Met zijn gitzwarte flow en onstuimige energie laat Denzel Curry nogal een ravage achter na zijn show in het Tilburgse poppodium 013.

Het is een grappig gezicht, die zee van bokkengroeten bij Denzel Curry. Duizenden wijsvingers en pinken worden opgestoken in de ‘U’ van zijn single ‘ULT’. En welja joh – hoezo zou de rock ’n roll patent hebben op dat gebaar?! Bovendien: er is nog iets anders aan de hand bij de rapper uit Miami. Er kleeft immers een militante energie aan Curry die bij weinig andere rappers zo aanwezig is. Er is geen band om het podium te vullen, en zijn muziek ligt eigenlijk best wel ver af van de punkhiphop van acts als Death Grips of zelfs slowthai. Maar zie Curry over het podium razen en het voelt wel degelijk alsof je naar de frontman van een punk- of metalband staat te kijken. Hij banjert over de volledige breedte van het podium, trapt en springt in de lucht alsof hij klaar is om iemand aan stukken te scheuren, hij headbangt niet slechts met zijn hoofd maar met z’n héle lichaam en af en toe schreeuwt hij zo hard de microfoon in dat het geluid letterlijk uit z’n tenen lijkt te komen. Die gast moet wel kunnen grunten, toch?. Het publiek raakt er volledig door opgefokt, en binnen mum van tijd vliegt de eerste schoen boven de moshpit uit.

013 staat vanavond op springen, en dat viel te verwachten, want na zijn gecancelde Lowlands-show liet Curry z’n fans met blauwe ballen zitten. De vorige keer dat -ie Nederland bezocht was immers meer dan een jaar geleden in 2018, toen hij de stofwolken liet optrekken op WOO HAH! en later in het jaar ook de Melkweg ondersteboven zette. Die zegetour ging nog gestoeld op TA13OO, het ambitieuze drieluik waarin zijn teksten zelfs op de lichtste en luchtigste tracks nog vrij grimmige onderwerpen aansneden. Kenmerkend voor zijn Soundcloudrap was z’n gitzwarte flow, doorspekt met verwijzingen naar zijn eigen psychische problemen: op zijn grauwe hit ‘CLOUT COBAIN’ stond de gevierde Nirvana-frontman voor de verheerlijking van depressie en zelfmoord, en op ‘ULT’ kroonde Curry zichzelf eigenhandig tot black metal terrorist. In vergelijking is ZUU, het studioalbum waarmee de Amerikaan nu op tour is, een stuk luchtiger. Het is een viering van en ode aan zijn thuisstad Miami, met een stuk of wat features van stadsgenoten en vooral veel van de gewelddadige bassen waar de stad zo bekend om staat, bedoeld om een convertible op zijn banden te laten stuiteren.

Setlist

Denzel Curry in 013

1. ZUU
2. Ricky
3. Aloha
4. Shake 88
5. SWITCH IT UP | ZWITCH 1T UP
6. SUMO | ZUMO
7. This Life
8. BLACK BALLOONS | 13LACK 13ALLOONZ
9. WISH
10. CLOUT COBAIN | CLOUT CO13A1N
11. SPEEDBOAT
12. ULT
13. Psycho
14. Look At Me (XXXTENTACION cover)
15. IZAYAH
16. Ultimate
17 Bulls On Parade (Rage Against The Machine cover)

Kijk maar eens naar de energie die Curry daarmee weet te ontkurken vanaf het moment dat zijn show aftrapt met ‘ZUU’, de titeltrack van het album, een verwijzing naar de urban jungle die Miami heet. Dat volgt -ie meteen op met ‘RICKY’, een hit van formaat waarin hij over een pingelend synthmotief en klaterende hi-hats in plaats van zijn moeder – zoals de gewoonte is in hiphop – nu eens zijn vader in het zonnetje zet. Op ‘Aloha’ – technisch gezien geen track van ZUU, maar wél recenter werk dan TA13OO – schallen de trompetten euforisch en haast verleidelijk, en ‘SHAKE 88’, met zijn sample van een oldschool miami bass track, blaast de speakers haast op. Ondertussen springt -ie de lucht in alsof hij er net een jaarvoorraad Red Bull in één keer doorheen heeft gejast.  

Ja, dat eerste blokje is allemaal wat minder emo, meer party, maar tegelijkertijd mag het duidelijk zijn dat Curry de grootste aardverschuivingen laat plaatsvinden op het moment dat hij écht duister wordt. Op ‘SWITCH IT UP’, een track over bipolariteit, schakelt hij pijlsnel tussen verschillende stemmen, het ene moment grauw en gruizig, het andere moment diep, als het ware om de stemmen waar hij over rapt te vertolken. Hij doet het zo snel dat je bij vlagen denkt dat hij zo wel over z’n woorden zal struikelen, maar z’n wat dictie betreft blijft hij zo precies als een scherpschutter. Op ‘SUMO’ spuugt -ie haast in z’n microfoon over mega-overstuurde bassen, met een stem die hij vanuit z’n strottenhoofd lijkt te persen. ‘ULT’ en ‘CLOUT COBAIN’ zijn op hun eigen manier anthems, net als ‘PSYCHO’, een samenwerking met punkhiphoprevelatie slowthai, een ziedende track die klinkt alsof iemand met z’n nagels over een schoolbord staat te krassen. Maar vanavond ontketent Curry de grootste reactie met ‘Ultimate’. Je ziet de zaal ontploffen terwijl de rapper zelf bij wijze van een ninjakick door de lucht klieft, en de track afsluit met een indrukwekkend en pijlsnel blokje a capella.

Om nog maar eens aan te geven: de energie in de zaal is vanavond gigantisch. Het geeft zijn tribute aan JUICE WRLD – jong overleden op de dag van dit concert – eigenlijk een wrang randje, zo opgewonden als er wordt gereageerd op ‘Speedboat’. Tegelijkertijd is het niet zo raar dat Curry die opscheptrack aan de Soundcloudrapper opdraagt. Immers zit er een zinnetje in waarin Curry al dat succes in perspectief plaatst: ‘My dawg didn’t make it to 21, so I gotta make it past 24’. Het is een verwijzing naar zijn vriend XXXTENTACION, die even later ook nog in de show opduikt in de vorm van een tribute, wanneer Curry zijn megahit ‘Look At Me’ covert. Verder verwijst -ie ook nog even naar andere hiphopsterren die het genre de afgelopen tijd is verloren: Nipsey Hussle, Lil Peep en Mac Miller. Het stipt nog maar eens aan tot in hoeverre depressie als thema op de lippen van hiphopsterren ligt.

Tegelijkertijd lijkt Curry er zelf niet neerslachtiger, maar alleen maar militanter van te worden. Curry is woedend, nee, ziedend over de wereld, en het komt allemaal bij elkaar in z’n beste werk. Hij mag dan wel een rapper zijn, maar in zijn performance kanaliseert hij een woede die eerder gelieerd lijkt aan de allerbooste gitaarmuziek. Hij gilt in z’n microfoon, spuugt en schreeuwt. Als hij uiteindelijk afsluit met een ronkende Rage Against The Machine-cover, dan voelt die gitzwarte nu-metal helemaal niet zo ver van de rest van zijn oeuvre. Sterker nog: het is Denzel Curry ten top.