Vandaag geven dj's niet alleen visitekaartjes voor zichzelf af, maar voor een hele sound: DJ Lag komt pionieren met gqom, UNIIQU3 laat The Nest bouncen op haar jersey club-stuiterballen, en Herrensauna staat in de UFO met hun gezichtsbepalende lerentuigjestechno. Maar de echte superster van de dag? Dat kan alleen Sherelle zijn.

Het festival:
Heeft het beste voor het laatste bewaard. Zondag is qua line-up de allerspannendste, met marathonsets van geliefde duo’s, en dan vooral in de laatste twee uur zoveel namen die je wilt zien dat de keuzestress toeslaat.

Het hoogtepunt: Sherelle
Wat een superster. Zagen we gisteren The Nest al totaal op hol slaan bij de finale van Coco Bryce en Sherelle, dan kopt ze dat voorzetje nu totáál in met een set vol drum ‘n bass, jungle en breakbeat hardcore. Die kneitersnelle, Britse breakbeats van weleer zijn weer helemaal en vogue, en The Nest - Dekmantel's nieuwe bass-podium - speelt daar geweldig op in.

De ontdekking: UNIIQU3
De sassy en supercute jersey club-koningin strooit met haar booty bounce-anthems, en blijkt tegelijkertijd ook nog een mega geloofwaardige MC. 

De teleurstelling: Batu
Tja. Dekmantel nam een risico door zo’n leftfield dj als headliner te programmeren, en risico’s pakken nu eenmaal niet altijd goed uit. Al helemaal niet als er ZOVEEL moordende concurrentie op de andere podia staat. Hij draait zeer vet, maar er komt te weinig publiek op af voor een groots closing moment.

Zijn de spieren al verzuurd, de benen al stram van het dansen? De zondag van Dekmantel Festival is er eentje voor de aanhouders en de doorzetters, met een heel stel marathonsets. Twee uur lang Objekt en Call Super in de Boiler Room (waar de meeste dj’s daar maar een uurtje krijgen). Drie uur lang Vladimir Ivkovic en Lena Willikens bij het Selectors-podium (terwijl de meeste slots er vandaag twee uur duren). Vier uur lang de Herrensauna-kliek in de technotent (oké, ze zijn gewend om feesten van zestien uur te geven in Tresor, maar toch). En een verbluffende zeven uur Antal en Hunee in de Greenhouse.

Het klikte ooit tussen die twee in Rush Hour, de Amsterdamse platenzaak van die eerste, waar de tweede een stel Braziliaanse platen door zijn vingers liet glijden. De band verdiepte zich toen ze eens samen draaiden in Club Up (echt waar!), maar vooral in Nederland werden de twee een legendarisch duo sinds ze in 2014 een vrij legendarische set verzorgden in de X-Ray op Lowlands en een halfjaar later zes uur lang de tijd kregen bij de slotnachten van TrouwAmsterdam. Dat betekent dat vrijwel iedereen op Dekmantel weet wat-ie kan verwachten van Hunee & Antal: keiharde feelgoodmuziek, zonnige disco en opzwepende house, en dan in veel gevallen juist de platen die niemand anders heeft.

Loop rond 17.00 ’s middags binnen en ze draaien een country-versie van Hall & Oates in de stampvolle Greenhouse terwijl de zon tussen de gigantische varens door naar binnen schijnt. Dan is het nog een pretentieloos strandfeestje: de glimlach regeert, mensen staan in bikini mee te swingen, en ergens halverwege staat een dude met opblaaspalmboom rond te zwaaien (alsof het nog niet zonnig genoeg was). Blijf plakken en al snel loopt er een riviertje zweet langs de rug naar beneden, krullen de mondhoeken steeds verder omhoog. Rond 21.00 staat de dude met palmboom er nog steeds – inmiddels veel verder naar voren – en zijn Antal en Hunee opgeschakeld naar stevige house met trompetgeschal. Classic Antal-trucje: wanneer de synthsolo begint effe de bas wegtrekken, om vervolgens iedereen helemaal gek te krijgen wanneer–ie ‘m er weer in draait. Om 22.30 is de palmboomdude is helemaal vooraan beland. De kas is ietsjes leeggelopen, maar ze draaien dan ook een rockende ‘All Along The Watchtower’-cover van een dikke 10 minuten met een Hammond-solo waar geen eind aan lijkt te komen.

Het contrast met de Selectors-stage ernaast kan bijna niet groter. Oceanic staat er ’s middags hele donkere snelle experimentele techno te draaien, maar laat af en toe wel een robotstem terugkomen die ‘sunshine sunshine sunshine’ zegt, of pakt uit met een grimmige track waarin op de achtergrond wél een heel vrolijk fluitje klinkt. Alsof je in Mordor een strandstoeltje parkeert. Vooraan staat een bataljon fans keihard mee te swingen – het is dan ook een supercoole set –, maar het veldje daarachter is behoorlijk leeg. Iets te avontuurlijk voor dit slot. Mede-Amsterdammer Olf van Elden alias Interstellar Funk weet de Selectors-stage wel vol te trekken. In de appgroep is–ie inmiddels omgedoopt tot Olfje Weerwolfje, want hij staat te draaien alsof het volle maan is: hij heeft z’n tas vol met best wel duistere, hoekige four to the floor house, maar wel melodieus en toegankelijk. Hij wilde vandaag gaan voor een ‘euforisch, warm en een licht xtc-gevoel’, kondigde hij vooraf al aan, en dat weet-ie twee uur lang uitstekend vast te houden.

Antal en Hunee bij de Green House op Dekmantel Festival 2022

Drie trends in een notendop

Maar naast de bekende koppen valt er vandaag meer te zien en te horen. Altijd al na Dekmantel het voortouw in het presenteren van nieuwe geluiden uit alle hoeken van de wereld, hoorde je al meer global bass dan ergens anders, vandaag blijkt des te meer welke sounds totaal floreren. Neem gqom, bijvoorbeeld, een Zuid-Afrikaans genre met breakbeats en stuwende percussie, diepe bassen en vocal chants om het publiek flink op te zwepen. Al eerder hoorde je dat Zuid-Afrikaanse genre zo nu en dan voorbij komen op de festivals, bij de avontuurlijke dj-sets van types als Ben UFO en Violet, nu hijst Dekmantel de belangrijkste exporteur ervan op het schild: DJ Lag, een gast uit Durban die op z’n twintigste doorbrak door z’n debuut-EP op Whatsapp uit te brengen, al een track produceerde voor Beyoncé’s Lion King-soundtrack en nu als gqom-pionier naar alle hoeken van de wereld wordt gevlogen. Zijn set is behoorlijk stijlvast, een pure gqom-set waarin zijn bekendste tracks voelen als de hoogtepunten, waaronder een flardje ‘MY POWER’ en die sicke DJ Lag x Sinjin Hawke-tune met heliumstemmetjes en blazers zo onheilspellend als de Jaws-soundtrack.

In theorie klinkt dat best duister, een gqom-only set, zeker onder het warme middagzonnetje blijkt het juist de ultieme smeerolie voor de heupen. Door die breakbeat ga je er totaal anders op dansen. Niet hoekig en vanuit het middenrif, zoals op four to the floor, maar vanuit de heupen. Laat dat nou een goeie opwarmer zijn voor UNIIQU3, de Jersey club-sensatie die op WOO HAH! zo overrompelde dat ze het podium liet instorten. Als je haar zo bezig ziet, met haar paarse vissershoedje en shiny koptelefoon vol diamantjes, begrijp je dat totáál: haar jersey club-bommetjes zijn echte booty bounce-anthems, een mega high-energy samensmelting van miami bass met breakbeats en ghetto house. Wat een coole chick ook: ze slingert haar eigen skippyballen evengoed tussen baile funk, breakbeats en techno, flirt opzichtig met pop (Beyoncé, ‘WAP’, zelfs fucking Enya), en staat ze aan het begin nog sassy achter de booth te vogue’en, dan springt ze aan het einde van haar set erbovenop als twerkende MC en krijgt ze de hele zaal aan het gillen. Overduidelijk de ontdekking van de dag. 

Oh ja, en dan is het ook nog eens de dag waarop duidelijk wordt hoe groot Herrensauna wel niet is geworden, hoe gezichtsbepalend het Berlijnse queer collectief (vandaag met CEM, MCMLXXXV, Héctor Oaks en SPFDJ) is voor de keiharde, gure wind die nu door de technoscene waait. Ze trekken de hele UFO ermee vol. Vooraan zie je zelfs nog wat vleermuizen die duidelijk vanochtend vanuit Spielraum zijn doorgetrokken om nu de laatste restjes van hun ziel eruit te knijpen met 160 bpm techno, hardcore en hardtrance vol kwaadaardige breaks. Grappig hoe dat tempo eigenlijk veel gemakkelijker vol te houden is bij JASSS, die andere Herrensauna-resident die tegelijkertijd in haar uppie in de UFO II staat. Ze draait net zo snel, maar wel een stuk eclectischer. Ze mixt ook razendsnel door, en speelt met grote contrasten, en parkeert zomaar een cute acapella van ROSALÍA op een breakbeat tussen haar venijnige platen.

DJ Lag bij The Nest op Dekmantel Festival 2022

Sherelle wint de hoofdprijs

Ja, de zondag is by far de spannendste dag van het hele weekend, en vooral voor het slot heeft Dekmantel een paar gigantische klappers bewaard. Neem bijvoorbeeld de mainstage-closing, daar stond nog nooit zoveel op het spel.

Dekmantel bouwt namelijk aan hun dj’s: eerst een keertje in een kiertje van het programma op Dekmantel Selectors, dan een mooie slot op het festival in het Amsterdamse Bos, en als het dan écht verbluffend goed is? Dan kan een relatief kleine niche-naam opeens naar voren worden geschoven als mainstage-afsluiter. Dat overkwam Batu, een gast uit Bristol die met zijn Timedance-label een uiterst avontuurlijke take heeft op de UK techno/bass-sound in navolging van Hessle Audio. Deze boeking was een beetje een gokje, hij is by far de meest leftfield headliner die Dekmantel in de afgelopen edities heeft gekend. En wie gokt, die kan ook verliezen. Al wanneer hij het overneemt van Robert Hood stroomt het veld behoorlijk leeg en kun je zonder ook maar een benevelde Brit aan te hoeven stoten voor de geluidstafel komen. Na drie vervreemdende tracks met gebroken beat, fladderen nog meer vriendengroepen hand-in-hand weg naar achteren om op zoek te gaan naar iets lichter verteerbaars. Zonde hoor, want Batu draait wel supervet: hij propt een flard van de ‘Hackney Parrott’-vocaal tussen twee 4x4-tunes met het geluid van honderd gillende keukenmeiden, fietst er opzwepende UK Funky doorheen en mixt een giga-drill-hit van Unknown T met razende breakbeats in. Vooral indrukwekkend om te zien hoe de nacht valt, hij steeds grootser gaat draaien en het langgerekte scherm achter hem in alle kleuren van de regenboog begint te flikkeren. Maar ja, de grootse Dekmantel-afsluiting is het niet.

Nee, dan kun je beter op je laatste energie doorstrompelen naar Sherelle, de Britse sensatie die ondertussen The Nest laat uitpuilen. Al in 2019 brak ze door, met een viral Boiler Room op het snijvlak van footwork, jungle en drum ‘n bass, en sindsdien is ze eigenlijk alleen maar groter en groter geworden. Zeg maar, formaatje MixMag-coverster en sinds kort ook boegbeeld van de Londense voetbalclub Arsenal. Coole constatering: het voorzetje dat Coco Bryce en Sully hier gisteravond gaven met hun donderende drum ‘n bass-set, kopt ze hier volledig in. Ze is een veel minder stijlvaste dj, maar die amen breaks op 160+ bpm zijn wel de constante factor, en ze laat ze door de tent klapperen als een balletje door een flipperkast. Ondertussen blaast de rook volop door The Nest, knetteren de LED-strips op het ritme van de breaks, en koerst ze met oldschool UK rave met diva vocals en piano stabs op de finale, om op de booth te klimmen, onder luid gejoel d’r shirt uit te trekken en die door de lucht de zwaaien alsof ze net het winnende doelpunt voor haar team heeft gescoord. En dat is ook gewoon zo. Want als we een ding kunnen concluderen uit deze Dekmantel? Dan is het wel dat die Britse bass-revival die al een tijdje borrelde keihard tot uitbarsting is gekomen. Oh, en dat het nieuwe bass-podium The Nest daar fenomenaal op inspeelt.

Headliner Batu bij de mainstage