Vegas For Millions en Mono op Rotterdamse Televisie

Het oog wil ook wat

Dries van Oosterhout, ,

Afgelopen zondagmiddag was het de beurt aan Vegas for Millions en Mono om zich in de kijker van de camera van Local Heroes TV te spelen. De eerste deed dat weinig overtuigend terwijl de laatste voor een verrassing zorgde.

Het oog wil ook wat

Local Heroes TV is een initiatief van een aantal enthousiaste muziekliefhebbers die wat wilden doen voor de Rotterdamse bands. Local Heroes wordt elke vrijdagavond uitgezonden op Rotterdam TV (dus niet RNN 7) rond de klok van half zeven. Vegas for Millions mag vandaag terugkomen om een eerder optreden goed te maken. Het geluid moet toen slecht geweest zijn maar nu is het prima in orde. Wel wordt er hier in een kerk opgenomen en dat zorgt voor een natuurlijke galm die een enkele keer een warrig effect heeft. Het is een minder gangbare, mooie setting rondom dit jonge initiatief om Rotterdamse muziek onder de aandacht te brengen. De rockers van Vegas for Millions mogen vanavond ook hun eerste nummer, Your Badge Is On Fire, om een onduidelijke technische reden, opnieuw spelen. Het betreft hier in eerste instantie dan ook een televisieshow, iets wat je, ondanks de druk dirigerende cameraman, snel vergeet wanneer de bands eenmaal spelen. Wat volgt is een solide maar weinig enerverende set vol met traditionele, wat bombastische rocksongs. Over vrijwel de hele breedte worden met ‘crunch’ of ‘distortion’ slaggitaarpartijen gespeeld waardoor de liedjes zich niet makkelijk van elkaar laten onderscheiden. Het spanning belovende introotje van Your Badge Is On Fire verzandt zo al snel in een gruizig gebrachte structuur waarin slechts de stem van Geoffrey Harreman of een gitaarsolo herkenningspunten kunnen zijn. Vegas For Millions speelt rock, gedragen gebracht door een zanger die het menens is, maar die eigenlijk wat obligaat aandoet. De muziek heeft wat weg van die van Oasis of Stereophonics, en met Liam Gallagher deelt Harreman in ieder geval ook uiterlijke kenmerken, alleen al zoals hij zijn hoofd soms half onder de microfoon pleegt te houden. Maar het is ook zijn stem die de vergelijking oproept, en doorstaat. Het nummer Shine bouwt sterk op, en bouwt met Harreman’s vertragend gitaarspel even sterk weer af, en dan is te horen dat hij een typische schorheid op momenten goed weet te gebruiken. Al met al ontbreekt het echter aan verrassingen en maakt Vegas for Millions geen blijvende indruk. De keren dat ik Metallica zag spelen was ik altijd wat teleurgesteld in het gitaargeluid. Live miste het de vette volheid die thuis op je kamer zo heerlijk Master of Puppets uit de boxen deed scheuren. Mono roept de tegenovergestelde reactie op. Net als ik wat sceptisch hun aantreden sta af te wachten omdat hun plaat No Can Dance mij thuis te dun klinkt, overdonderen ze me live (weer) en zweer je dat ze op het punt van doorbreken staan. Voor wie het horen wil, vanavond steekt Mono de ‘grotere’ bands dit jaar als Gem en Blues Brother Castro naar de kroon. Die energie spat er vanavond in ieder geval weer als vanouds vanaf. De stortvloed aan lekkere loopjes, de zenuwlijdende gitaarmelodietjes, hier en daar recalcitrant dissonant maar effectief in harmonie met de bas en gevangen in ritmes die net iets slimmer zijn dan de verwachting van het moment. De toch wat magere stem van Bart Hoevenaars blijkt live al net zo paradoxaal als het algehele studiogeluid. Want dan krijgt het gevoel dat je bekruipt wanneer hij het allemaal net niet lijkt te redden, een vreemde meerwaarde die gelegen is in een soort dramatiek. Hij lijkt in een worsteling verwikkelt en weet kracht aan zijn gitaar te ontlenen om boven te blijven. Naast sterke uitvoeringen van nummers als Freight Trains of de knappe titelsong No Can Dance passeren een aantal, waarschijnlijk nieuwere nummers de revue. Eén daarvan is een grote verrassing. Het lijkt een verwoording van het existentieel vraagstuk voor of door de indiegemeenschap. Mag dat zo gezegd worden? De plaatsbepaling is eenvoudig met een karakter dat verloren achter het raam zit. Universele vragen, ruwweg over vervreemding en desoriëntatie, worden eenvoudig gesteld: “What’s Happening Tonight/What’s Happening Outside?” Een gebrek aan zingeving wordt voelbaar in regels, indien juist geciteerd, als “The Stories we tell, the books we’ve read/ The Stories we tell to the bartender at night”. En het wordt met maximaal effect gebracht. Zoals Mono vaker placht te doen vermijdt ze geijkte songstructuren met een de verwachtingen tartend, zwaar neergelegd intro gevolgd door een laag boven de grond zwevende, onheilspellende baslijn. Van daar af aan wordt er slechts opgebouwd zonder echte wederkeer. Het is als de monoloog van een wanhopig mens, verloren in een redeloze wereld. Die tekst wordt samen met drummer Max consequent tweestemmig gezongen, en dat is ronduit schitterend. In het tweede couplet voegt de gitaar zich licht echoënd bij de bas en is de lyriek compleet. Het is een nummer zoals Mono niet eerder liet horen en het maakt zeer benieuwd. Want ook al voldeed No Can Dance niet volledig aan de verwachtingen het vergt de band niet meer dan een optreden om ze weer hoog te spannen. Foto's door Daniel Baggerman www.danielbaggerman.com