Terrence: ‘Toen De School sloot, en niet lang daarna ook Poing, vielen we in een zwart gat. We hadden een plek nodig waar je je fijn voelt, die queer oriented is. Hier kom je binnen en iedereen is aardig. De beveiliging ook, iedereen is blij dat je er bent. Het voelde al gelijk als thuiskomen.’
Chiel: ‘Dat is voor de queercommunity heel belangrijk. Iedereen heeft wel een trauma. Dan is een streng deurbeleid iets waar je niet op zit te wachten. In de eerste maanden hier werden we het meubilair van de club. Het was in het begin nog een beetje nieuw allemaal. En ook wel eens leeg. En soms ook weleens raar. Oh, nu valt het daglicht naar binnen, dat werkte ook niet meteen. Elke week zagen we de plek een beetje groeien en veranderen.’
Terrence: ‘Dat was heel leuk om te zien. En na ADE ging de club de puberteit in!’
Chiel: ‘Spielraum was mijn instap in het Amsterdamse clubleven. We kwamen er aan en dachten: hè, bestaat dit óók?! Wat me vooral is bijgebleven, is hoe mensen zich gaven op de dansvloer. In de ochtend was er geen speaker meer waar niemand op stond. Echt indrukwekkend. En als queer persoon, als iemand die naar clubs gaat, is dansen een vorm van me uiten die heel belangrijk voor me is geworden, het is een vorm van expressie. En er is geen plek waar ik me zo vrij en veilig voel als in RAUM. Dan bedoel ik niet zozeer fysiek veilig, maar veilig om mezelf te laten zien en te dansen en te zijn. Ook als ik me onzeker of disconnected voel, dan weet ik dat er hier altijd een schouder is om op uit te huilen. In november draaiden Pariah en Call Super hier, dat was muzikaal een hele leuke avond, maar ik zat mentaal in een dip. Die avond heeft me er echt uit gehaald, ik kwam met een heel ander gevoel naar buiten dan ik naar binnen was gestapt.’