Mount Kimbie dus: een Engelse duo dat uit de stal van Warp komt en bestaat uit Kai Campos en Dom Maker waarvan laatstgenoemde Stage Two mag verrassen met een dj-set. Wie komt voor de post-dubstep waar de act bekend om staat, kan lang wachten. Alleen aan het begin en eind komen tracks voorbij van Kimbie-vriend James Blake, ' I Hope My Life' en '200 Press' respectievelijk. Alles daartussen is het soort house waarvan je vanzelf gaat zweven. De beats mogen dan tamelijk four-to-the-floor zijn, tussen de doffe kicks en geselende hi-hats klinken masserende synths die je trapje voor trapje naar een hoger niveau tillen. Het mixwerk van Maker is solide, een schoonheidsfoutje daargelaten. Gejuich klinkt er op uitgekiende momenten met klassiekertjes als Oni Ayhun's uplifting 'Oar003-B' en het prikkelende, tegen acid-house schurende 'Sven' van Matthias Zimmermann. Het is een uitgekiende mix van oud en nieuw met Pépé Bradock's zinderende 'Vermeille' (1998!) als grande finale.
Hoe lang duurde het voor het eerste jointje werd opgestoken?
Ergens anders misschien al eerder, maar rond de front of house maar liefst een half uur. Dat valt mij tegen van je Best Kept.
Wie waren die twee gasten die links op het podium eventjes lollig stonden te dansen?
Vrienden van Maker? Stagehands? Vloggers? We zullen het nooit weten.
Saai om te kijken naar een dj-set...
Verre van. De lichtman is ehh... lit. Heeft in het begin nog enigszins problemen om de gepuncteerde house op de juiste momenten van wat extra lampen te voorzien, maar komt gaandeweg helemaal in zijn ritme en element. En ach, waarom zou je ook eigenlijk kijken naar het podium. Gewoon je ogen dicht doen, ruik die white widow en dans motherfucker.