“Met Mark, goedemiddag” …. “Ja, jazeker” … “Nee, dat maakt niet uit. Woont u in Leiden? Dan kan ik wel gewoon eventjes langs komen, dan kan ik ter plekke wel bepalen wat ik er voor geef” …. “Nou, het is nooit weg geweest, maar het is wel een soort van populair aan het worden” …. “Ja, ok, dag!” Van dit soort telefoontjes krijgt Mark Kneppers er een paar per week. Vaak, maar lang niet altijd, leidt het tot een deal. Tegenwoordig minder vaak dan vroeger, zegt hij, omdat door de vinylhype sommige mensen denken zomaar een ton te kunnen krijgen voor de verzameling waar ze hun hele leven aan gebouwd hebben, terwijl een handelaar als Kneppers er met goed fatsoen niet meer dan een paar duizend euro voor kan neerleggen. De telefoon gaat niet uit tijdens het interview, zoals ie eigenlijk nooit uit gaat, want handel stopt niet.
Vier dozen 007-autootjes
Van de 40.000 LP’s die hier tegen de muren staan, heeft de eigenaar Miles Davis’ Doo-Bop uitgekozen voor op de draaitafel, de allerlaatste van de grote trompettist. Je kunt moeilijk NIET onder de indruk zijn van de entourage hier. Dit is wat iedereen die ooit het gevoel had muziek te verzamelen voor zich zag als droombeeld. Niet een, niet twee, maar alle muren vol met plakken vinyl. Alles helemaal vol, soms een LP die een beetje scheef uitsteekt. Op de tafel in de hoek ook nog een rijtje dat nog geordend moet worden, her en der een doos. Er staat ook een verdwaald stapeltje 007-autootjes, een stuk of tien. In hun doosje uiteraard, want zodra je ze eruit haalt zijn ze nog niet eens de helft waard. “Die heb ik laatst meegenomen toen ik een partij platen kwam ophalen. Of ik die niet ook mee wilde nemen, vier dozen van die dingen. Ik heb er honderd euro voor gegeven. Zo gaat het heel vaak, mijn vriendin Yael wordt er knettergek van. Dan kom ik weer thuis met vier Van Nelle bussen. Maar ach, het komt altijd wel van pas.”
Van de 40.000 LP’s die hier tegen de muren staan, heeft de eigenaar Miles Davis’ Doo-Bop uitgekozen voor op de draaitafel, de allerlaatste van de grote trompettist. Je kunt moeilijk NIET onder de indruk zijn van de entourage hier. Dit is wat iedereen die ooit het gevoel had muziek te verzamelen voor zich zag als droombeeld. Niet een, niet twee, maar alle muren vol met plakken vinyl. Alles helemaal vol, soms een LP die een beetje scheef uitsteekt. Op de tafel in de hoek ook nog een rijtje dat nog geordend moet worden, her en der een doos. Er staat ook een verdwaald stapeltje 007-autootjes, een stuk of tien. In hun doosje uiteraard, want zodra je ze eruit haalt zijn ze nog niet eens de helft waard. “Die heb ik laatst meegenomen toen ik een partij platen kwam ophalen. Of ik die niet ook mee wilde nemen, vier dozen van die dingen. Ik heb er honderd euro voor gegeven. Zo gaat het heel vaak, mijn vriendin Yael wordt er knettergek van. Dan kom ik weer thuis met vier Van Nelle bussen. Maar ach, het komt altijd wel van pas.”