Je kunt het je bijna niet voorstellen, maar na het afbranden van de Roxy in 1999 was de clubscene in Amsterdam jarenlang morsdood. Tot in 2004 de Club 11 opende, de voorganger van TrouwAmsterdam en De School en een belangrijke wegbereider voor de clubcultuur zoals we die in Nederland kennen. Afgelopen week vond de reünie plaats, dus vroegen we aan o.a. Olaf Boswijk, Joost van Bellen, Bart Skils en De Jeugd van Tegenwoordig wat 11 voor ze heeft betekend. ‘

Programmeur Olaf Boswijk

‘Trouw en De School hadden nooit bestaan zonder 11’

‘Ik kwam vanaf het allereerste moment in 11, mijn broer Brian was een van de oprichters. Een waanzinnige plek was het: vlak naast Amsterdam Centraal, in de hoek waar nu de bibliotheek, het conservatorium en Booking.com zitten. Toen was dat een aftands hoekje, en het Post CS-gebouw was een oud onderdeel van het gesloopte postsorteercentrum. Het had een heel sketchy entree, lange gangen en een hele dubieuze goederenlift naar de elfde verdieping. Daar zat de club. Het was toentertijd de enige plek in Amsterdam waar je zo hoog over de stad kon uitkijken met een uitzicht van 360 graden.

‘Een van de jeugddromen van mijn broer en mij was om samen een club te runnen. Hij de horeca, ik de muziek. Nou, na een jaar liep het restaurant wél al heel goed, maar heel veel clubavonden nog niet echt. Toen ben ik er dus bijgehaald om zijn compagnon Lex Pacific te ondersteunen. Eerst vooral met promotie: sets opnemen om te streamen op 3voor12. Ticketverkoop via Rush Hour, andere platenzaken en online. Uiteindelijk is Lex vertrokken en heb ik zijn rol helemaal overgenomen. Toen ben ik tot het eind programmeur geweest. Vooral het begin van Innervisions is me bijgebleven, wat Dixon en Âme deden: hele langzame, diepe house. De eerste keer dat ik Frank Wiedemann uitnodigde, wees hij naar het BPM op de CDJ’s en zei hij: “Zie je dat? 120 BPM. Daar gaan we vanavond niet boven komen.” Wauw, dat hebben we niet gedaan, om vijf uur ’s nachts eindigden we en het publiek was in extase, vond het fantastisch. Voor mij was dat een openbaring.’

‘11 heeft een muzikaal pad geëffend en een community gebouwd rondom veel internationale artiesten en ook Nederlandse labels als Rush Hour, Delsin en Clone hadden nergens een vaste club tot de komst van 11. En veel mensen zijn hier begonnen: Meeus van Dis vormde samen met Young Marco en Orpheu the Wizard NEWS vj’s, Job Jobse begon er als 16-jarige flyerboy, Arnout Hulskamp werd later Children of the Light, Ernst begon er als liftboy, werd vervolgens barman, later clubmanager bij Trouw. Je kunt gerust stellen: Trouw en De School hadden nooit bestaan zonder 11. Het is dezelfde organisatie, die nog altijd Post CS heet.’

Luister hieronder sets van Âme @ Teleskope (2005) en Nathan Fake @ 360 (2008).

Olaf Boswijk

Bart Skils organiseerde Static

‘Wij waren de tegenhanger van de hardere techno’

‘Ik zal je even een tijdsbeeld schetsen. De eerste generatie clubs uit de jaren negentig – de Mazzo, de Roxy,  de iT – bestond niet meer. De Roxy brandde af, veel clubs sloten de deuren. Je had wel mega-evenementen waar ID&T, Awakenings en Sensation de scepter zwaaiden, maar in de clubscene gebeurde heel weinig, we waren in een vacuüm terechtgekomen. Wij hadden met Voltt onze eigen avonden in de Paradiso en de Melkweg, maar dat was geen clubavond te noemen, gewoon vier keer per jaar een feestje.

’Op een gegeven moment kreeg ik een belletje: er komt een club op de bovenste verdieping van het oude postkantoor van Amsterdam. Wij gingen daar Static organiseren en dat liep vanaf het begin storm. Je kon zonder line-up aan te kondigen al uitverkopen, het waren gouden tijden waar we konden programmeren wat we leuk vonden. Moritz von Oswald, Joris Voorn, Ricardo Villalobos, Raresh, Anthony Rother, Richie Hawtin is volgens mij nog een keer langsgekomen. Eind jaren negentig domineerde hardere techno de zalen, wij waren de tegenhanger daarvan. Dat kreeg later de term minimal en ging een eigen leven leiden met sound en een scene, wij noemden het nog diepere techno en groove-dingen. Club 11 was een hele goede impuls voor Amsterdam, in de zeroes kwam voor een hele generatie alles samen in 11: het publiek, de muziek, de programmering.’

Luister hieronder de set van Bart Skils @ Static (2005).

Bart Skils

Joost van Bellen organiseerde Rauw

‘Het was hedonistisch, maar ook vol vuur en rebels, sekspositief, expliciet, met veel humor’

‘Je kunt het je bijna niet voorstellen, maar in 2004 was er nauwelijks een uitgaansleven in Amsterdam. Mensen gingen naar Rotterdam, naar de Now&Wow! 11 heeft dat veranderd. Het is echt een pioniersclub geweest op vele terreinen. Ze hadden twaalf gigantisch grote videoschermen boven de ramen, dertig à veertig meter aan schermen met videokunst van het allerhoogste niveau. Wij organiseerden daar RAUW. Op de Miami Winter Music Conference had ik voor het eerst electroclash gehoord. Techno deed er niet meer toe, house ook niet. Electroclash was hét! Naast dj’s hadden we ook altijd live-optredens, en voor mij was de cirkel daarmee rond: ik kom uit de garagepunk en bandjesmuziek, ben daarna dance gaan doen en nu kwam het allemaal bij elkaar. We zetten ons heel erg af tegen de gelikte trance-feesten, en ook tegen de minimal die opkwam. Rauw was juist maximaal! Hadden we een shirt gemaakt: “Minimal my ass!” Het was hedonistisch, maar ook vol vuur en rebels, sekspositief, expliciet, met veel humor ook. En precies die sound komt nu weer terug.

‘RAUW werd een gigantisch succes. De eerste keer hadden we Larry Tee, de uitvinder van de electroclash, Erol Alkan, Boys Noize. Het was vaak ook ruig. Stink Mitt, bijvoorbeeld. Twee meiden uit Vancouver, Canada. De een een soort heroïnejunk of crackjunk, graatmager, en de ander bolletje rond. Ze kwamen verstopt in van die skipakken op, zoals Kenny van South Park. “In case you’re wondering why we are wearing ski outfits? 'Cause we love the snow!” Hadden ze een pakket vol coke, of misschien was het speed, mee. Daar staken ze hun neus in. Pakken uit, piemeltjenaakt op het podium en gaan! Dat soort dingen gebeurden er.

‘Uiteindelijk zijn we bij 11 vertrokken omdat RAUW te druk werd en de rijen tot 3 uur in de nacht buiten stonden. We verkasten naar de Melkweg. Verder werd 11 lastig omdat ze het niet eens waren met de programmering die we neerzetten. Steve Aoki kwam eens draaien. Ging-ie op de dj booth staan in de hoop dat hij kon crowdsurfen. Niemand snapte wat-ie precies wilde. Olaf Boswijk zei toen: dit is het allerslechtste dat ik ooit heb gezien. Toen dacht ik: flikker op! Maar achteraf geef ik hem gewoon gelijk, hoor.’

Luister hieronder sets van Larry Tee @ Rauw (2005) en Steve Aoki @ Rauw (2007).

Joost van Bellen

Vaste bezoeker Nicole Grootveld

’Ik ben voorstander van tijdelijke clubs, die op hun hoogtepunt stoppen’

‘Ik kom nog uit het Roxy-tijdperk. Daarna was er een hele tijd niks, op een paar losse feestjes na. Dus gingen wij naar Berlijn en Londen. En toen…. Toen kwam 11! Een verademing na alle tekno met een k die daarvoor populair was, eigenlijk net als in deze tijd: de opgefokte hardtechno. Dat was een verschrikking. In 11 kwam de minimal, wij kennen natuurlijk Sven Väth, Ricardo Villalobos, maar ook Mathew Johnson hoorde daarbij. Rustige, melodieuze techno. Een nieuwe generatie nam het over, een nieuwe groep mensen met een fijne sfeer. Maar de 11 was wel relatief braaf. De Roxy was natuurlijk helemaal niet braaf, dat was een grote, vieze gore lekkere bende. De Trouw was ook niet heel stout, De School wel weer. Dat gaat met golfbewegingen, en dat is prima.

‘11 is het startpunt voor hoe veel clubs nu zijn ingericht. Ook dat het vanaf het begin al duidelijk was dat het tijdelijk zou zijn, zij waren de eersten die dat zo deden. Ik ga nu iets heel lelijks zeggen: dat de Roxy is afgebrand was natuurlijk voor niemand leuk, máár het is wel goed om op je hoogtepunt te stoppen. Anders was de Roxy misschien een mainstream plek geworden. Ik ben heel erg voor dat tijdelijke.’

Nicole Grootveld

Liftjongens Freddy Tratlehner en Ollie Locadia

‘Eigenlijk waren we wat te wild voor de lift’

Freddy: ‘Club 11 zat op de bovenste verdieping, en daar kon je alleen met de lift komen. Daaronder zaten allerlei kantoren, en het was niet de bedoeling dat er dronken mensen heen en weer zouden lopen. Dus ik was de main liftboy. Ik weet ook niet meer hoe ik die gig had gekregen. Willie Wartaal heeft er ook nog een tijdje “gewerkt”, met zeer grote aanhalingstekens.’

Ollie: ‘Ja, ik kwam binnen via Freddy. Het doel was altijd om overal gratis binnen te komen, ergens werken is de perfecte manier. De 11 was toffe muziek, veel chicks, goeie sfeer man. En Joost van Bellen gaf de allerbeste feesten. Het was een lijpe clubtijd, alles wat we deden was illegaal. Ik heb daar alle soorten drugs voor het eerst gebruikt, soms gaf ik ook drugs weg in de lift, als het gezellig was. Het standaardgrapje, die heb ik zó vaak gehoord: “Veel ups and downs in de liftenbusiness?”

Freddy: ‘Ja, domme vragen kregen we vaak: “Hoe gaat het met je carrière? Zit-ie in de lift?” En: “Hoe heet jij? Je zal wel Abeltje zijn.” Dat werk was superleuk, mensen omhoog en omlaag brengen, de hele tijd zie je een korte film voorbij flitsen in die mini-praatjes. We kregen ook altijd wel een fooitje van 20 à 50 euro, dat was goed verdiend op zo’n avond. Ik ging zelf toen héél veel uit, en het was leuk dat ik veel vrienden mee kon nemen op de lijst. Muzikaal was het niet altijd mijn smaak, iets te housey en wat soft. Aardvarck vond ik wel goed, die was vaak lekker aan het klieren, soms draaide hij expres de mensen weg, haha.

Ollie: ‘Het was het begin Jeugd-tijd, bro. Of “Watskeburt” voor het eerst in de 11 is gedraaid? Zet dat er maar in, dat lijkt me voor het verhaal wel zo sick. De opkomst van De Jeugd was ook gewoon in de 11, nu ik erover nadenk. Toen stond ik gewoon nog in de lift.’

Freddy: ‘Eigenlijk waren we wat te wild voor die lift. Ik dronk toen nog. Véél. Ik heb er weleens te lam in gestaan. En toen op een nacht het feest voorbij was en mijn dienst erop zat, heb ik eens een fles champagne gepikt. Toen ben ik ontslagen. Terecht ook wel.’

De Jeugd van Tegenwoordig op Down The Rabbit Hole 2025