Album van de week (42): Jake Bugg - Jake Bugg

Krap uit de kinderschoenen en zo retro klinken als het maar kan

Judith Laanen ,

Als je helemaal niets van Jake Bugg zou weten, zou je zomaar kunnen geloven dat zijn debuutalbum tussen de rest van de retro-platencollectie van je vader vandaan komt. Niets is minder waar: het als straatschoffie ogende joch is krap 18 jaar oud. En dan al zingen over vrijkomen uit het gevang, alsof het niets is. Tel daarbij een herkenbare stem en aanstekelijke folksongs bij op, en Jake Bugg zou zomaar een blijvertje kunnen zijn. Hij was in ieder geval de grote verrassing van de afgelopen editie van Into The Great Wide Open, waar hij iedereen reikhalzend deed uitkijken naar zijn debuut. Die gelijknamige plaat is nu 3voor12 Album van de Week.

Wat weten we eigenlijk van Jake Bugg? Zijn bouwjaar is 1994, en hij groeide op in Clifton, in het Noord-Engelse Nottingham. Toen hij twaalf was pakte hij voor het eerst zijn gitaar op. Vorig jaar werd hij door de BBC op hun 'Introducing'-podium op Glastonbury gezet. Daarna ging het hard: Jools Holland nodigde hem in mei uit om een mopje te komen spelen en Mercury Records tekende hem. Bugg bezingt de misere van zijn stad in Trouble Town: 'the only thing that's pretty is the thought of getting out'. Het is slechts een voorbeeld van de grotendeels droefgeestige nummers die op het album staan. Nee, het leven van Bugg is nu al niet altijd koek en ei.

Qua stemgeluid houdt Bugg met zijn noordelijkse knauw in z'n accent het midden tussen Miles Kane, Alex Turner en Liam Gallagher. Als invloeden heeft hij Oasis (dat hoor je bijvoorbeeld in Two Fingers), The Beatles, Bob Dylan en de Britse Dylan-imitator Donovan genoemd. Het klaaglied Ballad of Mr Jones kun je bijvoorbeeld goed in de verhalende songtraditie van Dylan plaatsen. Door de tekst luistert het nummer als een spannend jongensverhaal weg: 'There's a blind man in the waiting stand, with three young man's lives in his hands / there's a poor boy who stood at the scene, who be haunted by the dirty things he's seen'.

Soms is het gissen of Bugg niet wat jong is voor de teksten die hij zingt. In Two Fingers zingt Bugg bijvoorbeeld dingen die op meerdere manieren opgevat kunnen worden. 'I drink to remember, I smoke to forget, some things to be proud of, some stuff to regret, gone down some dark alleys in my own head, some things are changing'. Voor een broekie van 18 is het bijvoorbeeld opvallend dat hij zingt 'So I kiss goodbye to every little ounce of pain, light a cigarette and wish the world away I got out, I got out, but now I'm here to stay'. Gevalletje jeugddelinquentie misschien? Hij zingt het nummer met een twang die je zou verwachten van een zuidelijke Amerikaan, niet van een Noord-Engels joch. Neem ook de regel 'I'm an old dog but I've learned some new tricks yet' en 'nothing shocks me anymore' in Seen It All. Hoe oud was je ook alweer? En toch klinkt het allemaal vreselijk gemeend, hij kan je er zo mee voor de gek houden.

Bugg toont op zijn debuut twee sterke kanten: die van de uptempo folksongs met een countryrandje en die van de zoete, soms weemoedige ballades. Die twee verenigt Bugg door over alles een retrosausje te gieten, waardoor dit album in de categorie 'herziene glorie' valt. Bugg kan verbeten tekst wegknauwen (hit Lighting Bolt) en door zijn doffe stemgeluid en zachte vibrato weer net zo makkelijk die seventies-feel van Simon & Garfunkel oproepen (Simple As This). Een knap en veelbelovend debuut, benieuwd welk blik aan zeer Bugg op zijn opvolger zal opentrekken.