LGW15: het grote zaterdagblog

Straks o.a. Charlemagne Palestine, Ringo Deathstarr, Dawn Penn, Car Seat Headrest, Ho99o9, Shabazz Palaces, Suuns & Jerusalem In My Heart, Shannon & The Clams, Wavves

Sjoerd Huismans, Atze de Vrieze, Ralph-Hermen Huiskamp, Freek Verhulst, Wouter van de Kamp, Rob Sneltjes ,

Zelfs voor de meest doorgewinterde muziekliefhebber staan er op Le Guess Who? namen die niet direct een belletje doen rinkelen. 3voor12 rent van hot naar her om zoveel mogelijk acts te zien. De belangrijkste bespreken we in losse achtergrondverhalen, de meest interessante andere namen belanden in dit blog, dat in de loop van de dag verder wordt aangevuld.

Niemand ontsnapt aan Ho99o9
Is het nou een hardcorepunkband zonder gitaren, of een hiphopcollectief met bizar harde beats? Zeker is in ieder geval dat Ho99o9 uit New Jersey in drie kwartier geen spaan heel laat van Ekko. Twee furieuze mc's en een razende drummer smijten al hun energie de zaal in. Nergens in het donkere zaaltje ontkom je daaraan, want Ekko laat zich gewillig meevoeren en het duurt niet lang voor de moshpit alle muren bereikt heeft. Het beste is dat het met zoveel machtsvertoon niet eens aanvoelt als plat raggen, maar dat er een oprechte drift vanuit lijkt te gaan. Er zijn dan ook geen showelementen aanwezig zoals bij bijvoorbeeld acts als Die Antwoord, want Ho99o9 heeft aan de muziek en de krachtige performance van rappers TheOGM en Eaddy genoeg. Je vraagt je af of het nóg harder zou gaan als de gitaren live zouden zijn, maar Ho99o9 kan het ook met samples meer dan prima af. De hardcorepunk - was dat nou een Black Flag-riff? - wordt af en toe ook nog afgewisseld met grimetracks die weinig minder woest zijn. Zelfs een turbo-sitdown tijdens Bone Collector – “Let them take it down” – wordt dan vol overgave meegedaan door het hele publiek. Wat een intense show. (Freek Verhulst)

T.P. Orchestre Poly-Rythmo de Cotonou krijgt álle voetjes van de vloer
De naam zal bij niet veel mensen direct een belletje doen rinkelen, maar het T.P. Orchestre Poly-Rythmo de Cotonou uit Benin is een van de mastodonten van de West-Afrikaanse muziek uit de jaren '60. Het tiental Afrikanen mengt psychedelische funk en jazz met afrobeat en de Beninese voodoomuziek. In 2009 kwam de groep weer bijeen en bracht zelfs een nieuw album uit, met daarop onder andere een opvallende samenwerking met Franz Ferdinand.

Tot zover de geschiedenis, want die doet er nauwelijks nog toe op het moment dat de tien olijke, oudere heren het podium beklimmen. Het Orchestre Poly-Rythmo blijkt namelijk ook anno 2015 nog in topvorm. Le Guess Who? blijkt, in stijl met de naam van het festival, prima Frans te spreken, want alle instructies van de frontman worden keurig opgevolgd door het publiek. Met een set vol funky afrobeat wordt het steeds moeilijker om stil te staan. De Grote Zaal loopt steeds voller en bij het horen van de zonnige klanken breekt op de vloer bij de meest gereserveerde types een oncontroleerbaar gedans uit. Tegen het einde van de set komt men zelfs op de tribunes hier en daar van de stoelen. Nadat de orkestleden beleefd het applaus in ontvangst hebben genomen, volgt nog een korte toegift met alleen percussie en zang. Onmogelijk om zonder glimlach de zaal te verlaten. (Freek Verhulst) 

Charlemagne Palestine, drones van cognac en pianogeweld
Van alle weirdo’s op dit festival blijkt Charlemagne Palestine misschien wel de grootste. De half vergeten Amerikaanse minimal componist, ergens in de zeventig, heeft zijn vleugel volledig bekleed met pluchen kinderknuffels en stoffen lappen, uit zijn laptop komt een loop van tien lagen drones over elkaar heen. Plotseling stopt het, waarna Palestine het publiek begroet en aankondigt dat zijn “ceremonie” - hij ziet zichzelf niet zozeer als muzikant, maar meer als animistische sjamaan – moet beginnen met een 45 jaar oude cognac. Met twee glazen van de drank loopt hij van links naar rechts, terwijl hij ze tegen elkaar klinkt en af en toe een slok neemt om de toon te veranderen. Daarna een stuk Joodse zang met een enkele pianotoets, waarna het overgrote deel van zijn optreden bestaat uit de compositie Strumming Music uit 1974. Maniakaal blijft Palestine op twee toetsen van de vleugel slaan, langzaam uitbouwend naar meer tonen die gaandeweg ontsporen in dissonante drones, met vlakke hand op de toetsen geramd. De vleugel staat te trillen van zoveel geweld, continu ontstaan nieuwe, langzaam verschuivende boventonen, precies waar hij naar op zoek is. Elk besef van tijd verdwijnt, totdat Palestine terugkeert bij het thema en het stuk langzaam laat stilvallen. Iemand wil applaudisseren, maar Palestine maant de bezoeker geschrokken tot stilstand. Eerst nog twee keer klinken met de cognac, dan pas is het ten einde. We mogen curator Sunn O))) dankbaar zijn, voor dit soort excentriekelingen kom je tenslotte naar Le Guess Who? (Sjoerd Huismans) 

Gekte bij verjaard Wavves

Drie drumtikken. Meer kost het Wavves niet om een pit te ontketen in De Helling. Met voorbedachte rade gepland, sowieso. Hoewel de creatieve piek van de band rond het etterbultje Nathan Williams eigenlijk een paar jaar terug was, wemelt het van de tieners en jonge twintigers. En die willen kapot. Van de natte bekkies, tot scheve caps en omhooggekropen jurkjes, in De Helling gaat het voor het eerst vanavond los.

Toch leverde Wavves dit jaar een matig album. Williams – inmiddels bijna dertig- zeurt nog steeds over de kutheid des levens, maar vangt dit tegenwoordig in geplamuurde poppunk. Juist de crossover met lo fi punk maakte Wavves ooit een interessant bandje. Live gruist het gelukkig nog steeds, ook die nieuwe liedjes. Als tussendoortje krijgen we een nummer van het samenwerkingsalbum met de grungeband Cloud Nothings, verder ook veel ouder werk.

Na een met uur met wat dipjes gaat Wavves heerlijk uit met Green Eyes, met in de outro een droge metalriff. Als de refreinen slapper zijn is Wavves niet veel meer dan een lomp, doorsnee punkbandje. Nee, het hypje van een paar jaar terug heeft Wavves niet glansrijk doorstaan. Maar, wat een gekte vanavond! (Joost van Beek)

Lotic brengt Rihanna en Beyoncé naar LGW?
Na de set van Heems, die enigszins in het water viel nadat hij voor de tweede keer Justin Bieber uit zijn iTunes toverde, is het aan Lotic om de Cloud9 echt de afterparty te geven waar het LGW?-publiek op zit te wachten. De androgyne producer in glittershirt, oorspronkelijk uit Texas maar nu actief vanuit Berlijn, doet dat met een heftige IDM-set waarin ook de nodige R&B en hiphop doorklinkt. Een soort Sophie maar dan zonder de Aqua-invloeden, wat het een stuk duisterder maakt. Ondertussen voert Lotic geregeld een elastische dans uit waarvoor hij het hele podium gebruikt (het publiek denkt dat het ook heel elastisch aan het dansen is). Een paar dagen geleden verscheen de nieuwe mixtape Agitations, de producer doopt die tape hier door een van de meest abstracte tracks erop te kiezen. Lotic geeft niemand hier een makkelijke after, maar wanneer gaandeweg ook mensen van het intense concert van Lightning Bolt komen binnenstromen blijven ze toch geboeid hangen. Zij worden beloond met een gestoorde remix van Rihanna’s Bitch Better Have My Money, even eerder kwam ook al Beyoncé langs. Grenzen bestaan niet voor Lotic, of het nou om gender gaat of om muziek. (Sjoerd Huismans)

Jacuzzi Boys is Awwlright!
Weten we het nog, Le Guess Who 2013? Jacuzzi Boys glorieerde toen in de late uurtjes op het garagefeestje van curator Ty Segall. Fijne bende was dat, maar nu is de opkomst matig. Het publiek van Wavves ligt inmiddels aan de zuurstof of heeft de bandjacht elders voortgezet. De Helling lijkt nu wat te groot voor de garageband uit Miami. Daar heeft zanger Diego weinig boodschap aan. Hij lijkt een sympathieke stoner, draagt een overhemd dat zes maten te groot is en sluit elk nummer met een vet ‘Awwlright!’.

Jacuzzi Boys brengt lekker rommelige garagerock op hoog tempo. Enthousiast en wars van elke pretentie. Een band die inspiratie haalt uit koelkasten en daar dus een liedje over pent. Die energie slaat over want in de zaal kolkt de pit alsnog. Met acts als deze mag die garagerevival nog wel even doorwoekeren. Want eigenlijk is Jacuzzi Boys een stuk leuker dan het logge Wavves. Awwlright! (Joost van Beek)

Car Seat Headset is net niet spannend genoeg
Car Seat Headrest is het project van Amerikaan Will Toledo, die als tiener al zijn liedjes opnam op de achterbank van de auto van zijn ouders. Vandaar de bandnaam. Inmiddels is Toledo vroeg in de twintig en is Car Seat Headrest door toevoeging van een drummer, bassist en gitarist een band geworden. Het is desondanks wel duidelijk dat dit Toledo's project blijft, als hij bijvoorbeeld vrolijk de drums overneemt wanneer hij daar zin in heeft.

De indierock gaat bij vlagen richting grunge en klinkt live in Ekko zowaar wat poppyer dan op plaat, omdat de zang van Toledo clean blijft. Het wat ongemakkelijke overkomen van de band lijkt soms op desinteresse, maar daarvan blijkt geen sprake te zijn als Toledo zegt dat hij het zelfs zo naar zijn zin heeft dat hij wel in Utrecht zou willen wonen.

Dat gevoel lijkt niet helemaal wederzijds te zijn. Car Seat Headrest heeft - ondanks elf (!) albums - net niet genoeg goed songmateriaal om een hele set zijn publiek bij de les te houden. (Freek Verhulst)

NOTS is een kort uurtje gieren
Het is net die studente talenstudies die elke doordeweekse ochtend even verlegen oogcontact zoekt in de trein. Maar zodra de frontvrouw van het Amerikaanse NOTS (IN HOOFDLETTERS DUS) haar mond opentrekt weet je dat het menens is. Zelfs tussen de nummers schreeuwt ze de zaal toe; ‘Thiis iis our first show in Euroopee!’. Ook haar bandgenotes hebben iets aaibaars totdat de eerste klappen vallen.

NOTS maakt directe no nonsens punk met staccato geschreeuw. Een jong bandje, vol branie en brutale punk attitude. De frontvrouw kijkt venijnig de zaal in, als je te lang naar haar staart zal ze je in het gezicht spugen. De synthpartijen zijn compleet overbodig en NOTS is niet de meeste inventieve act van Le Guess Who?!, maar dit is wel veertig minuten lekker gieren.  (Joost van Beek)

Shanon and the Clams is een beetje akelig
Met een mix van doo-wop, rock ’n roll en wat surf heeft Shannon and the Clams prima papieren voor een uurtje jiven. De band is gestyled naar voorbeeld van entertainmentshows uit een houten beeldbuis. Maar er gaat iets akeligs uit van deze groep. Kijk naar de zanger met dun Chaplin-snorretje. Hij ziet wat bleekjes, zijn haar is warrig en hij mort - terecht - over het geluid. Hij knijpt zijn stem af, zijn glitterjasje en strik maken hem wat lullig. De toetsenist dan, die kreunt de backing vocals alsof hij onwijze pijn in zijn milt heeft. Als hij de synthpartijen per ongeluk loeihard inzet krijgt hij een vuile blik van de zuurpruim naast hem.

Frontvrouw Shannon beschikt dan weer over een indrukwekkende brul die jammerlijk ten onder gaat in de vlakke mix. In het begin vraag je nog af of de groep bewust plaagt. Even later blijkt Shannon and the Clams een rommeltje. De band wordt vanaf het begin geteisterd door technische mankementen en slaat zich hier niet meer doorheen. (Joost van Beek)

Suuns and Jerusalum In My Heart zorgt voor avontuurlijke clash tussen oost en west

Vorig jaar speelde de bijzondere samenwerking tussen het Canadese Suuns en de van oorsprong Libanese Jerusalem In My Heart (het alter ego van Radwan Ghazi Moumneh) al op Le Guess Who? en na het verschijnen van hun uitdagende, titelloze album, mochten ze dit jaar weer terugkomen. Geheel terecht. Want Suuns And Jerusalum In My Heart zeteen geweldige show neer met hun avontuurlijke clash tussen Moumneh’s klanken uit het Midden-Oosten en Suuns’ experimentele elektrokraut. Arabische zang en Libanese buzuk gaan over in stuwende ritmes en uitgesponnen soundscapes. Het is een bijzondere wereld die ze creëren, waar je – eenmaal aanbeland – niet meer uit weg wilt. Er gebeurt misschien niet veel op het podium, maar de band laat de muziek voor zich spreken. Veel tijd voor applaus wordt het publiek niet gegund, dus dat is extra uitbundig zodra daar de kans toe is. (Freek Liebrand) 

Ringo Deathstarr blijft tweede garnituur shoegaze
Dat heet nog eens een valse start: al na een halve minuut valt de gitaarversterker van Ringo Deathstarr’s Elliott Frazier uit, het duurt even voordat hij gemaakt is. Gisteren verscheen het nieuwe album Pure Mood van de band uit Austin, met een geluid dat ergens tussen The Smashing Pumpkins en de Britse jaren negentig shoegazebands in zit. Helaas heeft de band ook met het nieuwe materiaal  - waarvan vanavond veel langskomt - nog altijd niet de tunes in huis om indruk te maken, hoewel de sound er absoluut staat. Het zegt wat dat het beste nieuwe nummer Heavy Metal Suicide heet, met een riff die net als de titel wel heel erg latere-Pumpkins schreeuwt. Het gebrek aan originaliteit even daargelaten, is het vooral de matige samenzang die het optreden van Ringo Deathstarr nekt, ook al komt de band er tegen het einde steeds beter in. Een groot deel van de bezoekers heeft dan al een blik op het blokkenschema geworpen en zijn heil ergens anders gezocht. (Sjoerd Huismans) 
 

Total Control werkt het best als geile dance act

Achterin het zijbalkon staat een stelletje dansend te vrijen. Hij achter, zij voor. Samen zitten ze aan haar borsten. Schaamteloos geil spacen op de new-wave, postpunk en synthpop alsof je op een drugsfeestje in de hoogtijdagen van Madchester staat. Dat is hoe het Australische Total Control het best tot z’n recht komt. Niet alle nummers lenen zich hier even goed voor, dus af en toe ontwaakt het stelletje uit hun trance. Misschien kan de band hun punk beter laten voor wat het is vol gaan voor de door synths gedreven dansnummers als Glass. Het zijn deze nummers – die doen denken aan Joy Division en New Order – die het meest bezweren en dan is wakker schudden met opruiende punk niet altijd even effectief. (Freek Liebrand) 

Oh oh oh, Dawn Penn, wat doe je ons aan?
Hoewel niet veel mensen haar naam zullen kennen, is Dawn Penn toch maar mooi de maakster van de beste reggae tune van de laatste 25 jaar. De bekendste ook. Zing maar eens 'no no noooooo', en de kans is dat je aangevuld wordt met 'you don't loooooove me and I knoooow now'. Automatisch komt daar ook nog dat iconische riedeltje op de synth achteraan. Maar wat heeft Dawn Penn ons eigenlijk nog meer te bieden? Nou, helemaal niets, zo blijkt. Penn (inmiddels 63) is een gebogen oud vrouwtje zonder make-up maar met kittig glitterjurkje. Geheel volgens het cliché begint ze 25 min te laat. Een kwartier en een Dido cover later begint het hopen: zou die vertraging van haar tijd af gaan? Zo hoort dat op festivals toch? Een blik op het programma in Rasa doet het ergste vermoeden, want miss Penn is de enige hier. We worstelen ons door een cover van 90s girl group All Saints, een van Erykah Badu (allebei schimmen van hun origineel) en door een nummer dat ook volgens Penn zelf niemand wil horen. Steeds meer mensen geven op, zelfs vlak voor de finish. En dan is het eindelijk, eindelijk tijd voor de hit. Die natuurlijk slordig gespeeld en matig gezongen wordt. Snel naar de shotjesbar om de hoek om wat goede moed in te drinken en ons op te maken voor Sunn O))). (Atze de Vrieze)
 
Bo Ningen overweldigt met bizarre spacerockjam

Waarom kiezen als je ook alle denkbare muziekgenres dwars door elkaar heen kan spelen? Bo Ningen doet het en komt er bijzonder goed mee weg. Metal, punk, grunge, glamrock, psychedelica, noisekraut , progrock… Er is geen touw aan vast te knopen en toch zetten deze gekke Londense Japanners de beste show van de zaterdagavondprogrammering in Pandora neer. Mocht de muziek niet al voldoende overtuigen - dat doet het zeker wel - dan weet deze excentrieke verschijning je wel te veroveren met zijn podiumacrobatiek. De zanger blaft, bijt en kauwt alsof hij compleet strak staat van het een of ander en de gitarist toont zich een ware Japanse Keith Richards. De langharige mannen lijken zo uit een Japanse cultfilm gekropen. Compleet gestoord, maar oh zo lekker, overweldigen ze al je zintuigen met een spacerockjam die alle kanten opvliegt, behalve de bocht uit. (Freek Liebrand) 

Lightning Bolt doet oren bloeden met meedogenloze noise

Een klap in je gezicht van een uur. Eén grote, onophoudelijke dreun die je borst doet trillen en je oren doet bloeden. Dat vat de liveshow van Lightning Bolt wel zo’n beetje samen. Kenmerkend voor hun heftige, turbulente noiserock zijn het drukke drumwerk, de overstuurde zang en de eveneens overstuurde basgitaar - met banjosnaar voor de gitaarsolo’s - die samen tot een muur van lawaai verworden die je thuis in je bed nog in je lijf kan voelen. Lightning Bolt is zo intens dat het je verlamt. Zo veel en zo oorverdovend hard dat je niet veel anders kan dan verdwaasd genieten van deze meesterlijke noise. Dus staat op enkele crowdsurfers pitbouwers na het publiek vooral geïntrigeerd richting de tweemansband te gapen. Het is haast te veel om te verdragen en het optreden uitzitten valt niet mee. Zeker niet voor de mensen die zich zonder oordopjes in de Pandora hebben gewaagd. Toch is de bak herrie zo intens dat je niet weg kan lopen en je je toch maar gewillig midden in de nacht een uur lang voor je kop laat slaan. (Freek Liebrand)

Heems laat Justin Bieber sorry zeggen

Heems solo? Dat kan nog wel eens wat worden. Met hiphopgroep Das Racist scoorde hij vroege internethits, zijn solo-tracks met Dev Hynes en acteur Riz Ahmed waren ook ijzersterk. Wie daar op hoopte, komt vanavond bedrogen uit. Heems scrollt op zijn iTunes door wat eigen nummers, doet een stukje karaoke, en danst tijdens zijn ingekorte set twee keer op Justin Bieber. Misschien is dit zijn manier van sorry zeggen voor een belachelijk optreden. (Ralph-Hermen Huiskamp)