Die Johnston draagt een groteske tandenketting en schminkte zijn gezicht mysterieus wit, drummer Joost van Dijck heeft een flamboyant jasje waar een weelderige bos borsthaar uit kruipt, maar zijn zus Cato is de absolute blikvanger van My Baby. Ze draagt een weinig verhullend wit broekpakje, en krioelt wulps over het podium terwijl ze typische kirretjes slaakt. De broer en zus zaten ooit in DWDD-huisband The Souldiers, maar spelen alweer vier jaar samen als My Baby, waarvoor ze duidelijk naar de zompige blues van Muddy Waters en John Lee Hooker, en de New Orleans-voodoo funk van Dr. John hebben geluisterd. Vandaag blijkt maar weer dat het bijzonder begenadigde muzikanten zijn: de gitarist vliegt met z’n slide langs exotische toonladders, Cato en de drummer leggen daar een hele solide groovy basis onder. Daarmee staan ze nu in de grootste tent van Down The Rabbit Hole, maar hebben ze ook al enig internationaal succes geoogst. Ze tourden mee met Seasick Steve en deden flink wat buitenlandse shows, hoewel het altijd lastig te peilen is in wat voor zaaltjes zo’n band nou eigenlijk speelt, laat staan hoe goed My Baby ze weet te vullen. Seasick Steve - die vandaag toch echt weer ergens op het terrein zal rondlopen - klimt vandaag overigens niet op het podium bij het trio, maar ook zonder weet My Baby de Hotot goed te vullen met hun bluesy grooves. Dat het regent, zal ongetwijfeld meehelpen.
DTRH16: My Baby blijft vormloze voodoo-klei
Nederlands bluestrio meer groove dan song
'Are you ready for some voodoo?,' brult My Baby-gitarist Daniel Johnston (nee, niet díé Daniel Johnston). Het is best indrukwekkend hoe het Nederlands moerasbluestrio de tent vol houdt, maar wel met een kazig luchtje.
Klinkt als ouwelullenmuziek.
Zou je zeggen, maar er een staan ook jongens en hippiemeisjes met hun heupen te zwieren bij My Baby. Elke keer dat Cato 'are you ready?!' of 'let's go!' kirt, begint het voorste vak van die massale tent als één op en meer te hossen.
Kunnen we dat wel serieus nemen, 'voodoo blues' van een stel kaaskoppen?
Wat saai, die vraag om authenticiteit. Hoeveel minder mensen willen er dit weekend bij Seasick Steve op schoot nu ze weten dat de doorleefde bluesopa z'n halve levensverhaal bij elkaar heeft verzonnen? Niet veel, zolang hij het maar weet te verkopen. Het gaat om het wekken van de suggestie, en daar slaagt My Baby best aardig in. 'How much further down the rabbit hole do you wanna go?,’ vraagt de gitarist nog maar eens. Cato antwoordt met hijgerige kreetjes en af en toe bezwerend bedoeld gegil. Maar hoop bij My Baby vooral niet op echte voodoo. Dit is geen muzikale ayahuasca-ceremonie, maar braver dan een enkel hijsje van een slappe joint.
Een belangrijker probleem is dat My Baby maar wat aanmoddert, hè?
Precies. Een prijssong is er niet. Hier een loopje, daar een solo, dan weer een groove. En zelfs de solo’s meanderen maar wat voort zonder begin- of eindpunt. Supercool dat Cato een elektrische viool inplugt voor een wahwah-freakout, alleen jammer dat het weer nergens naar toe gaat. My Baby heeft de voodoo-groove best aardig in de vingers, maar vergeet die vormeloze massa Hollandse klei in een vorm te boetseren.