#LL13: Nick Cave voor beginners

16x Nick Cave in VPRO 3voor12's Song Van Het Jaar Top 100

Willem van Zeeland ,

Nick Cave mag dit jaar Lowlands afsluiten in de Alpha-tent en wij mogen er getuige van zijn. Waar moet je in godsnaam beginnen als je mensen wilt introduceren in zijn werk. Zijn oeuvre is inmiddels immens. We doken in de annalen van onze eigen jaarlijks Song Van Het Jaar Top 100 en daar vonden we de volgende 16 hoogtepunten.

We missen dan natuurlijk wel een cruciaal stukje voorgeschiedenis: de onstuimige jaren met de band Birthday Party, het debuutalbum From Her To Eternity, dat door Oor in 1984 wordt uitgeroepen tot Album Van Het Jaar, en het meesterwerk The Firstborn Is Dead uit 1985, een album dat je beslist eens zou moeten checken op Spotify. Vreemd genoeg vinden we daar in 1985 niets van terug in de eerste Song Van Het Jaar Top 100. Het is dan ook bepaald geen radiovriendelijke plaat, maar hij is wel one of a kind, een album waarop Cave punk vermengt Mississippi blues op een manier die niet eerder is vertoond met teksten van hoog literair niveau.
Maar we zouden ons hier beperken tot de Song Van Het Jaar.

1986
Nr 4 By The Time I Get To Phoenix

In 1986 komt Nick Cave verrassend lichtvoetig uit de hoek met een album vol covers: Kicking Against The Pricks. Dat valt in de smaak bij het Nederlandse publiek. Hij haalt voor het eerst de album charts en komt er mee tot nr 30. In dit By The Time I Get To Phoenix, bekend geworden in de versie van countryzanger Glen Campbell, horen we Nick Cave als een heuse crooner. Een rol die hem wel lijkt te bevallen op deze plaat, bijvoorbeeld ook in Something's Gotten Hold Of My Heart van Gene Pitney. Maar Cave zou Cave niet zijn als er niet ook een gezonde dosis venijn te vinden was op dit album, bijvoorbeeld in I'm Gonna Kill That Woman van John Lee Hooker. De single van Kicking Against The Pricks is trouwens niet dit By The Time I Get To Phoenix, maar de Johnny Cash-cover The Singer. Des te wonderlijker dat het volgende nummer in dit overzicht jaren later gecovered zal worden door Johnny Cash zelf.
 

1988
Nr 3 The Mercy Seat

Het album Tender Prey uit 1988 is zijn meest gevarieerde tot dan toe. Cave laat horen tot wat voor breed spectrum hij in staat is: blues, ballads en opgefokte rocksongs met de duivel op zijn hielen. Openingstrack The Mercy Seat is zijn meest succesvolle nummer ooit in de Song Van Het Jaar Top 100. Hij eindigt er mee op 3 in 1988, vlak achter the Pixies en R.E.M. Het is een kokend en kolkend lied over een gevangene op death row, in afwachting van de elektrische stoel. Het is een repeterend lied, het refrein wordt herhaald en herhaald en herhaald en in plaats van dat het saai wordt, heeft het een hypnotiserend effect. Het is een van zijn beste songs, een classic die nog altijd op zijn live repertoire staat. In 2000 wordt het gecoverd door Johnny Cash op zijn album American III: Solitary Man. Als dat album net uit is ben ik pauze-dj bij een concert van Grandaddy in Tivoli Utrecht. Vlak voordat de show begint draai ik The Mercy Seat in de versie van Johnny Cash. 'Wat is dit voor Nick Cave-verkrachting?', wordt mij tot twee keer toe gevraagd. Als ik zeg dat het Johnny Cash is, stuit ik op vertwijfelde blikken.
 

1990
Nr 10 The Ship Song

Na het gevarieerde Tender Prey is opvolger The Good Son weer een album in een stijl. Op de hoes zien we Cave in een crèmekleurig kostuum aan de vleugel, met engelen om zich heen. Cave de crooner is weer opgestaan. Deze keer met eigen composities op een mooi en stijlvast album. In de clip van dit The Ship Song zien we hem bootje varen met zijn gitarist (en tevens Einsturzende Neubauten-frontman) Blixa Bargeld. Met een show die vooral in het teken staat van het gedragen werk van dit album, staat hij in 1990 op het hoofdpodium van Pinkpop, de enige keer in zijn leven (tot nu toe).

1991
Nr 26 (I'll Love You) Till The End Of The World

Dit nummer komt van de soundtrack van de gelijknamige Wim Wenders-film. Hij heeft al langer een relatie met de Duitse filmregisseur en is prominent te zien in de film Der Himmel Uber Berlin, een sfeervolle ode aan de dan nog gedeelde stad Berlijn aan het einde van de jaren 80. Zet die ook even op je bucketlist als je hem nog niet hebt gezien. U2 maakte overigens ook een titelsong voor de film Until The End Of The World, te vinden op hun album Achtung Baby.
 

1992
Nr 34 When I First Came To Town

Van alle albums die in dit artikel aan bod komen ben ik deze het meest vergeten: Henry's Dream uit 1992. De song When I First Came To Town komt dan ook niet verder dan een 34-ste plaats en dat is voor Cave een achteruitgang in het licht van de voorgaande jaren. Het is zeker geen onaardige plaat, maar hij is weinig memorabel. Overigens kan ik wel aanbevelen om eens te kijken naar de prachtige videoclip die Anton Corbijn maakte bij het nummer Straight To You van dit album.

1994
Nr 9 Red Right Hand

Het album Let Love In is weer vintage Cave, vol meeslepende, dramatische songs, waarvan enkele tot de beste van zijn oeuvre behoren.  De briljante openingstrack Do You Love Me? is er bijvoorbeeld zo een. Die wordt niet genomineerd, maar wel Red Right Hand, waarmee Nick Cave zich revancheert met een 9e plaats in de Song Van Het Jaar Top 100 van 1994. Arctic Monkeys had deze met bloed doordrenkte song ook een tijdje op hun live repertoire. Ze speelden het onder meer op Lowlands.

1995
Nr 9 Where The Wild Roses Grow

Hartstikke leuk natuurlijk, die Song Van Het Jaar Top 100 van de VPRO, maar wat te denken van een echte Top 40-hit? Het lukt Nick Cave voor de eerste en enige keer in zijn leven in 1995, al is daar wel een duet met Kylie Minogue voor nodig. Kylie en Nick Cave, daar zou tien jaar eerder toch niemand zijn geld op gezet hebben. Ze hebben allebei Australie als thuisland, maar verder zouden de carrieres van de twee niet verder uit elkaar kunnnen liggen. Zij, de soapster (bekend uit Neighbours), hij het rock 'n roll enfant terrible. Toch is het zeker geen sell out en past de ballade wonderwel in het oeuvre van Cave. Hij staat er zelfs al jaren mee in de Top 2000.

1996
Nr 26 Henry Lee

Niet zo'n grote hit, maar minstens zo fraai als Where The Wild Roses Grow is Henry Lee, van hetzelfde album Murder Ballads, een conceptplaat vol, zoals de titel al zegt, liedjes over moord en doodslag.. Het is een duet met Pj Harvey, die dan net is doorgebroken naar een groter publiek met het album To Bring You My Love. Nick Cave en Polly Jean Harvey hebben zelfs korte tijd een verhouding met elkaar.  Kijk vooral ook even de aandoenlijke clip van dit bedrieglijk lieflijk klinkende liedje. Murder Ballads bereikt een 25-ste plaats in de Nederlandse Album Top 100 en is daarmee zijn succesvolste album tot dan toe.

 

1997
Nr 41 (Are You) The One That I've Been Waiting For

Misschien wel zijn allermooiste album is The Boatman's Call uit 1997. Het betreft wederom een zeer stijlvast album, deze keer met sfeervolle liefdesballads. Echt een plaat om cadeau te doen aan je geliefde. The Boatman's Call verschijnt aan het begin van de zomer, maar het is eigenlijk een plaat die het vooral goed doet in de herfst en rond de kerstdagen. Het fraaie (Are You) The One That I've Been Waiting For scoort bij de Song Van Het Jaar nog opmerkelijk laag met een 41-ste plaats. Hij had wellicht hoger gescoord als Into My Arms was genomineerd van dit album. Dat nummer is in de loop van de jaren door het Nederlandse poppubliek in het hart gesloten, wat mag blijken uit een opvallende 226-ste plaats bij de Top Serious Request, een chart gebaseerd op welke plaat het meest aangevraagd worden aan het einde van het jaar bij de dj's in het Glazen Huis.

2001
Nr 27 God Is In The House

Je zou het op het eerste gezicht niet meteen zeggen, maar Nick Cave is een religieus man. God en de bijbel zijn nooit ver weg in zijn werk, denk alleen al aan de titel van zijn voorlaatste plaat: Dig Lazarus Dig. God Is In The House heeft natuurlijk een heel geestige, naar hiphop verwijzende titel, maar toch is de boodschap serieus. Nick Cave kan nog zo veel dood, verderf en dreiging zaaien in zijn songs, toch lijkt hij hier op het eerste gehoor een ode te brengen aan de warmte van een huishouden waarin God nog een rol speelt. Maar Cave zou Cave niet zijn als er ook hier niet een dubbele bodem in zat. Uiteindelijk is het een song over de zelfgenoegzaamheid van geloofsgemeenschappen, waar dat wat afwijkt wordt buitengesloten. Van het album No More Shall We Part, dat niet vaak wordt genoemd als zijn beste, maar dat stiekem toch van een heel hoog niveau is.

2003
Nr 33 Bring It On

Hij woont er al jaren niet meer, maar van origine is Nick Cave Australier. Logischerwijs is een man van zijn generatie dan fan van The Saints, de belangrijkste Australische punkband. Chris Bailey en Ed Kuepper zijn de Lennon & McCartney van The Saints. Luister op Spotify eens naar een verzonken schat als het album Prehistoric Sounds van The Saints uit 1979. Begin 21-ste eeuw is Chris Bailey een door velen vergeten artiest die zich zelfs in het Nederlandse Haarlem heeft gevestigd, waar hij overigens nog steeds woont. Maar hij is niet vergeten door Nick Cave die hem laat meezingen op Bring It On, op nr 33 in de Song Van Het Jaar Top 100 van 2003.

2004
Nr 18 Nature Boy

In 2004 verschijnt het ambitieuze dubbelalbum Abattoir Blues / The Lyre Of Orpheus. Het wordt door sommigen ontvangen als zijn magnum opus en eindigt in de Eindejaarslijst van Oor op nr 2, achter het debuutalbum van Franz Ferdinand. Ik vind zelf dat het album zijn pretenties niet waarmaakt. Het is langdradig en bevat  geen enkele song die zal doordringen tot mijn persoonlijke Nick Cave Top 20 Allertijden. Als je er anders over denkt hoor ik het graag. Met Nature Boy komt hij in de Song Van Het jaar Top 100 van 2004 op nr 18, op zich respectabel, maar we weten dat het beter kan. De bijbehorende tour brengt hem in 2005 voor het eerst naar Lowlands, waar hij op zondag mag afsluiten in de Grolsch-tent. Ik herinner me van die dag vooral het door een gospelkoortje voortgestuwde Get Ready For Love, afkomstig van dit dubbelalbum. Nou ja die zet ik dan misschien nog op nr 19. Of toch op 21?

2007
Nr 49 Grinderman - No Pussy Blues

Collega Menno Visser trof Nick Cave rond de release van Grinderman als een buitengewoon onaardige rocker op leeftijd in een Londense pub. Dat was ook een beetje het idee: Grinderman is een vierkoppige 'band', bestaand uit vier Bad Seeds. Hun missie: hard rocken. Niet zelden werd de vergelijking gemaakt met Cave's vroege werk met het oncontroleerbare Birthday Party. Maar dit was nu juist gecontroleerde chaos. Even alle remmen los, maar wel heel bewust. En zo zat Cave met een zwartgeverfde hangsnor zeer geregisseerd grumpy te zijn, en naar Menno Visser te snauwen: 'don't you shove that fucking microphone in my face!' No Pussy Blues is een briljante midlife crisis song over een man die het met geen mogelijkheid meer voor elkaar krijgt een vrouw zijn bed in te krijgen. Dat zal bij Cave vast meevallen.

2008
Nr 62 Dig Lazarus Dig

Na dat felle Grinderman album komt Cave in 2008 met een ouderwetse, ambachtelijke plaat. Eigenzinniger en vooral ook grilliger dan zijn grote balladalbums, maar heel anders dan het spontane en harde van het zijproject. Het titelnummer is meteen de eerste single. Het gaat over Lazarus - een bijbelse figuur die door Jezus tot leven gewekt wordt - die na zijn dood terug keer in de verderfelijke Verenigde Staten van nu. "But Larry grew increasingly neurotic and obscene. I mean he, he never asked to be raised up from the tomb." Typisch Cave: sinister en grappig. Het nummer is lang niet zijn meest succesvolle, toch kun je rustig stellen dat Cave in de zoveelste bloei van zijn carriere is.
 

2010
Nr 70 Grinderman - Heathen Child

“You think your husband will protect you… you are wrong.” Die Hollywood-slogan gebruikt Nick Cave om zijn nieuwe album Grinderman 2 onder de aandacht te brengen. Dat pittige zijproject krijgt dus zowaar een vervolg. Hoewel rauw en venijnig, sluit deze plaat toch stilistisch meer aan bij de Bad Seeds. Warren Ellis is inmiddels - na het vertrek van Blixa Bargeld - de belangrijkste man naast Cave. Met hem maakt hij samen soundtracks, spint hij composities, en rockt hij hard als Grinderman. Ook zeer de moeite waard zijn de freakt video's waarmee Cave het project een gezicht gaf. Zelfs zijn kinderen spelen een rol, in een angstaanjagend filmpje met maskers. Ook nu niet zonder humor: de video van Heathen Child zien we Cave als Romeinse soldaat met laserogen.
 

2013
Nr ? Jubilee Street

Het is 2013 en Nick Cave is groter dan ooit. Zijn album Push The Sky Away is het best beluisterde album op 3voor12's Luisterpaal van dit jaar tot nu toe. Hij komt er zelfs mee binnen op nr 1 in de Album Top 100 en dat is nog nooit vertoond. Het is zijn 15e album en het bevat met Jubilee Street zelfs een van zijn allerbeste nummers ooit. Als je dat op je 55-ste nog presteert, hoe goed ben je dan? En willen jullie mij een plezier doen? Stem aan het einde van dit jaar allemaal op Jubilee Street bij de Song Van Het Jaar-verkiezing, zodat hij weer eens in de Top 10 komt, misschien zelfs in de top 3. Dit lied verdient het. En kom allemaal zondagavond naar de Alpha-tent op Lowlands. Nick Cave is de grote afluister van het festival. En het wordt een hoogmis, dat kan niet anders, een landmark in rock 'n' rol historie. Ik zag hem dit voorjaar al op SXSW waar hij dit Jubilee Street naar een onvergetelijke climax bracht, om het meteen te laten overgaan in From Her To Eternity, de bijtende titelsong van zijn debuutalbum. Net als bij Bob Dylan kun je in het oeuvre van Nick Cave eindeloos ronddolen en altijd weer nieuwe hoogtepunten ontdekken. Wat zal zijn volgende stap zijn?