Voor een miljoenenstad heeft New York eigenlijk maar een bescheiden aantal muziekzalen. Veel lokaties waar CMJ neerstrijkt zijn bars en cafés. Gevolg is dat labels vaak samen showcases geven. Maar het voelt zeker niet als gedwongen huwelijken. De combinatie van Sub Pop en sublabel Hardly Art in de Mercury Lounge is natuurlijk helemaal logisch. Al blijft het een diverse avond van beide ‘kwaliteitslabels’.
De showcase van vanavond is uitverkocht, maar bij de start van de eerste band is het nog rustig. X-Ray Eyeballs kan het best getypeerd worden als Vivian Girls meets The Horrors ten tijden van hun debuutalbum. Sixties girlypop meets eighties doomgarage met synths en postrock elementen. Soms horen we een beetje liefde voor The Doors doorklinken. De band is opgericht door O.J. San Felipe, een minuscuul springerig mannetje die al jaren in de Brooklyn punkscene actief is. Hij rekruteerde drie jonge meisjes die in de lijn van (sub-)labelgenoten Dum Dum Girls lekker Victoriaans-gothic gekleed zijn. Samen met bassiste Carly Rabalais neemt hij de zang voor zijn rekening. Helaas is de combinatie van stemkleuren niet geweldig. Wanneer ze elkaar afwisselen werkt het beter. Het bandgeluid klopt als een bus. Drums en gitaren klinken geweldig en divers. Met de ideeën zit het wel goed bij X-Ray Eyeballs, nu nog wat meer uren maken. Vooral de ritmesectie loopt elkaar in tempo nog wel eens mis en zeker bij deze muziek moet het retestrak klinken.
De eerste grote verrassing van de avond staat al als tweede geprogrammeerd. Gem Club, uit Massachusetts, is het project van zanger en arrangeur Christopher Barnes. Samen met een celliste en een zangeres speelt hij de prachtige breekbare nummers van het recent verschenen debuutalbum Breakers. Denk aan Antony and the Johnsons en Perfume Genius met subtiele arrangementen in de lijn van Valgeir Sigurðsson en Nico Muhly. Beelden van bijpassende videoclips worden geprojecteerd op de lichamen en instrumenten van de drie. Landschappen, natuurwonderen, klassieke dansers en menselijke emoties geven nog meer lading aan de intense emoties die Barnes op tafel legt. De poëtische, aardse teksten verhalen over persoonlijke groei en de ontdekkingstocht van het spirituele leven. Toch wordt het geen etherisch geneuzel, maar op een vreemde manier kernachtig en krachtig. Het publiek luistert ademloos en is even van het padje wanneer de zaallichten weer aan gaan.
Een groot maar welkom contrast is de rock-’n-roll show van Jacuzzi Boys uit LA. “Hello boys and girls, rats and squirrels,” brult Gabriel, de gortdroge zanger van de surfrockpoppers. Hij lijkt op Julian Casablancas met valium die zich eenmaal achter de microfoon ontpopt tot een briljant grappige voorman als bijvoorbeeld Howlin Pelle van The Hives. Elk nummer wordt aangekondigt met de woorden ‘thissss song issss abouuuut...’ en dan volgen onderwerpen als fruit, baseball, Miami en zebra’s. Droge stonersgein, maar dan wel gevolgd door retestrakke seventies fuzzliedjes. Soms iets te lang, vaak enorm dansbaar. Het optreden duurt niet lang en dat is ook prima. Het is een groot misverstand dat perfecte extase van twintig minuten minder is dan tweeënhalf uur IJslands geklojo. De Jacuzzi Boys zijn te gek. “thissss song goes out to a dog named... CHEWEY!” Okay.
Terwijl DE muziekjournalist van The New York Times binnenwandelt begint het Canadese Memoryhouse. Over de archetype chillwave met The XX ideeën wordt al de hele week druk gedaan in de stad. Het valt live vies tegen. Het bandgeluid is prachtig met knappe synthlagen en knetterende drums. Maar de liedjes zijn matig, de dynamiek ontbreekt en zangeres Denise Nouvion is enorm onvast. Nee, vals gewoon. De zaal loopt leeg en een jongen valt letterlijk in slaap tegen zijn viendin. Dit is prima om sushi bij te eten of als soundtrack voor een documentaire over zoetwateranemonen, maar live komt het geen moment van de grond.
Een verrassing in positieve zin is het Brits-Amerikaanse Still Corners. Ze bewegen zich enigszins in dezelfde muzikale hoek als Memoryhouse, maar hebben enorm goed nagedacht hoe dit live te brengen. Na een sacrale intro met prachtige geluiden en details is de hoofdrol voor de geweldige drums (deels geprogrammeerd) en de stem van Tessa Murray. Nog niemand deze week wist de stem zo sterk als een instrument te gebruiken als de klassiek geschoolde Britse koorvocaliste. Licht en geluid versterken elkaar, de geluidsmix is nagenoeg perfect en elk liedje krijgt een alternatieve live-behandeling. Bij vlagen doet het zelfs denken aan de unieke shows van Portishead. Murray’s uitstraling houdt het midden tussen mysterieus en vlak. Het is wel echt een vrouw die neukt met een handdoekje op bed, maar wanneer dit even irriteert volgt alweer een knallende drumpartij met dito gitaarmuren. Een aanrader voor op het Utrechtse festival Le Guess Who.
Dan wandelt Dinosaur Jr. icoon J Mascis met zijn lange grijze haren, dikke jampotglazen en blauwe rugzak het podium op. Hij bouwt rustig zijn eigen set-up op en schudt hier en daar een hand. “This is the first song from my Sub Pop record,” begint hij droog. Mascis begeleidt zichzelf met gitaar, samplet zijn eigen spel, soleert hier weer overheen en nodigt voor een aantal nummers een dwarsfluitiste op leeftijd uit. “Here’s Susan to play some flute for you.” De knorrige droogkloot geeft een droomoptreden weg vol uniek gitaarspel en onnavolgbare improvisaties. Zijn gevoel voor timing is gewoon eng. Met een gitaarsolo van misschien wel acht minuten sluit hij zijn set af. Deze minuten zullen werkelijk iedereen in de zaal bijblijven. Het mag zo ingelijst in het MoMo. Wow.
De slotact van de nacht staat in het programmaboekje nog als Surprise Act, maar omdat het al zo snel uitverkocht was al even bekend dat Dum Dum Girls zou afsluiten. In Nederland gaat het nog niet enorm hard, maar in Amerika wordt al tijden erg druk gedaan rondom de vier dames. Hun invloed wordt al duidelijk als je naar de bezoekers kijkt, die alleen al in kleding geïnspireerd lijken door de band. De sfeer in de Mercury Lounge is inmiddels wat duisterder geworden. Het is al lang na middernacht en er vallen mensen om, de drie Jacuzzi Boys hebben de mooiste meisjes van de zaal veroverd en er wordt flink gepoederd in de toiletten. The Doors klinken door de speakers en een meisje begint spontaan een sensuele dans voor een jongen op de bank. Later deze week staat Dum Dum Girls in een - al tijden - uitverkochte Bowery Ballroom, nu brengen ze dat laatste beetje seks dat deze showcasenacht nodig had. De show staat als een huis en klinkt erg goed. Het is hartstikke geregisseerd en bijna te perfect, maar daar vragen de retro popliedjes ook wel om. Hoogtepunt vormt een van de beste singles van het jaar: Bedroom Eyes met die gedurfde brug. Ja, dit was goed. Nu met een dikke grijns, tollend van de slaap door nachtelijk New York op zoek naar de dekens.
CMJ 2011 dag 3: Dum Dum Girls, J Mascis, Still Corners, Memoryhouse
Veel verrassingen tijdens sterke showcase
Voor een miljoenenstad heeft New York eigenlijk maar een bescheiden aantal muziekzalen. Veel lokaties waar CMJ neerstrijkt zijn bars en cafés. Gevolg is dat labels vaak samen showcases geven. Maar het voelt zeker niet als gedwongen huwelijken. De combinatie van Sub Pop en sublabel Hardly Art in de Mercury Lounge is natuurlijk helemaal logisch. Een avond met onder meer J Mascis, Memoryhouse, Still Corners en Dum Dum Girls.