na twee jaar stilte, maar Kilian en ik hebben bewust de pintjes laten staan. We hebben onze fietsen meegenomen achterin het busje van Kilian, om ’s nachts over de Vaalserberg naar ons verblijf in België te rijden. Het is misschien wel de beste fietstocht van het jaar: over de Vijlenerberg, langs boscafé ’t Hijgend Hert, even een fotootje op het Drielandenpunt. Verbazing over die twintig graden midden in de nacht, nog bijna een das onder de wielen en uiteindelijk een welverdiend nachtbiertje.

King of the mountains
Op het Personal Trainer album staat een nummer dat ‘Vaalserberg Hero’ heet. Het gaat over een man die zichzelf de king of the mountains waant, maar die de bolletjestrui heeft verdiend op de hoogste berg van Nederland. Een beetje sneu dus. Het gaat niet over mij, en ook niet over Kilian, het gaat misschien wel over Willem Smit zelf en misschien nog wel meer over zijn vader, John Cees Smit, de illustere frontman van Scram C Baby, de ruwe indieband die furore maakte in de jaren negentig. ‘Als je op het podium staat kun je je on top of the world voelen, maar er liggen heel weinig mensen wakker van als je er niet bent’, beaamt Willem.

Zie hem daar zitten, de held van de Vaalserberg, neerkijkend op de phonies. ‘The loser asylum. You order your daily drink and everybody’s wrong from 3 to 10 pm. Updating your Facebook account, you’re shooting a selfie with the star you thought you were in 199x’, zingt Willem. ‘If you forgot your cash, then you just pay by card; if you forgot your card down at the previous bar, you put it on a tab; if you don’t have enough, you’ll pay some other time. You can’t be bothered.’ Het is misschien een cynisch, wat treurig beeld, maar Willem Smit wil duidelijk gezegd hebben dat het liedje niet zomaar over zijn pa gaat, en dat het al helemaal geen aanklacht tegen hem is. Hij spreekt liefdevol over zijn vader, die hem inwijdde in de muziekwereld en die hem gevraagd en ongevraagd advies geeft over Personal Trainer.

Biertje drinken
‘Ik kan me niet herinneren dat ik van jongs af aan interesse had in bands, maar toch heb ik rond mijn vijfde al eens een tekening gemaakt van een band. Ik tekende van alles en nog wat, strips enzo. Natuurlijk heeft mijn vader deze eruit gepikt. Ik weet nog dat hij toen ik acht was het eerste album van Arctic Monkeys voor mij en mijn moeder opzette. Dat was het eerste moment dat ik dacht: wow. Acht ja, zo lang is dat al geleden, ik kan er ook niks aan doen, haha. Op dit moment zie ik hem eens in de zoveel tijd, eens in de twee weken ofzo. Dat is best veel? Ja, eigenlijk wel hè. Tot voor kort gingen we meestal een biertje drinken in het café, maar hij is anderhalve maand geleden gestopt met drinken, wat best wel een big deal is. Hij heeft het grootste gedeelte van zijn leven gedronken, dus het is wel goed van hem. Ik ben laatst met hem naar de film geweest. Nu drinkt hij Club Mate en eet hij veel snoep.’

Laag voor laag

Er klinkt gestommel in de gang, en daar is hij dan, de Vaalserberg Hero van 3voor12, Kilian Kayser, vers terug van een interview met house-dj Philou Louzolo. ‘Lekker stekje heb ik hier hè’, zegt hij. ‘Moeten jullie iets eten?’ Willem: ‘Ik had al een boterham van je gepikt. Goed dat jouw kaas precies op je brood past, man.’ Een moment later staan we met zijn drieën dozen vinyl van de straat naar de kelder te sjouwen. Het zijn er een stuk of twintig en ze zijn zwaar. ‘Sorry, dit interview is net een gatenkaas.’ Het geeft natuurlijk helemaal niet, want dit is de dynamiek van een band als Personal Trainer. Willem en Kilian regelen bijna alles zelf, besturen hun eigen bandbus en brengen hun plaat in eigen beheer uit. En die duizend plakken vinyl, die worden door niemand voorgeschoten.

Het zweet staat nog op Willems voorhoofd als we een minuut of tien later weer zitten. Hij is nog buiten adem van de trappen en oogt een beetje nerveus. Natuurlijk lonken die stapels onder de trap. ‘Ik hoop niet dat de hoes mislukt is’, zegt hij. ‘Ik ga er eentje pakken. Nee wacht, ik ga er niet eentje pakken, ik doe het strak wel. Straks is er iets fout en dan raak ik heel geïrriteerd.’ Maak maar gewoon open hoor. ‘Ok, ik doe het’, zegt hij, en hij staat op. ‘Ik vind het heel spannend, en niet op een leuke manier. Er staat een foto op de hoes van iemand die ik heel hoog heb zitten, Joni Spaan.’ Hij scheurt de doos open, en de ruimte wordt overspoeld door een golf van opluchting. ‘Wow, nice, fijn. Wow. Ja man! Het is gewoon gelukt, haha. Dat is een gigantisch pak van mijn hart. Het is een foto van een cruiseschip, die hangt in mijn vaders huis, boven de bank. Ik vind het al heel lang mooi.’

Onrust
In dat kleine moment van onrust zit veel van de muzikant Willem Smit. Hij heeft aan de ene kant dat gedecideerde, precies weten wat-ie wil. Aan de andere kant is er die rusteloosheid. Precies die tegenstelling maakt de muziek van Personal Trainer ook zo ongrijpbaar, zo grillig en zo eigen. ‘Ik ben op zoek naar iets dat niet zo concreet is. Ik weet dat ik met een grote groep muzikanten wil spelen maar nog niet wat. Ik weet vaak niet goed waar mijn eigen liedjes over gaan. En ik vind het heel fijn als er iets gebeurt dat ik zelf ook niet zo goed snap. Gewoon net zo lang proberen tot er iets moois ontstaat. Zo doe ik het al sinds mijn elfde.’

Hij probeerde wat, schaafde en sleutelde, begon opnieuw. En toch kwam dit album van Personal Trainer totaal anders tot stand dan al die eerdere pogingen. ‘Meestal oefen je een nummer in de oefenruimte met de band, en dan probeer je het zo goed mogelijk op te nemen. Hier werk ik van onder naar boven. Ik werk altijd samen met Casper van der Lans, onze oude bassist die het touren niet zo zag zitten, maar wel graag met mij aan de demo’s werkt. We bouwen het laag voor laag voor laag op. En dan eindeloos dingen toevoegen en weghalen. Alleen ‘The Lazer’ hebben we live met de band opgenomen.’

Kilian Kayser - Willems steun en toeverlaat, de regelneef, de designated driver - pakt de hoes op Big Love Blanket op van tafel, draait hem om en zegt: ‘Ik weet eigenlijk helemaal niet of ik nog op andere nummers te horen ben. Oh ja, backing vocals op track 1 tot en met 5. Ik vind het niet raar dat het opnameproces aan me voorbij gaat. Het is Willems muziek, ik hoef daar niet bij betrokken te zijn. Volgende week gaan ze weer nieuwe muziek opnemen. Ik wil dan wel een dagje langskomen, meer is niet nodig. Dan kom ik een uur tamboerijn spelen, de helft zal wel goed zijn.’ Het is een zooitje, die achterkant van de LP, een eindeloze lijst namen van mensen die een klein beetje geholpen hebben. ‘Haha, ja, die plaat is echt een zooitje.’ Een zooitje, maar wel een mooi zooitje.