PP22: Nothing But Thieves omarmt de knuffelrock
Heavy rockband scoort met emotioneel klein slotliedje
Vaak wordt de Britse rockband Nothing But Thieves in het straatje geduwd van Queens of the Stone Age en Muse. Ja duh, denkt de oplettende Pinkpop-connaisseur vandaag: in een break zoals die van ‘Everybody Crazy’ (onderstreept met een roze confettiregen) wordt wel heel erg opzichtig leentjebuur gespeeld bij Josh Homme en de zijnen. De bluesy licks en stevige shuffle van ‘Forever and Ever More’ hebben er ook wel wat van weg, en zanger Conor Mason heeft zo’n stem die schurend de hoogte in kan zoals Matthew Bellamy dat ook zo goed kan. Oh ja, en het derde album Moral Panic? Dat is een plaat over het kwaadaardige internet dat de wereld langzaam maar zeker vergiftigd (en de wens om uit te pluggen, baby).
Het maakte van Nothing But Thieves het type rockband zoals er nog maar weinig zijn, eentje die zonder moeite de Ziggo Dome kan uitverkopen en inmiddels is doorgegroeid tot de subheadliner van de Pinkpop-vrijdag. En daarvoor is zo’n show van een uur eigenlijk net iets te saaitjes. Niet zo saai als het telefoonboek van voor tot achteren voorlezen voor je vijf maanden oude baby, tellen van 1 tot 725, kijken hoe een grassprietje groeit. Maar toch… . Behoorlijk saai. Ja, ze spelen hun Rock met een hoofdletter R hartstikke strak, ze hebben een paar serieuze anthems maar verder gebeurt er weinig op het podium. Mason drinkt een kopje thee om zijn stem te sparen. Hij is blij dat we er zijn. Er is een instrumentale jam die nergens begint en nergens heen gaat. Er is confetti. Twee keer zelfs. Er is niks mis mee. Tja.
Máár: veel nieuwe nummers konden we de afgelopen 10 jaar niet bijschrijven in het canon der rock-anthems, ‘Amsterdam’ van Nothing But Thieves past er zeker wel in. Het is zo’n tune waar je schaamteloos ‘YEAH’ in mag meezingen, een behoorlijk nietsige tekst (‘We live and then we die as one. Yeah, we all live under the same sun.’ Rijmt, dus het is de waarheid.) en een perfect-pathetisch refrein over je kop alsmaar opnieuw stoten tegen dezelfde muur, terwijl je je hart bent verloren in Amsterdam. Geen flauw idee wat–ie er nou allemaal mee bedoelt, maar hey: anthem! Pinkpop slikt het als zoete koekjes.
HET MOMENT:
Wat Nothing But Thieves onderscheidt van de hardere rockbands? De band heeft er geen enkel probleem mee om af te sluiten met de totale zwijmel-knuffelrock-ballad ‘Impossible’ (de clue: ‘I thought it was impossible but you make it possible!’) met een groots bierhefmoment. Knuffelen maar!