Voordat ‘wonderboy’ Adams het podium bestijgt, is de beurt eerst aan Town of Saints die deze avond de eer heeft het voorprogramma te mogen verzorgen. De Groningers en Finnen staan voor het eerst in de Grote Zaal en lijken zichtbaar te genieten. Met voltallige band en onder de bezielende leiding van frontman Harmen Ridderbos en frontvrouw Heta Salkolahti spat de energie eraf. Toch lijkt juist die onvoorwaardelijke drive ook een minpunt te zijn: de eerste nummers klinken erg bombastisch, bijna zonder enige nuance. Gedurende de set wordt gelukkig een betere balans gevonden. Met name het nieuwe materiaal van het binnenkort uit te brengen album klinkt veelbelovend en, mede door het vioolwerk van Salkolahti, erg origineel. Het publiek geniet en het lijkt dat de lokale indierockers zich steeds beter weten te transformeren tot een volwaardige podiumband.
Ryan Adams imponeert maar stelt ook een beetje teleur
Muzikaal multitalent laat zich van zijn beste en meest grimmige kant zien
In 2002 deed Ryan Adams voor het eerst Groningen aan. De jonge, zeer getalenteerde singer-songwriter en behoorlijk grimmige Adams verscheen destijds volkomen stoned op het podium. Na dertien jaar was Adams deze week weer in De Oosterpoort te bewonderen. Adams lijkt zijn wilde haren inmiddels verloren en laat zijn muzikale talenten de vrije loop. Toch maakt ook De Oosterpoort, vrijwel totaal onverwacht, nog even kennis met het onberekenbare karakter van de Amerikaan.
Town of Saints
Rauw
Dan, iets na negen uur, dimt het licht in de Grote Zaal en is het tijd voor Ryan Adams. Waar Adams bij het brede publiek voornamelijk bekend staat om zijn ingetogen (alternatieve) country sound, wordt vanavond afgetrapt met scheurende gitaren. Met Gimme Something Good, Let It Ride en Stay With Me trakteert de band de aanwezigen op een stevige portie rauwe countryrock. Adams laat zien een ongelooflijk goede gitarist te zijn, maar lijkt zich vocaal gezien nog wat in te houden. In het daaropvolgende melancholische Dirty Rain kruipt Adams gelukkig wat meer uit zijn schulp en laat hij horen nog altijd over zijn ongekend gevoelige stemgeluid te beschikken.
Intiem
Na een iets minder ruige fase schakelen Adams en zijn ongelooflijk strak spelende band weer over naar de rauwe sound die zo kenmerkend is voor het laatst uitgebrachte album. De goed gevulde Grote Zaal lijkt de dynamiek te waarderen en ook Adams lijkt het naar zijn zin te hebben. Hij oogt relaxed en dolt tussendoor met het publiek. Na een dynamisch eerste uur doet de band een figuurlijke stap terug en treedt Adams, als vanouds, met zijn gitaar op de voorgrond. Juist dan komt Adams zijn muzikale talent in al zijn facetten naar voren: Adams brengt op onbeschrijflijk mooie wijze de klassiekers Sweet Carolina, Come Pick Me Up en zijn befaamde Wonderwall-cover ten gehore.
Anticlimax
Er lijkt geen vuiltje aan de lucht en het publiek hunkert naar meer, maar dan ineens lijkt de Amerikaan het welletjes te vinden. Adams speelt zijn laatste akkoorden, zet zijn gitaar weg en loopt het podium af. De overige bandleden blijven vertwijfeld achter en besluiten uiteindelijk te volgen. De Oosterpoort schreeuwt om meer, maar Adams komt niet meer terug.