Het is Gearmaand bij 3voor12, waarin we diep duiken in de instrumenten en gear achter onze favoriete popmuziek. Dit keer vroegen we vijf muzikanten en gearheads naar hun favoriete muzikale innovatie. Waar gaan we in de toekomst muziek op maken?

‘Zelf ben ik nu zo’n twee, drie maanden met mijn Pulsar 23 bezig, en het is echt heel anders dan andere drumcomputers. Meestal gebruiken die samples van kickdrums, hihats en snares die je een beetje kunt vervormen. Dat is anders bij de Pulsar 23. Die heeft een soort mini modulair systeem, gespecialiseerd in drumgeluiden, waardoor je het geluid oneindig kan manipuleren. Je hebt vier drum modules: de bass drum, de snare drum, hi-hats en bass. En daarnaast heb je allerlei contactpunten die je aan elkaar kunt verbinden via kabeltjes met krokodillenbekjes. Zo kun je alles op elkaar aansluiten: je kan de kickdrum door de snaredrum heen laten gaan, en dan weer door een effect, bijvoorbeeld. Of je kunt de kabeltjes aan andere dingen hangen. Op een gegeven moment kwam ik op een punt dat ik dacht: “Wat zou er gebeuren als ik nu zo’n kabeltje aan een banaan, een appel of een aubergine hang?” Dan krijg je dus een fruitdrumstelletje.’

‘De drumcomputer heeft een heel rauwe sound, en als je helemaal gek gaat met het patchen en de effecten kan je een enorme bak noise opwekken. Dan gaat het allemaal oversturen en feedbacken. Maar in ieders handen klinkt het anders, doordat je die contactpunten op een oneindige hoeveelheid aan manieren kunt verbinden. Het is best complex, maar door te proberen krijg je al snel grappige resultaten. Laatst heb ik mijn zoontje van tweeëneenhalf er op laten rammen en daar kwamen ook leuke dingen uit.’

‘Er is een besloten Facebookgroep met zo’n tweeduizend mensen die er eentje hebben. Zoals Colin Benders, die zat daarvoor maandenlang op zijn nagels te bijten, van: “Wanneer komt-ie nou?” Ik hoor nu al van veel mensen dat het lang niet lukt eentje te kopen omdat je op een wachtlijst komt. Het is een beetje een eliteding, voor de early adopters. Maar wie weet? Straks bouwt iemand er een hit mee, en het zou zomaar kunnen dat anderen hem ook willen.’

‘In 2013 verhuisde ik naar Londen om me onder te dompelen in de muziekscene. Daar ontdekte ik de muziektechnologiewereld. Sinds 2011 ontwikkelt muzikante Imogen Heap de MiMu-handschoen om zelf mee te spelen, en na een workshop van haar team heb ik meteen gemaild hoe enthousiast ik was. Twee weken later zat ik handschoenen in elkaar te solderen.'

‘Het is eigenlijk een lapje stof met bewegingssensoren. Die sturen bewegingsdata naar het “brein” van de handschoenen: Glover. Dat is de software waarin je koppelingen maakt tussen bepaalde bewegingen en de muziek. Er zijn presets, maar je kunt allerlei handelingen programmeren. Bijvoorbeeld: als ik in een bepaalde richting wijs, wek ik bepaalde akkoorden op. Met een draai van mijn pols gooi ik galm of juist delay over mijn stem.’

‘Als muzikant was mijn eerste “experiment” met de MiMu-handschoen: “Kan ik mijn stem live vervormen?” Het resultaat was ‘Sappho Song’, een a capella track waarop ik met de handschoen akkoorden op mijn stem mix en die van toonsoort verander. Wat de handschoen toevoegt aan het maakproces? Zonder had ik de melodie niet kunnen bedenken. Die werd geïnspireerd door de akkoorden. Je kunt het zien als jammen. Doordat je menselijke beweging koppelt aan bepaalde parameters – de hoeveelheid galm op je stem, een wah-wah effect, de crunch op je gitaar – kom je op dingen waar je anders niet op zou komen. Sinds 2018 draag ik ook een pak van Xsens, dat ik gebruik om mijn visuals aan te sturen. Maar ik kan er bijvoorbeeld ook een oscillator mee besturen om de bas te laten wobbelen met een hoofdbeweging, of drummen met mijn heup.’

‘Het magische van een liveconcert is dat je naar iets staat te kijken dat op dat moment gemaakt wordt, met het bijbehorende risico dat het fout gaat. Wat ik jammer vond aan mijn shows voor de Mimu-handschoen was dat de productie van een track afkomt. Je verliest dat live-element. Maar met die handschoenen kan ik mijn producties tot leven wekken, zodat je ziet en voelt hoe het wordt gemaakt.’

'Sinds 2019 kun je ze kopen via de website. Daarvoor maakten we ze handmatig. En ze waren twee keer zo duur. Mensen kenden die handschoenen vooral van mij, Ariana Grande en Imogen Heap. Allemaal vrouwen en zangeressen. Maar doordat steeds meer mensen ze kopen, zien we juist steeds meer mensen die het op heel andere manieren gebruiken. Om te dj’en of vj’en, of om als gitarist je effecten te besturen. Binkbeats heeft er net eentje besteld, en ik ben heel benieuwd wat er uit zijn vingers gaat komen.’

‘Een tijdje geleden werd ik gebeld door Marco de Souza van het Leerorkest in de Bijlmer, waar ik soms harples geef. Het Leerorkest is een initiatief om muziekles te geven aan kinderen die – om financiële redenen – die mogelijkheid niet hebben. Zij zorgen dan ook voor de instrumenten. Hij had een probleem, zei hij. “De harpen zijn niet aan te slepen!” Harpen zijn ook duur: voor één harp koop je zo tien, vijftien violen. Blijkbaar moesten ze veel kinderen teleurstellen.’

‘Ik dacht: “Ja, shit, daar moeten we iets mee.” Toen ben ik naar Joris Beets gestapt. Hij heeft de elektronische Deltaharp ontwikkeld, waar ik ook mee speel. Als er iemand onconventioneel kan nadenken over de harp, dan is hij het wel. Hij kwam met een soort IKEA-harp, die je met een moersleutel en een handleiding in elkaar kan zetten. Hij heet de Harp-E, naar Wall-E, en de ‘E’ staat voor de mogelijkheid om hem elektronisch te versterken. Daardoor kunnen de kinderen thuis met hun koptelefoon op studeren, net zoals je met een instapkeyboardje zou kunnen doen.’

‘Twee maanden geleden waren de eerste harpjes af, sindsdien zijn er kinderen die erop spelen. Ze vinden het heel leuk en spannend. Ook omdat het versterkt kan worden, en je er met een paar apps al effecten als distortion of delay overheen kan gooien. Veel van die kinderen luisteren popmuziek en drill, en je merkt dat ze het leuk vinden om te experimenteren met wat je allemaal kunt doen met een harp. Zelf vind ik het geweldig dat ze dat ook leren. Mensen zien de harp nog als een traditioneel instrument. Maar als je met dat soort effecten experimenteert, ga je ook anders nadenken over wat je met een akoestische harp allemaal kan.’

‘Gewoonlijk zijn de goedkoopste harpen zo’n zestienhonderd euro, en hoe groter, hoe duurder. Deze is nu vierhonderdvijftig, en we proberen hem goedkoper te maken naarmate de productie verder wordt opgeschakeld. Het Leerorkest heeft ondertussen tientallen orkesten, ook in Aruba, Bonaire en Curaçao, en daarvoor hebben ze al een bestelling geplaats van driehonderd harpen die we willen crowdfunden. Winstgevend is het niet, dus de grote fabrikanten nemen het niet serieus. Of ze zijn er niet heel blij mee. Maar ja, dat is pech gehad. Het kan wat mij betreft niet laagdrempelig genoeg zijn.’

12 juni brengt Remy van Kesteren een 7-inch uit voor Record Store Day.

‘Zelf speel ik vrijwel alleen maar met analoge apparatuur, maar ik krijg zo ongeveer iedereen in Rotterdam over de vloer: de alternatieve scene, conservatoriumgasten, jazz- en sessiemuzikanten, ik repareer gear voor iedereen. Ik zie nu een beweging van mensen die overstappen op digitale versterkers. Dat zijn pedalen die geluiden van versterkers simuleren en die gelijk kunnen doorsturen naar de mengtafel. De Helix van Line6 is een behoorlijke revolutie op het moment. Grappig eigenlijk, want vroeger werd er op dat merk gespuugd. Ze maakten echt gáre oefenversterkers. Maar deze digitale versterker zit in het hoogste segment. Dat ding simuleert echt alles: je hele effectenketting tot aan de microfoon waar het uit moet komen.’ 

‘Hoe je dat moet voorstellen? Als ik een set speel op mijn analoge apparatuur, dan zit ik vast aan de spullen die ik heb: mijn Twin Reverb-gitaarversterker waar ik ieder nummer mee moet spelen. Maar met de Line6 Helix kun je de ene track spelen met de klank van de Twin Reverb, daarna stel je hem zo in dat-ie klinkt als een vintage Vox. Hij heeft alleen al vijftig gitaarversterkermodellen, 12 basversterkers en 16 microfoons. En dan nog meer dan honderd effecten: je delay, distortion, fuzz, een octaver, ga zo maar door. Bovendien: er zijn presets, maar je kunt ze ook zelf maken, of die van anderen downloaden. Tel dat alles bij elkaar op en je hebt een oneindigheid aan geluiden in zo’n kleine floor processor. Als je gaat toeren is dat hartstikke handig, want daardoor hoef je als muzikant geen bus vol gear aan te slepen voor een gig. Maar het is geen kattenpis: je telt zo 1500 euro neer voor zo’n ding.’ 

‘Zelf zou ik er niet op spelen. Het blijft een simulatie, hè? Bij analoge gear loopt het signaal daadwerkelijk door een weerstandje. Daardoor kan het ook onbedoeld anders klinken, en dat vind ik juist vet. Als je het hebt over de coolste undergroundbands van Nederland, zoals Rats on Rafts en The Homesick, dan lopen die gasten alleen maar rond met oude, analoge shit. Maar dat is ook maar mijn Rotterdamse kutmening.' Hij grinnikt. 'Ik loop hier de hele dag over te zeiken, maar ik besef ook wel dat dit is waar een deel van de gitaarwereld naartoe gaat, hoor. Voor veel gitaristen is de Line6 Helix het einde.’ 

‘Heel eerlijk? Toen ik voor het eerst van Dolby Atmos Music hoorde, leek het maar een gimmick. Tot ik hoorde hoe goed het op de nieuwste generatie consumentenspeakers kan werken, de soundbars. Zo'n soundbar is een soort staaf met allerlei kleine speakertjes, die het geluid door de ruimte heen kan plaatsen. Het microfoontje in de soundbar analyseert vervolgens de ruimte en het object: waar moet het geluid heen? Moet het geluid boven de luisteraar zweven, vóór die persoon, of moet het van achter je lijken te komen? Daar sloeg ik behoorlijk stijl van achterover. Er komt letterlijk geluid uit plekken in de ruimte waar geen speakers zitten.’ 

‘Voor luisteraars zorgt het inderdaad voor een andere ervaring van het geluid. Wat het voor producers verandert? Je krijgt eigenlijk de vrijheid om met een volledige 3D-ruimte te werken. Klinkt vrij abstract, hè? Een voorbeeld: je kunt in een track de vocal van bovenaf laten komen. Of je kunt het achtergrondkoor zo laten klinken dat het lijkt alsof de luisteraar daadwerkelijk omringd wordt door een koor. Dat doe je met een stuk software van Dolby. Je gebruikt gewoon je eigen DAW, zoals bijvoorbeeld Ableton Live. Via plug-ins van Dolby stuur je vanuit je DAW de Dolby Atmos software aan. Dat kun je thuis wel simuleren op je koptelefoon, maar als je het goed wil laten werken moet je het mixen en masteren in een studio die is ingericht met Dolby Atmos. Nu zijn dat er nog niet zoveel, maar labels als Universal en Sony Music vragen erom, en ik denk dat de studio’s aan die vraag willen voldoen. En de streamingdiensten ook, natuurlijk. Tidal en Apple Music doen het al, en Spotify en Deezer zullen ongetwijfeld volgen.’ 

‘Het is eigenlijk geschikt voor alle genres, zolang je er creatief maar mee om weet te gaan. Het moet geen gimmick worden. Denk aan mooie akoestische opnames, muziek waar je voor gaat zitten om te luisteren, tracks met veel dynamiek. Je ziet trouwens wel dat het juist door elektronische muzikanten wordt omarmd, terwijl die muziek de afgelopen jaren niet meer zo dynamisch was. Om op te vallen op de radio gingen veel engineers elektronische muziek en pop keihard masteren. Maar als alles luid is, sla je de definitie en de details er weer uit. Bij Dolby Atmos moet alles aan een luidheidsnorm voldoen, waardoor je de details niet verliest. En dat lijkt me voor alle genres gunstig. Je ziet nu ook dat majors hun hele catalogus opnieuw laten masteren in Dolby Atmos, zelfs de originele sporen uit de jaren zeventig. In de beste gevallen lijkt het alsof je bíj de oorspronkelijke opname bent.’

De Dolby Atmos software