3VOOR12 bespreekt Album van de Week (9): Broken Bells

Danger Mouse en Shins-zanger maken filmisch indiepop-album

Ingmar Griffioen ,

Neem een helft Danger Mouse en een helft James Mercer (zanger The Shins) en je krijgt? Broken Bells dus en daarmee erg prettige indiepop. En ook een optelsom, die meer is dan de prachtstem van Mercer en het productionele genius van Brian Burton a.k.a. Danger Mouse.

Danger Mouse en Shins-zanger maken filmisch indiepop-album

Neem een helft Danger Mouse en een helft James Mercer (zanger The Shins) en je krijgt? Het duo Broken Bells en daarmee erg prettige indiepop. En ook een optelsom, die meer is dan de prachtstem van Mercer en het productionele genius van Brian Burton a.k.a. Danger Mouse. Hun album overtreft de verwachtingen en is alleen al daarom Album van de Week.

Toen Burton en Mercer elkaar 6 jaar terug op Roskilde tegen het lijf liepen, bleken ze beiden fan van elkaar en geprikkeld om de handen ineen te slaan. "Zodra ik The Shins hoorde, wilde ik iets met James doen, wat dan ook", vertelde Burton aan Rolling Stone. Wegens drukte met Gnarls Barkley (waarvan Burton het creatief brein is) en The Shins bleven die ideeën op de plank, hoewel Mercer al wel een track inzong voor Dark Night of the Soul, de soundtrackplaat die Danger Mouse met de net overleden Mark Linkous (Sparklehorse) maakte.

Voor Broken Bells doken Burton en Mercer in maart 2008 de studio in. December vorig jaar lekte het volledige album al uit. Prematuur, want het tastbare eindresultaat bevat twee andere nummers. Mercer en Burton schreven de songs, speelden samen de instumenten in en de productie was de laatste uiteraard wel toevertrouwd. Voor de fraaie strijkersarrangementen, die bijvoorbeeld Sailing To Nowhere een schoon klassiek tintje geven, kreeg Burton hulp van filmcomponist Daniele Luppi. Net als op de platen van Gnarls Barkley en John Legend heeft ook Broken Bells baat bij Luppi's filmische toevoeging.

Het eerder als single uitgebrachte The High Road is de perfecte albumopener. Het nummer is een dromerige popsong met een Gorillaz-achtige productie, die meteen de toon zet voor een sprookjesachtige reis, die helaas niet langer dan 35 minuten en tien nummers duurt. De single is niet exemplarisch, want het debuut is een redelijk veelzijdige plaat geworden met het ene moment androgyne zang over een Gorillaz-beat (The Ghost Inside), dan weer een bijna Eels-achtige melancholieke uitschieter (Citizen) en vervolgens loungepop met broeierige synths (Mongrel Heart).

De samenwerking tussen de songwriter en de producer is een geslaagde. Vooral omdat het niet klinkt alsof Burton een Shins-plaat onder handen heeft genomen, maar omdat beiden hun eigen ding deels los hebben gelaten om samen iets nieuws te maken. Broken Bells smaakt naar meer en het is dan ook te hopen dat de kwalificatie gelegenheidsduo niet opgaat.

Broken Bells deed al enige uitverkochte shows in Amerika, Londen en Parijs en staat 17 maart op SXSW. Het album komt ook in een speciale uitgave: verpakt als muziekdoos, die bij het openen een bonustrack afspeelt. Broken Bells is net uit op Columbia/Sony Music en momenteel op de Luisterpaal te beluisteren.