Arita en Wendy uit Amsterdam hadden mazzel: zij reserveerden een tweepersoons tipi, maar kregen een vijfpersoons tipi toegewezen.
Waarom staan jullie hier op de glamping?
Arita: ‘Ik heb nog nooit van mijn leven met een tent gekampeerd: tijdens vakanties gingen we vroeger altijd naar hotels, dus ik ben een echte sjiekpoes. Daarnaast ben ik een moeder van 37, dus kijk ik er ook niet naar uit om op de gewone camping te staan. En laten we eerlijk zijn: ik kan het betalen, dus waarom niet?'
Wat was de eerste indruk van jullie tipi?
‘Hij is zo groot dat we tegen elkaar zeiden dat je er een radslag in kan maken – dat hebben we dus ook gedaan. Het is fijn dat je hier de ruimte hebt en je nek niet breekt over de scheerlijnen. Als je hier de glampingpoort uitstapt en naar de vieze douches loopt, kom je in een heel andere wereld – ook enig, maar niets voor mij. We vinden het wel jammer dat je hier geen eigen toiletten hebt: we hebben via via te horen gekregen dat de organisatie het wel van plan was, maar dat door de tegenvallende ticketverkoop zoveel geld is verloren dat het niet meer geregeld kon worden. Vannacht heb ik dus maar in een bekertje geplast en het zo, woesh, de tent uitgegooid.’
Voelen jullie je ook fitter dan de andere Lowlanders?
‘Met het programma van ons is het wel zo lekker. Al hebben we gisteren een beetje te vroeg gepiekt, doordat Diplo al om zes uur ‘s avonds begon - een super rare tijd. Om half twee waren we dus al kapot. We wilden naar de tent om even te chillen en later weer terug te gaan, maar zijn uiteindelijk toch gaan slapen.’
Zou je hier volgend jaar terug willen keren op de glamping?
Wendy: ‘Laat dat “zou” maar weg: dat gaan we sowieso doen.’