Het tempo gaat omhoog, de Britse bassen domineren en oh ja, Amsterdammer Identified Patient zou met zijn explosieve sets zomaar eens kunnen doorgroeien tot Dekmantel-headliner. Dat zijn onze conclusies na de eerste dag van het toonaangevende dancefestival in het Amsterdamse Bos.

Het festival:
Britten, Fransen, Duitsers, er zijn zelfs mensen die de halve wereld over vliegen om naar Dekmantel te komen. Waar dancefestivals als DGTL en Awakenings expliciet inzetten op grote, commerciële techno-koppen en bigroom house-helden naast edgy artiesten, is de Amsterdamse festivalorganisatie Dekmantel internationaal toonaangevend in de voorhoede van de house en techno. Vallen die avontuurlijke dj’s op andere festivals soms dood, hier kunnen ze precies doen wat ze willen, en worden ze als helden ontvangen. Naast het driedaagse festival in het Amsterdamse Bos (en twee vooravonden met liveconcerten rond het IJ) organiseert Dekmantel ook voorjaarsfestival Lente Kabinet, het kleinschalige Dekmantel Selectors in Kroatië en een evenement in Sao Paolo, én heeft Dekmantel een eigen label. 

Het hoogtepunt: Identified Patient
De Amsterdammer doet in de Greenhouse een explosieve sollicitatie: zou-ie kunnen doorgroeien tot headliner van de mainstage? Wij zetten ons geld er vast op in.

De ontdekking: Simo Cell
Deze Fransoos is zeer UK-minded in zijn benadering van weirdotechno, en scoort met oorverdovende bassen.

De sfeer:
Op sommige plekken extreem gezellig: de halve Amsterdamse dancewereld zwermt hier rond, dus zie je op Dekmantel mensen die je al anderhalve pandemie niet hebt gesproken. Op sommige plekken precies zo grimmig als je hoopt: in de grote UFO-tent staan groepen technobeukers die het hele weekend . En op sommige plekken in bewondering van het schitterende terrein: die broeikas van een Greenhouse, de Selectors-stage tussen de bomen en de nieuwe Nest-stage behoren tot de coolste stages van Nederland, zeker als de zon langzaam wegzakt.

Shirts gaan uit. Stellages worden beklommen. De metalen constructies wiebelen mee op de wobbelende bas. WOB WOB WOB. De hele fucking tent wordt binnenstebuiten gekeerd. ‘This is sick!’, schreeuwt een Brit tegen de ander. De ander: ‘My back hurts!’ Het is kortom feest in de kleine nieuwe The Nest-stage van Dekmantel, een eigenaardig bouwwerk met schuin dak en verhogingen aan de zijkant. De drie Britse boys van Hessle Audio draaien daar als afsluiter, en claimen er meteen de troon. Die drie kennen elkaar sinds 2004 uit hun studententijd, raakten bevat van het dubstep- en drum ’n bass-virus en begonnen een label dat heel zuinig is met zijn releases, maar toonaangevend is geworden in de avontuurlijke UK dance-hoek. De invloed van Pearson Sound, Pangaea en Ben UFO is niet te overschatten op Dekmantel, een heel bataljon aan dj’s volgde jarenlang alles wat dat label deed op de voet. Van liveact Overmono en mainstage-vuller Joy Orbison tot de bassline-koningin Anz, van Objekt en Call Super tot de zondag-headliner Batu, ze zijn allemaal schatplichtig aan de drie gasten die nu op het podium staan.

Pearson Sound krijgt het als eerste aan met een plaat die aan de bovenkant dwingt als een houseplaat, maar aan de onderkant een flink salvo aan kickdrums. Na een rondje swingende tunes doet hij opeens balletje balletje met de bas en geeft het voorzetje, waarna Ben UFO hem binnenkopt met een geflipte raveplaat breakbeat waarbij de piepende remmen je om de oren suizen. Het resultaat: een bomvolle toko die bij iedere afslag weer begint te juichen. Veel dj’s die zoveel stijlen door elkaar proberen te mixen, komen daarmee een beetje in de knel en raken hun publiek af en toe kwijt. Zo niet Hessle Audio, hun sets zijn altijd toegankelijk en fun, en voelt elke afslag logisch. Daarvoor heb je nodig: een hele scherpe kennis van je platen, hoe de breaks zitten en hoe je die aan elkaar lijmt. En de technische virtuositeit om dat zo feilloos mogelijk te doen. What the fuck momentjes zijn oké, goed zelfs. Maar die moeten nooit zorgen dat je stopt met dansen. Dus weten de mannen van Hessle Audio ook wanneer ze een halfuurtje redelijk straightforward house met wobbelende bassen moeten draaien, en wanneer ze naar een zinderende finale toe kunnen draaien met een malle, nieuwe speedgaragekraker met een oldschool feel, een Wiley-instrumental en een unreleased Floating Points-tune die precies doet wat–ie moet doen.

Ze kronen zich meteen tot de koningen van The Nest, een stage die geheel is gewijd aan die moeilijk te definiëren melting pot van Britse techno, dubstep, 2step, garage, idm, breakbeats die in de volksmond een tijdje uk bass werd genoemd, en op beatport een tijd het volstrekt dubieuze predikaat ‘leftfield house’ kreeg. Wat duidelijk is: je hoort er zelden straightforward four to the floor-tunes en vaker kicks die niet alleen je heupen aan de praat krijgen, maar ook je brein kietelen op plekjes waarvan je niet wist dat ze zo konden kriebelen. Zo’n stage voor alles bass pitchte nieuwe programmeur Lisa Molle bij haar sollicitatie, terwijl Dekmantel zelf ook al op een dergelijk idee broedde. 1 + 1 is twee, Molle werd aangenomen en drukte een grote stempel op The Nest.

Simo Cell is de ontdekking van de dag

Allerlei dj’s benaderen The Nest net effe anders. Amsterdamse Jasmín en Franse OKO DJ flirten met reggaeton waar je rooie oortjes zou kunnen krijgen als je de teksten kon verstaan, en met de futuristische pop van Shygirl. Sneu dat tot twee keer toe geluid uitvalt – en de tent leegstroomt. Gelukkig zwermen de dansers weer als bijen op de honing af met een belachelijk funny edit die de vocals crank dat van Soulja Boy combineert met ultieme nineties cheese-housebanger ‘9PM’. Al vroeg op de dag springt ook DJ Haram er in het oog, een Amerikaanse die haar Midden-Oosterse roots eert in haar producties op Hyperdub en in haar set heel veel lol uitstraalt. Dat doet ze vooral met Jersey club-bommetjes, waar ze de ultieme frustratierapper Rico Nasty tussen parkeert, maar ook flarden Burial, 070 Shake en een cheeky ‘Day ’n Nite’-cover. Telkens trekt ze de beat even weg, pakt ze de mic erbij en begint ze vrolijk te babbelen. ‘Ik geloof dat ik dit hoorde op het eerste festival dat ik ooit bezocht. Leuk toch??? Willen jullie meer bangers horen?’ Gejuich. En wat volgt? Meer bangers, met knipoogjes en zonder al teveel pretenties aan elkaar geregen.

Maar de grote ontdekking van The Nest – en eigenlijk van deze hele eerste festivaldag – is Simo Cell, een Fransoos die zijn weirdotechno vol gebroken beats uitbrengt via Livity Sound en Timedance. Ook behoorlijk UK-minded dus. Hij lijkt de soundsystem te willen slopen met een track die minutenlang non stop een ooooooorverdovende bas door de speakers laat blazen, maar durft ook gewoon opeens de boel plat te leggen met een engelachtige syntharpeggioplaat zonder beat, om op baile funk in te zetten met een heel gemeen ‘hehehehehe’-lachetje en te eindigen met…. een drill-tune met een cheesy sampletje van fucking ‘Calabria’. Twee jongens halverwege The Nest hangen van extase in de hekken heen en weer te slingeren en proberen de boel uit elkaar te trekken, terwijl Simo Cell verlegen high fives en knipoogjes in ontvangst neemt.

Die UK-sound hoor je straks overal

Je zou zo de hele dag bij The Nest kunnen blijven plakken, maar die UK-sound wordt ook elders op het festival goed vertegenwoordigd. Bij de razendsnelle basslines van Anz, die de mainstage al vroeg vol trekt. Bij Joy Orbison, de Brit die tien jaar geleden in één klap doorbrak met ‘Hyph Mngo’ en vorig jaar éíndelijk het fraaie debuutalbum still slipping vol. 1 uitbracht. Hij switcht moeiteloos tussen gepolijste techhouse, 2step, breakbeats en grime. En dan de broertjes van Overmono uit Wales, die als sub-headliner de tijd nemen met een liveact vol uitgestrekte, spacey build-ups en melancholische IDM met jungle-invloeden. Gunk’ en ‘Baby’ worden met gejuich onthaald, en vormen een moment van uitbarsting in een liveset die verder vooral draait om de details. Remixes van The Streets en For Those I Love’s ‘I Have A Love’ zijn ook hoogtepunten, trancy, intens, bigroom en heel, heel erg Brits.

Geen gekke conclusie dat we deze breeduitwaaierende sound volgend jaar op veel meer plekken gaan horen, want Dekmantel is een voortrekkersfestival, een festival dat dansvloervreters uit de hele wereld trekt, en een festival dat invloed heeft op zo’n beetje alle avontuurlijke house/techno-festivals in Nederland én ook internationaal.

Overmono

Meer voorbarige conclusies

Zo zijn er deze eerste festivaldag van Dekmantel nog wel meer (hele voorbarige) conclusies te trekken:

  • De look van 2022 is The Matrix meets sexfeest. Er is een hele wave aan Insta-techno-types die de hele dag Hör kijken, nineties zonnebrillen dragen, dikke ketting (formaat: fietsslot) of twee om de nek, veel leer, als het effe kan een matje, een glitterend steentje op een snijtand geplakt, en veel naakt, ook als het daar eigenlijk vijf graden te fris voor is. Zelfs de grootste normie overweegt dus komend jaar een tuigje of visnetshirtje te kopen.
     
  • Het tempo gaat omhoog. Of je nou in de technotent kijkt, op mainstage bij de basslines van Anz, in de Greenhouse, of in die kleine Nest-tent: 140 a 150 is eerder regel dan uitzondering, zelfs al om 17.30. Op dit tempo jagen die gekke Britten hun weekendvoorraad pep er al in een dag doorheen – en verrekt die ene muziekjournalist linksvoor zijn lies al voordat de avond valt… Veel dj’s vinden het ook geen probleem meer om 10 tot 20 bpm te versnellen in hun sets. Zelfs ambient-reggaeton-drietal Sangre Nueva (een verbond van DJ Python, Kelman Duran en DJ Florentino) staat keihard te blazen in de Greenhouse, voordat ze terugschakelen naar hun signature sound.
     
  • Daarover gesproken: Reggaeton is helemaal en vogue. Dus hoor je ook gewoon ‘Papi Chulo’ langskomen. Welja!
     
  • Op Dekmantel liep jaar na jaar altijd een stelletje rond. De dude hangt altijd links vooraan met z’n hoofd in de speakers, z’n vriendin staat er vijf meter achter. Ze zijn er weer, ze zijn nog samen en ze staan weer precies zo.

Maar de echte conclusie van deze eerste dag Dekmantel? Dat Identied Patient in de nabije toekomst zou kunnen doorgroeien tot headliner van Dekmantel, zoals ook Batu en Helena Hauff via steengoede sets in de Greenhouse ook al eens promoveerden tot mainstage-afsluiter. De blonde poldernozem is de golden boy van de Dekmantel-crew, en vanavond slaagt-ie als afsluiter in de Greenhouse rijkelijk voor zijn auditie. Wat gooit-ie er een hoop klappers op. Venijnige techno en acid, een geflipte Franse track alsof je in een of ander punkhol in een kraakpand staat te dansen, zelfs wat wobbelige bassen hier en daar, breaks met jankende sirenes, die geweldige nieuwe Nick Léon, om via lompe kicks vol indianengekrijs richting de 150bpm te stevenen. Vooraan staat een bezwete gast met zijn shirt te wapperen, steeds worden er meisjes op de schouders gehesen, en bij zijn laatste track barst de bom totáál. Als-ie nog een klapper van een plaat op Dekmantel uitbrengt, dan zou hij zomaar de vleermuizen van het festival naar het hoofdpodium kunnen trekken.

De mainstage bij headliner Jon Hopkins