Fenomeen Jonathan Wilson laat Rotown euforisch achter

Horrorwinter wordt verruilt voor Summer of '69

Tekst: Jasper de Jong Foto's: Wim Barzilay ,

In de vrieskist die Nederland heet, is het erg prettig om een behagelijk Rotown binnen te stappen. Al gelijk valt een gekopieerd A-4tje op, dat aan de voordeur hangt:
Het publiek wordt vriendelijk verzocht stil te zijn tijdens het concert. Rotown is uitgeroepen tot stiltegebied. Ik denk dat we volgende keer zachter moeten klappen.

Jonathan Wilson is een alleskunner uit Los Angeles California. Hij heeft daar zijn eigen studio. Achter veel platen gaat zijn productie schuil. Ook zijn eigen plaat ‘Gentle Spirit’ is bijna in zijn geheel ingespeeld en geproduceerd door Wilson zelf. Dit album uit 2011 werd al zeer goed ontvangen in Engeland en laat het hart van menig psychedelisch rocker sneller kloppen.
 
Zonder dat het publiek het goed en wel door heeft, staan de mannen klaar om te betoveren. Vanaf de eerste noot tilt deze band je op en neemt je mee in hun muzikale koffer, samen reizend door hun psychedelische wereld. De horrorwinter van 2012 wordt in een mum van tijd omgewisseld voor the Summer of ’69. Het publiek heeft het A-4tje goed gelezen, want de eerste sssssttt’s... klinken door de zaal en er wordt ook gevolg aan gegeven; het publiek wordt stil. Ze benemen onze adem.
 
Het optreden begint rustig met nummers als ‘Can we really party today’ en het meeslepende ‘Gentle Spirit’. De muziek pakt je beet en gooit een deken van warme, zweverige deunen over je heen. Je wordt erin gezogen en laat je tot de laatste noot niet meer los. Door het mooie spel kan je niet anders dan je aandacht erbij te houden en te genieten. De muzikanten spelen stuk voor stuk de sterren van de hemel. Het is intens en oorstrelend. Soms wordt je zo meegezogen in de muziek, dat je in een soort slaapstaat terecht komt. De solopartijen zijn er dan om je weer met beide benen op de grond te zetten.
 
De bassist lijkt rechtstreeks uit een Woodstockdocumentaire gelopen te zijn met zijn lange haar en dikke baard. Hij staat er wat schuchter bij, maar legt heerlijke ritmes neer ter ondersteuning van de geweldige solopartijen van Jonathan. Constant doet de muziek je denken aan bands van lang vervlogen tijden. Soms is het het Hammondorgel wat je doet denken aan the Doors, dan hoor je weer de Wah Wah van Jimi Hendrix, of hoor je in de verte de stem van Rod Stewart terug in hun muziek. Het zijn flarden bekende geluiden en hun muziek zou zo gemaakt kunnen zijn in de jaren ‘60/’70. Toch onderscheiden ze zich door ongelofelijk virtuoos spel en originele en meeslepende tracks.
 
De langharige Jonathan Wilson staat het hele concert heel relaxed op het podium. Zijn stem is lijzig, warm en krachtig. Zijn starende blik past goed bij de dromerige deunen en ritmen. Regelmatig wordt hij vocaal ondersteunt door bassist en gitarist, wat de zangpartijen ook meer kleur geeft. Jonathan en zijn gitarist zijn zeer goed op elkaar ingespeeld en soleren er lustig op los. Het nummer ‘Desert Raven’ laat horen hoe mooi de twee samen kunnen spelen met een heerlijk gitaarloopje. De ritmesectie zet zichzelf regelmatig op de voorgrond door onnavolgbaar goed spel. De toetsenist-percussionist gaat helemaal los op zijn Hammondorgel en beheerst een handvol andere instrumenten. Het klinkt allemaal zo gelikt, dat het lijkt alsof ze dit al jaren samen doen, terwijl het toch echt het eerste album is van Wilson.
 
Ze hebben zichtbaar plezier in het optreden en het publiek wordt ook per nummer enthousiaster. De synergie tussen de bandleden spat van het podium af en heeft zijn weerslag op het publiek. Uiteindelijk wordt de climax bereikt en barst het publiek euforisch los in een groot klapsalvo en bedankkreten.
 
Ik hoop van harte dat Jonathan Wilson de tijd neemt en vindt om weer nieuw werk uit te gaan brengen, want het is een muzikaal fenomeen!