Blaudzun doet af en toe de adem stokken

Korte, maar evenwichtige set krijgt Rotown soms akelig stil

Tekst: Edwin Borst Foto's: Robert Tjalondo ,

Johannes Sigmond maakt in het dagelijks leven muziek onder het wielrennerspseudoniem Blaudzun en niet geheel onverdienstelijk. Na in eigen beheer een EP te hebben uitgebracht trekt hij in 2008 de aandacht van platenmaatschappij V2. Met opvolger ‘Seadrift Soundmachine’ lijkt een sprongetje richting een breder publiek te zijn gemaakt

Korte, maar evenwichtige set krijgt Rotown soms akelig stil

De barman opent met een hels kabaal de lade van de kassa. Een oorverdovend gekletter vult te zaal als hij een verdwaald bierflesje in een leeg krat zet. Het zijn geluiden die weinigen ooit in Rotown gehoord zullen hebben, maar Johannes Sigmond weet de toeschouwer zondagavond soms even van dergelijke geluiden bewust te maken. Johannes Sigmond maakt in het dagelijks leven muziek onder het wielrennerspseudoniem Blaudzun en niet geheel onverdienstelijk. Na in eigen beheer een EP te hebben uitgebracht trekt hij in 2008 de aandacht van platenmaatschappij V2, dat zijn zelfgetitelde debuut uitbrengt, een melancholisch plaat vol goedgelukte donkerbruine americana. Met opvolger ‘Seadrift Soundmachine’ lijkt een sprongetje richting een breder publiek te zijn gemaakt, nu ‘Quiet Little German Girls’ een radiohitje op heeft geleverd en Blaudzun zelfs een minuutje mocht vullen van die veelbekeken talkshow met de snelpratende presentator.

Als het licht zondagavond ergens voor tienen wordt gedimd en Johnny Cash klinkt, is het niet verbazingwekkend dat er vijf volledig in het zwart geklede mannen het podium opkomen. Blaudzun laat zich deze tour begeleiden door een toetsenist/accordeonist, een drummer, een gitarist en een multi-instrumentalist. Zelf speelt de singer-songwriter gitaar, al blijkt bij het eerste nummer dat zijn krachtigste instrument zijn stem is. Het is een krachtige, intense stem die bij vlagen doet denken aan het getormenteerde stemgeluid van Starsailor’s James Walsh. Waar laatstgenoemde vanwege die dramatiek de neiging heeft te gaan irriteren, bevat het songmateriaal van Blaudzun genoeg afwisseling om te blijven boeien. De tweede plaat is daar grotendeels debet aan, want ‘Seadrift Soundmachine’ bevat meer uptempo nummers dan het debuut. Ook live weten juist nummers als ‘Sunshine Parade’, ‘Jezebelle’ en ‘Quiet German Girls’ de vaart erin te houden, terwijl het prachtige ‘The Choking Game’ bijna letterlijk adembenemend is.

Vanavond bestaat de eerste helft van het optreden voornamelijk uit nummers van de tweede cd, met speciale aandacht voor het half buiten de microfoon gezongen ‘Wolf’s Behind The Glass’. Slechts begeleid op een viersnarig gitaartje weet Blaudzun de zaal even doodstil te krijgen. Het is blijkbaar zo’n uniek verschijnsel dat bepaalde toeschouwers vervolgens opgelucht de rest van het concert volouwehoeren. Ten onrechte, want deze vijf mannen verdienen ondanks de relatief korte speeltijd onverdeelde aandacht voor een evenwichtige set vol luister- en meewiegliedjes. Blaudzun bewijst vanavond dat dramatiek en melancholiek niet synoniem hoeven te staan voor gejank en zelfmedelijden en daarvoor verdient hij waardering. Bij deze.