Pantha du Prince: "Een goede beat is als een hartslag"

Duitse producer begin maart op 5 Days Off

Atze de Vrieze ,

Duitser Hendrik Weber alias Pantha Du Prince maakte met Black Noise een plaat die begint waar zijn vorige - This Bliss - eindigde. Met bellen, die voor een aangenaam elegante sfeer zorgen. "Black Noise is in feite stilte. Zo begint een track voor mij. Alsof je een klein steentje van de berg rolt, dat langzaam maar zeker uitgroeit tot een rotsblok."

Duitse producer begin maart op 5 Days Off

Toen Duitser Hendrik Weber twee jaar geleden in de Zwitserse Alpen was om zijn derde album op te nemen, lag het landschap er stralend bij. Hij had er de ruimte en bracht zijn tijd door met goede vrienden Joachim Schütz en Stephan Abry, die er werkten aan een filmscore. Het was de bedoeling dat ze er alleen een aantal basisgeluiden zouden vangen voor zijn album - deels van oude instrumenten, deels uit de natuur en het dorpsleven - maar uiteindelijk kreeg Black Noise er al een groot deel van zijn definitieve vorm. Toen hij een jaar later terug ging, lag er anderhalve meter sneeuw en zag het landschap eruit als het niemandsland dat zijn muziek oproept. Black Noise is een organisch elektronisch album vol details, dat vooral heel veel ruimte uitstraalt. 'Ik heb het nodig om regelmatig de stad uit te gaan', zegt Weber. 'Vooral omdat ik ieder weekend al van stad naar stad reis.' 

Een van de gevonden geluiden op Black Noise doemt halverwege het album uit het niets op in de enige vocale track van het album, Stick To My Side: een kerkklok. 'De kerk stond twee kilometer verderop', vertelt Weber, 'maar door de weerkaatsing in de bergen kon je hem tot ver in het bos horen. Met een natuurlijk effect erover.' De kerkklokken doemen wat onaangekondigd op, maar echt vreemd zijn ze niet. Drie jaar geleden maakte This Bliss. Zijn tweede album onder de naam Pantha du Prince was een perfectionering van zijn debuut, een techno-album met een volstrekt eigen geluid, met in de hoofdrol klokken en bellen in alle soorten en maten. Ze zorgden voor een zeldzaam lichte, warme sfeer. Het begin van Black Noise klinkt als het slot van This Bliss, om vervolgens zijn eigen pad te kiezen. 'Het voelt ook echt als een vervolg', zegt Weber. 'Ik was nog niet klaar met dit idee.' 

Weber is een van de bekende gezichten in een hechte groep producers, met als uitvalsbasis Hamburg. Hun verzamelnaam: Dial, een label voor uitzonderlijk sfeergevoelige, elegante techno. Op het label brengen onder meer Lawrence en Efdemin hun platen uit, producers die bij het grote publiek nauwelijks bekend zijn, maar die in hun eigen kringen bewierookt worden. Hoewel Black Noise verschijnt op het vermaarde indielabel Rough Trade, blijft Pantha Du Prince de Dial familie trouw. 'We hebben in een paar jaar tijd onze eigen wereld opgebouwd, dat laat je niet zomaar in de steek. Uiteindelijk is het voor Dial alleen maar goed dat ik mijn muziek bij een toonaangevend label als Rough Trade onderbreng. Dat label heeft een fenomenale geschiedenis als het gaat om vooruitstrevende muziek, met persoonlijke favorieten als Arthur Russell en This Heat.' 
 
Hoe vreemd het ook klinkt als je hem hoort praten over middeleeuwse bellen en klokkenspellen, de muziek van Weber gehoorzaamt aan de ijzeren wetten van de dansvloer. 'Dat was van het begin af aan het idee van Pantha du Prince. Het moest aan de parameters van de club voldoen. Ik stelde me een dansvloer voor in mijn hoofd, terwijl ik de muziek maakte. Een goede beat is voor mij als een hartslag. Hij is er simpelweg, en hij doet iets met je. Die basis wilde ik aanvullen met muziek met zeggingskracht, waar je jezelf in kunt verliezen. Dat miste ik vaak in clubs. Veel house en techno is tegenwoordig super effectief, springerig. Met de softwareprogramma's van tegenwoordig is dat het heel makkelijk om muziek te maken. Aan de andere kant realiseerde ik me dat die ruwe, wilde geluiden die ik had opgenomen niet werken op een dansvloer, dus ik ben er in de studio aan gaan schaven. Analoog werd digitaal, en digitaal analoog. Als een 3D-film waarin je niet meer weet wat echt is en wat niet.' 

Tussen de zachte maar constante beat gebeurt van alles, wat Weber omschrijft als Black Noise. 'Met duisternis heeft het in elk geval niets te maken. Black noise is een frequentie zo laag dat je hem eigenlijk niet kan horen. In feite is het stilte. Zo begint een track voor mij. Ik bekijk de geluiden die ik opgenomen heb als het ware onder een vergrootglas, en vervolgens ga ik ermee aan de slag. Alsof je een klein steentje van de berg rolt, dat langzaam maar zeker uitgroeit tot een rotsblok. Onderaan de berg heb je een track. Het gaat om die kleine dingen die je op het eerste gehoor helemaal niet opvallen, maar die het karakter van een track bepalen. Hoe je de muziek ervaart, hangt ook af van de geluidsinstallatie waarop je het beluistert. In een club klinkt het totaal anders dan thuis.' 

Zijn muziek is voor Weber een vertaling van zijn levensgevoel. 'Ik hou graag een beetje afstand, het liefst trek ik me terug in mijn eigen wereld. Ik hoef bijvoorbeeld niet zo nodig continu nieuwe mensen te ontmoeten. Je wordt dezer dagen continu bestookt door tv, film, internet. Het is niet dat het me te veel is, ik vind het gewoon niet zo belangrijk. Ik lijd mijn leven het liefst aan de hand van mijn eigen ritme.' 

Black Noise van Pantha Du Prince verschijnt op Rough Trade/Konkurrent. Hij speelt op zondag 7 maart in de Melkweg in Amsterdam met o.a. Paul Kalkbrenner, Minilogue en Ricardo Tobar.