De Staat experimenteert met Arctic Monkeys-achtige sound

én knalt Nederlandstalig met Roosbeef

Tekst: Renee den Hartog Foto's: Tjeerd van den Berg ,

Wat is er nog niet gezegd en geschreven over De Staat het afgelopen jaar? Eigenlijk niets dan positiefs; recensenten, hoe kritisch ook, kwamen niet zelden superlatieven tekort. Ja, 2009 was duidelijk ‘Het jaar van De Staat’. In volle verwachting van wat 2010 gaat brengen, speelden de Nijmegenaren Watt alvast even plat.

én knalt Nederlandstalig met Roosbeef

Zeggen dat 2009 een succesvol jaar is geweest voor de jongens van De Staat lijkt haast een understatement. Bijna vanuit het niets was die Nijmeegse band daar en stond vervolgens op nagenoeg alle grote Nederlandse festivals en op nog meer podia, ook in het buitenland, en niet zelden werd er samengewerkt met andere bekende muzikanten. Of 2010 weer een ‘Jaar van De Staat’ gaat worden, dat weet niemand, maar het is de band van harte gegund.

Op deze zaterdagavond doet het Nijmeegse vijftal Watt aan, in het kader van de afsluitende najaarstour, waarna de band zal gaan werken aan een nieuw album. “Hallo! Wij zijn De Staat. Rotterdaaaam!” Frontman Torre Florim heet het publiek met z’n beste Rotterdamse accent welkom. Aan het begin van het optreden lijkt er trouwens ook verdacht veel vanuit een oer-Rotterdamse niet-lullen-maar-poetsenmentaliteit te worden gewerkt. De eerste paar nummers van het alom geprezen debuutalbum ‘Wait For Evolution’ worden in volle vaart de zaal in geknald.

De Staat lijkt nog iets rauwer te klinken dan we van ze gewend zijn, iets vunziger, vuiler zo je wilt. Er zijn meer synths te horen, het volume is omhoog gedraaid, gitaren scheuren harder. Het blijkt niet aan het eigen gehoor te liggen, want wat blijkt, de band schijnt een beetje aan het experimenteren te zijn. “Een beetje Arctic Monkeys, vinden jullie het iets?”, aldus frontman Torre. “Net een beetje hoger, vooral die gitaren. Dan schijn je meer hits te scoren.”

Leuk grapje van Torre, want De Staat heeft dat natuurlijk helemaal niet nodig, dingetjes van The Arctic Monkeys. De eigen nummers zijn immers ijzersterk. Dat blijkt maar weer eens als naarmate de avond vordert de complete inhoud van ‘Wait For Evolution’, aangevuld met het al even aanstekelijke ‘My Heart Is Dead’ voorbij komt. De gelaagdheid van de nummers, de herkenbare heldere zang van Florim, de vette gitaarsolo’s, de meerstemmigheid én niet te vergeten de koebel; het geheel staat als een huis.

Er is ook nog een verrassing - nou ja, er was al een gerucht op Twitter en hadden we aan aan het begin van het optreden niet ook al iets in de coullissen zien staan? – want Roos Rebergen komt een nummertje meedoen. Roos, beter bekend als de roodharige zangeres van de band Roosbeef, en Torre hebben namelijk samen een Nederlandstalige cd gemaakt, 'De Speeldoos', waarbij gedichten van geestelijk gehandicapten tot liedjes zijn omgetoverd. ‘Iemand Dood’ is, op het refrein na, dan wel haast onverstaanbaar, maar het klinkt als iets wat je later echt nog eens  moet opzoeken.

Het publiek vindt het allemaal prachtig; het weet waarvoor het is gekomen en krijgt dat ook precies. En om even flauw te doen, kun je hier dan ook direct een minpuntje aan vast plakken. Want wie deze band hier vanavond voor het eerst live – en dan vooral in de setting van een intieme zaal in plaats van op één van de vele festivals afgelopen jaar – ziet, is waarschijnlijk terecht onder de indruk. Maar wie De Staat al vaker heeft zien spelen, zou wellicht stiekem kunnen concluderen dat dit niet het sterkste optreden ever is.

Waar de eerste nummers er relatief snel doorheen lijken te worden gejaagd, wordt aan het einde behoorlijk gerekt. Daarbij komt er, op Roos Rebergen na, niet heel veel nieuws voorbij. Dit is misschien niet zo heel erg, op zich, maar heel soms is daar een licht vermoeden dat de jongens ook zelf een beetje toe zijn aan nieuw materiaal. Dat ze het inmiddels ook heus wel weten hoor, dat ze gewoon een stel ijzersterke nummers hebben gemaakt.

Met Roos die tijdens de tweede toegift nog even terugkomt voor 'écht het allerlaatste nummer’, ‘Jezus Is De Zoon Van God’, wederom van De Speeldoos. Torre schreeuwt: “Jezus is de zoon van God!”, “Maar ik ben de zoon van mama!” En dan Roos, ook schreeuwend in de herhaling: “In de naam van de vader, de zoon en de heilige mama!” Op de valreep eindigt dit optreden van De Staat toch nog behoorlijk sensationeel.