#GWO13: King Khan preekt gospel van liefde en losbandigheid

Wervelende rock 'n soul-revue van negenkoppige band

Ingmar Griffioen ,

Het idee om eerst even een kwartiertje King Khan in De Bolder mee te pakken en dan door naar Chic te gaan, zal voor veel bezoekers even anders uitgepakt zijn. King Khan en zijn achtkoppige Shrines vliegen erin voor een dampende rock 'n soul-show. Aan het eind van een wervelend en bij vlagen duizelingwekkend uur vertoont De Bolder wel wat legere plekken, maar vooral tekenen van losbandigheid en euforie. Dat geldt zowel de enthousiast swingende veertigers als vier zeldzaam geboeide jochies op de eerste rij.

HET CONCERT:

King Khan & The Shrines, Into The Great Wide Open, De Bolder, vrijdag 6 september

DE ACT:

King Khan & The Shrines (vroeger: And His Sensational Shrines) is slechts een van de vele uitingen van Arish Ahmad Khan. De nu 36-jarige Khan maakte in Montreal, Canada al jong deel uit van diverse garagebands als The Spaceshits. Sinds 1999, inmiddels na een tour blijven hangen in het Duitse Kassel, voert hij The Shrines aan. Met oud Spaceshits-bandmaat Mark Sultan doet hij sedert 2002 de King Khan & BBQ Show. Andere projecten als Almighty Defenders (The Shrines + The Black Lips), Tandoori Knights, The Black Jaspers en een jazz-fusion collaboratie met GZA en andere Wu-Tang leden staan voorlopig stil. Met The Shrines is de duizendpoot, inmiddels verhuisd naar Berlijn, na een diepe inzinking en derhalve sabbatical van twee jaar net terug met de zesde langspeler Idle No More (nu op de Luisterpaal!). Daarop staat ook So Wild, een ode aan zijn overleden vriend en garagerocker Jay Reatard, toepasselijk ingezet met "I drink to your memory" en nog gepaster: al snel ontaardend in een uitbundig, met blazers opgetogen nummer.

Lees het interview
voor meer inzicht.

HET NUMMER:

Naast de geweldige single Bite My Tongue is eigenlijk het hele eerste deel van het recente album raak. Uitschieter - ook live - is Thorn In Her Pride, geopend door trompetgeschal en een niet te negeren 'papapapapapapa' doo-wop koortje. Eigenlijk zou je bij een show als deze een gospelkoor met grote negerinnen verwachten, maar de samenzang van bassist, gitarist en toetsenist doet het wonderwel.

HET MOMENT:

In Luckiest Man Alive ontploft de tent pas echt. En bij elke meeslepende geschreeuwde zanglijn en soulvolle "wooo" nog meer. Vooral de zinsnede "I. Get. My. Kicks…when I need them", de huilende Khan en die opzwepende percussie met dat pompende orgel, maken het een groovend, dampend hoogtepunt. Catchy as hell en toepasselijk genoeg gaat een van de meest uitbundige nummers over Khans herstel.

OOK OPMERKELIJK:

In het derde nummer schieten de veelvuldig met elkaar en bezoekers flirtende gitarist en bassist spelend het publiek door. Nog opmerkelijker is misschien wel het contrast tussen de zeven bijzonder extraverte persoonlijkheden vooraan het podium en de ritmesectie, gevormd door een ijzig stoïcijnse Silent Bob-lookalike achter de drumkit en een eveneens onverstoorbare Afrikaanse krijger op percussie.

HET PUBLIEK:

De Bolder is verwachtingsvol gevuld en dat blijft zo. Waarom deze show zo goed werkt op ITGWO en juist hier, wordt het best weerspiegeld door vier jongetjes die de hele show aan het podium gekluisterd staan. Ze kijken hun ogen uit. Eentje staat veelvuldig te geeuwen, maar zo'n fascinerend schouwspel verlaten is voor zijn vrienden duidelijk geen optie. Het ene moment stoten ze elkaar met grote ogen aan als een blonde vrouw in opvallend groen suède haar haren en vormen in de strijd gooit, dan klampen ze zich aan het podium vast om niet meegezogen te worden in de pit en dan vliegt er een stagediver rakelings langs. Vervolgens krijgen twee van de jongens van de saxofonist een jingle stick (langwerpige tamboerijn) om mee te rammelen.

Alsof het nog niet avontuurlijk genoeg was, wijst Khan ze in het laatste nummer aan: "This one is dedicated to the young ones over here, who're gonna carry on the rock 'n roll tradition. One of them got shiny teeth like my shirt!" Net als ze vertederd omhoog blikken, schreeuwt hij ze toe: "I'm a bad motherfucker!" en daar gaat de band weer voor een laatste dosis soul.

HET OORDEEL:

"Waarom worden mensen zo gek tijdens je shows", vroeg ik Khan tijdens een recent interview. "It's the brass. It makes them horny", schaterde de grote man. Niet ver bezijden de waarheid, maar het zijn zeker niet alleen de drie vrolijke blazers die het optreden zo opwindend maken. Boeiende facetten van de wervelende soul-revue zijn ook de duellerende gitarist en bassist (die zeker eens per show in het publiek duiken), de continu wild rondspringende hammond-toetsenist en zeker ook die in een enorme glitterjas gestoken en met veren getooide frontman, die bij elke James Brownesque "wooooooooooo" schreeuw De Bolder verder doet ontploffen. "It leaves your soul in bliss" (laat je ziel gelukzalig achter), zoals Khan zo treffend bezingt in albumopener Born To Die. Dat geldt vanavond in ieder geval voor heel veel zielen, inclusief die van een stralende organisator en de 'kersverse' garage-discipel Tim Knol. Zo bezien geen enkele reden om het Sensational in Sensational Shrines te laten vallen, aan de andere kant spreekt de muziek meer dan voor zich.

DE FOTO: