Ian Mackaye belichaamt muzikaal, sociaal en politiek engagement

The Evens: spaarzame muziek, grote diepgang

Dries van Oosterhout, ,

IanMackaye is terug, immer bewogen maar met andere middelen. Voor de meeste mensen is hij vooral bekend om zijn werk met Minor Threat en later Fugazi, centrale exponenten van de hard- en emocore beweging. Nu is hij echter terug met het duo The Evens, en laat hij zich van een heel andere kant zien.

The Evens: spaarzame muziek, grote diepgang

Tijdens een kort gesprek na afloop betoogt Mackaye dat het Westers individualisme is doorgeschoten. Muziek en concerten behoren tot de weinige, resterende middelen om een echt samenkomen te bewerkstelligen. Dat is hem vanavond glansrijk gelukt. Wanneer Ian Mackaye plaatsneemt op zijn kruk is het eerste wat hij doet zijn excuses aanbieden voor de uitkomst van de Amerikaanse verkiezingen. Hij is daarin als Amerikaan niet alleen en al snel blijkt dat hem een hoop van het hart moet. Het eerste liedje, zo vertelt hij, is geschreven voor de verkiezingen en tekenend voor de Verenigde Staten van dit moment. Het beschrijft het probleem van denken dat je nummer één bent. Dit nummer, On The Face of It, verscheen vorig jaar al op van de compilaties van Protest Records, een Amerikaans label voor “Love + Liberty”, dat vooral ook naadloos lijkt te passen in alle andere muzikale anti-Bush uitingen van de laatste tijd. The Evens zingen met bescheiden, wat iele stem dat het de nummer één goed lijkt te gaan maar dat haar dagen geteld moeten zijn. Dit idee van naderend onheil keert thematisch vaker terug en Mackaye legt het met een aardige analogie ook uit, tussendoor vriendelijk vragend: “Is everybody comfortable?” De media en de verkiezingscampagne hebben het Amerikaanse volk verdoofd als een tandarts dat doet, zo stelt hij. En wanneer de verdoving eenmaal werkt dan pas begint het geweld echt: “You wont’t feel a thing, until the day you wake up.” De muzikale begeleiding dan; die is wat kaal. Niet zo gek aangezien The Evens een duo is, maar ook de inventiviteit schiet tekort. Men klinkt iets voller door gebruik van delay en reverb, maar Mackaye speelt vaak slaggitaar, waarin wellicht vaag een ego van zijn punkverleden doorklinkt. Die slagtechniek heeft nu eenmaal minder onderscheidend vermogen terwijl de melodische partijen weinig op de voorgrond treden. Probleem daarnaast is dat hij een baritongitaar bespeelt, die door het lage register een gedefinieerd geluid bemoeilijkt. Beter wordt het, wanneer drumster Amy Farina contrasten aanbrengt, of eenmaal, wanneer zij de lead zingt over een monotone, vervormde stem van Mackaye die daarmee een welkome extra laag vormt. Maar The Evens bedrijven geen muzikaal eenrichtingsverkeer. Mackaye roept reacties op en krijgt het publiek aan het fluiten en aan het zingen. Interactie, daar is het om te doen, en die missie is wonderwel geslaagd.