Het is het eerste zonnige weekend van februari. In het huis van frontman Floris Luijtelaar in Groningen, net buiten het centrum, zitten gitarist Jonathan Kruizenga en Floris klaar voor het interview. Of nou ja, bijna dan. Floris zet thee, maar er blijkt nog maar één schoon kopje over. 'Jonathan, vind jij het oké om daaruit te drinken?' Floris wijst naar een oud flesje, waar nog wat restjes sinaasappelsap in de bodem drijven. 'Hmbrbrbrbrmmm', bromt Jonathan apathisch. Het was nogal laat gisteren, hij heeft een knallende kater. Floris verontschuldigt zich nog eens. 'Sorry, maar ehm... ik heb een hekel aan de afwas. Zelfs zo erg dat ik jarenlang elke keer nieuw servies kocht bij de kringloop hier om de hoek. Sinds mijn ouders dat weten, nemen ze altijd hun eigen servies mee…’
Typisch The Vices: vier studentikoze Groningse gasten die Nederland langzaam maar zeker veroveren met aanstekelijke, ietwat slonzige garagepop met een surfrandje. Met de twee EPs die ze uitbrachten, speelden ze zich al snel in de kijker bij de Popronde en bij 3FM. Met de deze week verschenen debuutplaat Looking For Faces ligt Nederland aan hun voeten, en lonkt ook het buitenland. Pakkende melodielijnen, swingende skaritmes, een performance waar het plezier vanaf spat en zelfs een cover van Elliott Smith: met deze plaat hoort The Vices thuis op de grote festivalweides.
Looking For Faces kwam tot stand op een camping nabij Eindhoven. 'Al die nachten in een fakking tipi', grinnikt Floris. 'Fakking koud 's nachts. We hebben wekenlang op een weiland net buiten de stad geslapen op een echte hippiecamping, met veel lijpe lui. Een man aan de ayahuasca, zwangere vrouwen die er naakt ronddansten. Wij stonden daar als nuchtere jongens tussen te voetballen.'