InnerState kleurt vooral binnen de lijntjes op debuut-ep

Degelijke, doch ietwat voorspelbare spierballenrock met een klein hartje

Maarten Wagemakers, ,

InnerState is binnen de regio vooral bekend van hun tweede plek op Kaf en Koren in 2006, toen ze net niet konden tippen aan de eighties wave van the Feromones. Sinds die tijd hebben de heren met wat optredens her en der in alle rust gewerkt aan hun eerste, titelloze ep, die wij bij deze maar eens onder de loep nemen.

Degelijke, doch ietwat voorspelbare spierballenrock met een klein hartje

In een tijd waarin zo een beetje elk jong bandje Britse hoekigheid probeert te emuleren, kiest InnerState voor een genre waar zelfs de mainstream langzamerhand op uitgekeken begint te raken: spierballenrock met een klein hartje. Je kent het wel, bands als Staind, Nickelback en Hoobastank. Immer ontvangen met vernietigende kritieken van zelfverklaarde "kenners", ruimschoots gecompenseerd door miljoenen verkochte platen en vele sneller kloppende meisjesharten. Dat de echte hoogtijdagen van het genre ondertussen achter ons liggen zal niemand ontkennen, maar er is nog altijd voldoende draagvlak om er een aardige muzikale carrière uit te slepen. Die context maakt het echter ook erg moeilijk om InnerState echt op waarde te schatten. De drie nummers op hun titelloze debuut-ep bieden dan ook precies wat je er van zou verwachten. Goed in elkaar zittende nu-rock, waarbij de bekende zacht/luid-dynamiek tussen couplet en refrein voor een makkelijk herkenbare basis zorgen. Zwaar aangezette, epische zanglijnen die perfect het Amerikaanse "larger than life"-gevoel weten te omvatten, compleet met hier en daar wat hoofdknikjes richting Tool en Korn. Het is alternatieve rock volgens het boekje, genoeg om liefhebbers van het genre een geweldige avond te bezorgen. Het grote nadeel van het spelen in zo'n vaak omgewoelde zandbak is natuurlijk wel dat het erg moeilijk is om tot verrassende nieuwe invalshoeken te komen. Het Arnhemse viertal blijft dan ook redelijk braaf binnen de gangbare paden van het genre. Het materiaal mist vooral een stukje urgentie en een eigen smoel, iets wat het los zet van de bands die hen inspireren. Aan de andere kant is InnerState, net als hun voorbeelden, wellicht niet het soort band dat het per se van lovende recensies moet hebben van de gevestigde muziekpers (of van de wannabees, zoals ondergetekende). Met hun twee tweede plekken bij bandcompetities als Kaf en Koren en IJsselpop in het achterhoofd, kun je in elk geval stellen dat InnerState uit het juiste hout gesneden lijkt te zijn om een goede liveshow af te leveren. Dat recensenten en juryrapporten steevast hun goede live-presentatie prijzen om vervolgens een "maar" in te bouwen om het weinig originele geluid op de vingers te tikken, zal de band zich wellicht ook niet al te zwaar aantrekken. Als zelfs een weinig opzienbarende band als Intwine in Nederland met min of meer dezelfde muziek toptienhits kan scoren, dan zie ik niet in waarom InnerState niet een mooi plekje op de Nederlandse markt zou kunnen vinden.