Arnhemse Meisjes biedt lokaal talent een kans

Eerste editie laat veel potentie zien

Tekst: Bernard Bodt Foto's: Gerben Grotenhuis, ,

Momenteel wordt er hard gewerkt om 'het merk Arnhem' op de kaart te zetten. Bosch haakt daarbij slim aan om onder de noemer van Arnhemse Meisjes nieuwe, veelbelovende bands uit Arnhem en omgeving iedere eerste donderdag van de maand een kans te geven zich aan het publiek voor te stellen. In deze eerste editie konden we genieten van een drietal bands afkomstig uit Doetinchem (Mailman John), Nijmegen (Gray Code) en Arnhem (Lords of the Junkyard).

Eerste editie laat veel potentie zien

Als de eerste band Gray Code begint, is de zaal al redelijk gevuld. Het publiek op de eerste rij is jong en vooral van het vrouwelijke geslacht. Hoewel er prima wordt gemusiceerd, is het eerste deel van de set wat saai. Gray Code speelt een mix van (blues)rock met een funky inslag. De meeste nummers hebben een leuk intro, maar zijn qua opbouw nog net niet spannend genoeg. En dat is toch jammer. Met de cover 'Dirty Cash' lijkt de band het publiek toch nog te bereiken; op de eerste rijen wordt er zowaar gedanst. Het is helaas van korte duur. Waar het Gray Code vooralsnog aan ontbreekt, is een eigen smoel. Maar de band is nog jong en heeft zeker de potentie om zich verder te ontwikkelen.

Bosch is ondertussen aardig volgestroomd met vooral vrienden en bekenden van de bands. Mailman John brengt een soort van indiepop. Hun muziek roept herinneringen op aan Britse bands als Blur, Coldplay en Radiohead. Prachtige popliedjes waarbij het gitaargeluid in een aantal nummers onderbroken wordt door de subtiele klanken van de toetsen. Het publiek luistert zeer ingetogen naar de verrichtingen van de band. Mailman John bezorgt echter vooral luisterliedjes waarop niet gedanst kan worden en dat is toch een gemis. Drie kwartier geconcentreerd luisteren valt vooral ´s avonds niet mee. Blijkbaar heeft de band dat zelf ook in de gaten, want ze sluiten af met een wat steviger nummer voordat de zaal echt in slaap kachelt.

Daar hoeven we bij de laatste band van de avond niet bang voor te zijn. Lords of the Junkyard speelt vooral hard. Heel hard. Hun metal is opzwepend en zorgt voor nieuwe energie. De songs zijn niet echt vernieuwend en ook de teksten zijn niet van een hoog literair niveau, maar hun enthousiasme maakt een hoop goed. De echte Arnhemse meisjes op de eerste rij maken al ras plaats voor stoere kerels. Kerels die het molenwieken tot kunst weten te verheffen. Aan het eind van de set blijkt dat de band nog niet zo lang bezig is; ze zijn bij gebrek aan voldoende repertoire genoodzaakt om met het eerste nummer af te sluiten. Een toegift zit er niet meer in.