SXSW12: beter dan Nirvana, Wibi Soerjadi met hiphopbeats, de dame van Gotye's hit

Met o.a. Cloud Nothings, TNGHT, Wavves en Patrick Watson

Willem van Zeeland, Tomas Delsing en Atze de Vrieze ,

In meer dan 90 venues in Austin spelen honderden bands voor hun leven. Totale onbekenden, maar ook (enigszins) gevestigde namen met nieuw werk op zak. Wie vielen er op?

AraabMuzik

Wat nou als Wibi Soerjadi als kind van Dominicaans-Guatemalteekse ouders in Amerika zou zijn opgegroeid? Who cares, zou je zeggen, maar bij AraabMuzik echt een relevante vraag. Vanavond in het afgelegen 1100 Warehouse heeft de vlinderstrik plaatsgemaakt voor een baseballcap en klinken er stampende hiphopbeats in plaats van vederlichte huiskamersonates, maar de concentratie en beheersing van een concertpianist zijn gebleven. Araab (Abraham Orellana) speelt zijn Muzik stuk voor stuk live in op zijn drumcomputer en heeft daar tien rappe vingers, handen en voeten voor nodig. Virtuoos, maar an sich niet voldoende om shows op SXSW, twee optredens volgende week in Miami en een uitgebreide Amerikaanse tour te rechtvaardigen. Gelukkig heeft dat wat schuw ogende menneke meer trucs in zijn mouw. Alsof 'ie telepathisch begaafder is dan Derek Ogilvie voelt AraabMuzik het direct aan als er ergens iemand in het publiek staat te denken "dit heb ik nu wel gehoord". Dan komt er een briljante hook, nieuwe sample en snoeiharde drop om de neuzen weer in dezelfde richting te duwen. En dat gaat hartstikke lekker, zo met fragmentjes van bijvoorbeeld Skrillex, Emalkay, House Of Pain en Doctor P. Dat, gecombineerd met opvallend veel Eurohouse, een vleugje acid, wat gabber en bovenal de snoeihard ratelende en beukende hiphopbeats van albums Electronic Dream en Instrumental University levert een cocktail op die de broekspijpen tegen de klamme beentjes doet wapperen en de fundering uit de grond trilt, en die datzelfde ook zou kunnen doen als afsluiter in de Lowlands X-Ray. Het werkt in ieder geval heerlijk in Amerika, land van de onbegrenste decibellen. (TD)

The War On Drugs (Austin City Limits @ Moody Theatre)

De drummer, bassist en toetsenist van The War On Drugs uit Philadelphia hebben strikt rantsoen. Ze moeten volstrekt in dienst van het bandgeluid spelen: op slot, op de vierkante centimeter, soms het hele nummer lang. Frontman en gitarist Adam Granduciel (haar voor zijn ogen, morsig spijkerjasje) kan zich daardoor meer veroorloven. Granduciel heeft een heel eigen gitaarstijl ontwikkeld, met veel feedback, virtuoos zonder Steve Vai-gefriemel. De drive van een Springsteen of Arcade Fire, maar zonder de extraverte energie. Kurt Vile - hier vorig jaar een van de veelgenoemde namen, zat een tijdje in deze band en werkt in dezelfde stijl, maar zijn optredens zijn wat rauwer en chaotischer. The War On Drugs is introvert en stoïcijns en bepaald geen band die je domweg op ieder festival neer kunt zetten. Maar met Brothers en Baby Missles aan het eind van de set - twee stuwende midtempo songs, heeft The War On Drugs voor de liefhebber een paar heel sterke songs in handen. (AdV)
 

Cloud Nothings

Ze waren laatst met Attack On Memory al Album Van De Week bij 3voor12 deze Cloud Nothings uit Cleveland. Maar dat ze live zo goed zouden zijn hebben we niet durven dromen. Deze jongens hebben een opruiende punkenergie zoals je het zelden meemaakt en een techniek zoals je het vaker bij metal ziet dan bij punk. De zanger klinkt als Kurt Cobain, maar hij ziet eruit als Bill Gates junior. Prijsnummer van het album is het 8:54 durende Wasted Days een Nirvana-achtige track met een lang instrumentaal middenstuk. In de liveversie springen de bassist en de gitarist tijdens het publiek in om midden in de moshpit te gaan staan jammen, waarbij ze het publiek tot steeds grotere euforie opzwepen. En als ze uiteindelijk weer het podium op springen om het thema van de song te herpakken explodeert de hele tent. Na de laatste noot kun je alleen nog maar denken: 'Ah wat vet, wat heerlijk om dit gezien te hebben.' Adriaan Pels van Excelsior Recordings heeft er zelfs de halve nacht niet van kunnen slapen, zo goed vond hij het. 'Als ik dit zie kan ik me helemaal voorstellen hoe Nirvana live moet zijn geweest in 1991.' Nou, ik heb Nirvana destijds gezien en ik zweer het je, dit was beter. (WvZ)
 

Nite Jewel (Barbarella Patio)

De muziek van Nite Jewel dook afgelopen jaar ineens op in Drive, een gewelddadige film over een stuntman die in zijn avonduren bijschnabbelt als bestuurder van vluchtwagens. Ryan Gosling speelt de hoofdrol van de ijzig koele bestuurder, van wiens gevoelens nauwelijks hoogte te krijgen is. De onderkoelde popliedjes van Nite Jewel passen wonderwel bij de sfeer van de film. De groep laat zich inspireren door oude italo disco en synthpop, maar dan in een hedendaags jasje. Die onderkoelde perfectie komt vanavond op het podium niet bepaald over, al was het maar door het absurd slechte soundsystem van het Barbarella podium. De PA staat een meter of vier voor het podium, wie vooraan staat, hoort niets. Wie verder naar achteren staat, ziet dan weer niets, want erg groot is madam Nite Jewel niet. Wie op zijn tenen staat, ziet haar wat nerveus heen en weer wiebelen tijdens het zingen en spelen. Beste nummer is single One Second Of Love, die een sterk refrein heeft en productioneel zomaar uit de koker van Moroder had kunnen komen. (AdV)

Patrick Watson (St David's Bethel Hall)

Patrick Watson hebben we de afgelopen jaren natuurlijk al vaker gezien in Nederland. Toch was het heel bijzonder wat hij hier liet zijn in de kerk St Davids Bethel Hall. Met assistentie van de leden van de groep Thus: Owl speelt hij vrijwel zonder versterking in het gangpad van de kerk waar het hele gezelschap indruk maakt met harmonieuze samenzang, voortgedreven door percussie en uitgelicht met zaklantaarns. Dat belooft nog wat voor hun optreden op Motel Mozaique. (WvZ)

Kimbra (Fader Fort)

Dat moment dat Gotye ineens gezelschap krijgt van een vrouwenstem in Somebody That I Used To Know; wat een vondst. Het is juist dat moment dat de song naar een hoger niveau tilt. Welnu, die stem, dat is Kimbra, een zangeres uit Nieuw Zeeland die het nu dolgraag voor zichzelf wil proberen. Kimbra oogt in haar rood-roze prinsessenjurk en zwartgeverfde haar (of is het een pruik) als een soort Katy Perry. En als je haar dat nu op schrift zou stellen, zou ze er vermoedelijk direct voor tekenen. Kimbra heeft een straffe band mee, overduidelijk geen oude schoolvrienden die voornamelijk uit vriendschap in haar buurt mogen blijven. Haar single Limbo mag er best wezen - lekker eigenzinnig - maar als die sessiemuzikanten geroutineerd gaan staan rocken gaat het helaas mis met die snoezige Kimbra. En dat is verrassend, want je zou op basis van die Gotye hit eerder denken dat Kimbra te soft is dan dat ze zichzelf overschreeuwt. Hitpotentie heeft ze evengoed wel. (AdV)

Animal Liberation Orchestra

Dit is een band uit de omgeving van Jack Johnson, ze waren enkele jaren geleden al te zien in zijn voorprogramma in de Heineken Music Hall. Ze maken mooie, verzorgde pop, die zich in dezelfde sfeer bevindt, maar dan veel rijker georkestreerd. De band heeft twee leadvocalisten en blinkt uit in prachtig piano- en gitaarspel. Het nieuwe album verschijnt op 8 mei en zou deze zomer best eens een grote hit kunnen worden in de eetcafes en de tapasbars. Je hoort ze wellicht eerder bij De Strepen Van Spits dan in 3voor12 Radio, maar het was absoluut bijzonder genoeg om hier even te vermelden. (WvZ)

Best Coast (Hype Hotel)

"Wees een beetje lief voor ons, we hebben een kut-SXSW tot nu toe. Alleen maar klootzakkenpubliek". Bethany Cosentino's geheel eigen gevoel voor charme. Ze smullen ervan hier in het afgeladen Hype Hotel, dat doordrenkt is met de geur van gratis wodka-icetea en Taco Bell. Best Coast komt binnenkort met een nieuwe plaat, en daar speelt de band vast wat nummers van. Ze laten geen verrassend nieuw geluid horen, maar Why I Cry is een goede single, die tapt uit het zelfde hartenzeervaatje als oude favorieten. De nieuwe tunes passen naadloos bij de gruizige midtempo surfpopsongs van het debuut, waarvan oude single Boyfriend nog altijd geldt als setclimax. Al kun je van een echte climax nauwelijks spreken, want al te spectaculair is een live optreden van Best Coast niet. En dat zou een serieuze doorbraak best eens in de weg kunnen staan.
 

Tennis

Vorig jaar was deze band rond zangeres Alaina Moore al te zien op SXSW, maar toen waren ze nog een beetje flets. Nu hebben ze met Young and Old een uitstekend nieuw album gemaakt, waar een stuk zes, zeven ijzersterke nummers op staan. In de korte showcase die ze hier geven spelen ze precies die nummers. Catchy songs, mooi gezongen door Alaina Moore, ondersteund door een lekker jengelend orgeltje en een smaakvolle surfgitaar, soundtrack voor de lente die in Nederland altijd meteen na SXSW begint. (WvZ)
 

Wavves (Hype Hotel)

Even na Best Coast is het de beurt aan Wavves, Bethany Cosentino's infame levenspartner. Ze zijn samen de Bonnie & Clyde van de Amerikaanse garagesurf. Ook Wavves komt vermoedelijk binnenkort met een nieuw album, en een gezamenlijke tour ligt voor de hand. Wavves is live een stuk opwindender dan Best Coast, niet in de laatste plaats door Nathan Williams' etterbakkenattitude. Hij is het type dat zijn publiek uitdaagt met Taco Bell te gooien (it's saturday, you can do whatever you want) en vervolgens degene uit te schelden die het daadwerkelijk doet. Hij duikt een paar keer met zijn voeten naar voren het publiek in. Belangrijker is dat het muzikaal klopt. In vergelijking met een jaar of twee geleden, toen het laatste album King Of The Beach uitkwam, is Wavves een strakkere band geworden, zonder in te leveren op de wildheid. Met dank vooral aan Stephen Pope, de oude bassist van Jay Reatard, die heel goed begrijpt hoe dat moet. (AdV)
 

Ceremony (Red 7 Patio)

Er schijnen verschillende bands te bestaan die Ceremony heten, niet zo vreemd voor zo'n algemeen woord natuurlijk. Er is een shoegaze band, een death metal groep, en er is dit punkgezelschap uit Los Angeles. Ze zijn al toe aan hun vierde album, maar omdat dat bij het gerenommeerde label Matador verschijnt, zijn de ogen net wat meer op ze gericht. Op dat nieuwe album Zoo laat Ceremony de hardcore punkroots wat achter zich, maar op het podium zijn die nog nadrukkelijk aanwezig. Zanger Ross Farrar moedigt een beginnende cirkelpit van harte aan, en hij ijsbeert heen en weer, terwijl hij fulmineert in John Lydon-stijl. De 'echte' punk klinkt wat gedateerd, maar de set heeft zo zijn momenten als het tempo omlaag gaat en met name de gitarist iets meer de diepte in gaat. Opvallend: een bandlid met een Prince-shirt. (AdV)

TNGHT

Vorige week moest Hudson Mohawke 5 Days Off nog afzeggen wegens ziekte, maar deze belangrijke gelegenheid kon hij natuurlijk niet aan zich voorbij laten gaan. Vanavond presenteert de Schot zijn nieuwe project TNGHT met collega Lunice. Ze doen dat op een WARP-feestje in Empire Automotive, wat inderdaad een soort verbouwd garagecomplex lijkt te zijn. Het soundsystem is er loei en loeihard, en TNGHT's set is harder, dieper, trager, beter. Mensen in het publiek wijzen collectief naar hun armen, waar de ziedende subbassen letterlijk de haren achterover blazen. De harde snares - trademark van Hudson Mohawke - lijken nog scherper, en hij durft de tracks nog verder uit te kleden. Iedere rapper met gevoel voor experiment moet zich direct na deze set gemeld hebben voor een beat. Lunice lijkt intussen vooral als hypeman op te treden, maar ze zullen in de studio ongetwijfeld samen aan muziek gesleuteld hebben. Aan het slot krijgt Hudmo's hitje Cbat nog even een welverdiende rewind. (AdV)
 

Action Bronson (Fader Fort)

Rapper Action Bronson uit Queens, New York, heeft een boksersmentaliteit. Hij gaat voor de snelle knock-out. De afgelopen twee jaar bracht hij aan de lopende band albums en mixtapes uit, die zijn naam voorzichtig doen groeien. Zo deed hij eind vorig jaar al eens Buma Rotterdam Beats aan, waar hij behoorlijk wat indruk maakte. Eigenlijk moeten we trouwens zeggen: worstelaarsmentaliteit, want hij opent zijn set in het Fader Fort met een ode aan worstelaar Barry Horowitz. Bing bing, de eerste ronde verloopt vlotjes. Al kunnen we de logge, robuuste Amerikaanse Albanees niet op soepel voetenwerk betrappen. Zijn flow is wat ouderwets, hoekig, als Ghostface met overgewicht en met weinig cross-over potentieel richting een niet-hiphoppubliek. Zijn beats liggen ook niet zelden in de Wu Tang richting, met veel soulsamples. Bronson heeft een flinke aanhang bij zich, waaronder een man met spectaculaire bliksemschichten langs zijn slapen, die in razend tempo een fles whisky klaart. Het laatste kwart verdwijnt in de monden van fans op de eerste rijen. (AdV)