Motel Mozaique: Ben Caplan is veel baard, weinig wol

Whiskyzanger ontroert Motel Mozaique met laagdrempelige show

Atze de Vrieze ,

"Do you want to be reborn through the vagina of this moment with me?" Ben Caplan heeft de lachers op zijn hand in het afgeladen zaaltje aan de Gouvernestraat. Zeker als hij drie liedjes voor het einde zo'n grote teug uit zijn kan water neemt dat het vocht zich als een waterval een weg zoekt over zijn Sint-waardige baard.

CONCERT
Ben Caplan, Motel Mozaique, Gouvernestraat Zaal 2, vrijdag 20 april 2012

MUZIEK
Achter die gigantische krullenkroes onder zijn kin gaat schijnbaar een 25-jarige Canadees schuil, die onlangs het album In The Time Of The Great Remembering uitbracht, een folkplaat met gekke uitstapjes naar onder meer klezmer en jazz. Die dankt hij wel vooral aan zijn band - met de cheesy naam The Casual Smokers - maar die is thuis gebleven. Volgens Caplan omdat ze allemaal examen moesten doen aan het conservatorium. "Ik zei nog: het ging om de opleiding jongens, het diploma is maar een papiertje. Maar goed, jullie zullen het met mij moeten doen." Caplan is vandaag gewapend met een haperende akoestische gitaar ("de batterij is op") en een piano ("een echte, geen elektrische"), maar de frivoliteiten in zijn geluid zijn verdwenen.

PLUS
Ben Caplan kan niet anders dan een sympathieke kerel zijn. Gul naar zijn publiek, volgens velen hier in de zaal geestig bovendien. En hij is gezegend met een aantrekkelijk braampje in zijn stem. Dat verleidde iemand ertoe hem te dopen tot Tom Waits junior. Wie? Even opstaan graag. Ja, jij? Dank, nu koketteert hij ermee. Op de piano staat demonstratief een fles Macallan 12, voorwaar geen slecht merk. Caplan veroorlooft zich zelfs een cover van zijn grote voorbeeld Waits, pianoliedje You Can Never Hold Back Spring.

MIN
Gewaagd hoor, want dan hoor je het grote verschil tussen de grommende meester en deze clowneske straatmuzikant. Ook zijn eigen werk is niet zo bijzonder als het op het eerste gezicht misschien lijkt. Veel van zijn songs blijven hangen in standaard liefdeslyriek. "I have not been perfect for you", zingt Caplan in zo'n typische song. "I'd like to think I was at the start. You have no more patience for me, so I guess we both just drift apart." Gezongen met veel volume en licht pathos, of het nu over de liefde gaat of over het kwaadaardige bankwezen. Niet slecht, ook niet waarachtig imponerend.

CONCLUSIE
Je zou die baard van zijn gezicht willen trekken en kijken hoeveel er dan overblijft, de elastiekjes trillend achter zijn oren. Niet zo vreselijk veel, ben ik bang. Het is een typisch geval 'veel baard, weinig wol'. Een paar aardige songs, omhoog gestuwd door een buitengewoon aanstekelijke performance. Daar kun je een eind mee komen op dit festival, want op een paar fotografen na verlaat niemand voor het einde de zaal. Ben Caplan geeft met zijn oude-mannenbaard een fuck you naar de eeuwige jeugd, hij koketteert met cliches, maar dat doet hij dan wel weer zo pretentieloos dat je hem op zijn minst een glimlach gunt.

CIJFER:
6,5