Rozenwater moet clubs redden van schraal-bier-en-zwetende-mensen-geur

"Glazen halen op kruishoogte is geen pretje sinds het rookverbod"

Nu het rookgordijn langzaam optrekt, komt een vervelend nieuw geurtje boven in clubs: schraal bier en zweet. Is dit de nieuwe geur van het uitgaansleven? Of zijn er oplossingen?

"Glazen halen op kruishoogte is geen pretje sinds het rookverbod"

Je kunt veel zeggen van het rookverbod, maar de atmosfeer in clubs en podia kan er alleen maar beter van worden. Je kleren stinken niet meer naar rook, de zaal staat niet meer blauw. Heerlijk. Of toch niet? De eerste stappen in het rookvrije nachtleven leren anders. Het gaat misschien wat ver om te stellen dat 5 Days Off stinkt, maar dat het ontbreken van een rookgordijn een onaangename nieuwe geur boven brengt, dat mogen we toch wel concluderen. Ook Jon Heemsbergen van de Melkweg, een van de locaties van 5 Days Off, heeft het gemerkt. "Je kent misschien de geur van een club als je er de volgende ochtend binnen stapt, als er nog niet schoongemaakt is. Een mix van mensengeur en schraal bier. Die geur begint nu om een uur of vier 's nachts al op te komen. De glazenrapers zijn niet zo blij. Glazen halen terwijl je bukt op kruishoogte is geen pretje sinds het rookverbod. Maar ja, wat doe je eraan? Misschien is het een kwestie van wennen."

De Melkweg is zeker niet de enige club met dit probleem. In landen waar het rookverbod al langer geldt, zoals Frankrijk en Engeland, is het een bekende bijwerking. Het zou kunnen dat de nieuwe geur snel onlosmakelijk verbonden is met het uitgaansleven. Precies zoals je de geur van je eigen huis ook niet meer ruikt. Maar misschien is er ook wel een oplossing. Er wordt immers veel onderzoek gedaan naar geuren. In winkels en op kantoren is het gebruik van geurverspreiders steeds normaler. "In de Albert Heijn wordt bewust een geur van vers brood in de winkel verspreid, in kantoorruimtes waar lange vergaderingen plaatsvinden worden geurzuilen geplaatst", zegt geurexpert Marije Fransen. Zij geeft les over de werking van geuren aan de TU in Eindhoven. Zulke geurverspreiders zouden ook in de horeca van pas kunnen komen, vindt ze. "Er zijn ongetwijfeld al bedrijven bezig met de ontwikkeling van speciale producten voor in cafes. Het is een gat in de markt."

Zo'n bedrijf is Smart Nose, gevestigd in Amersfoort. Volgens Jeanine Verbeek van moederbedrijf Senta, een communicatie adviesbureau, worden verschillende technieken gebruikt bij het bestrijden van luchtjes. "Je kunt een geur verspreiden die sterker is dan de geur die je wilt verbergen. In dit geval is dat lastig. Bij een hardnekkige geur, zoals die van bier in cafes, heb je wel een heel dominante geur nodig. Dat is ook weer niet de bedoeling." Intelligenter (en kostbaarder) is het ontwikkelen van een speciaal middel, een chemische truc. "Je kunt een speciale geurcompilatie maken waar de geur die je wilt verbergen deel van uitmaakt. In het verleden is dat wel gedaan met rookgeur. In het uiteindelijke middel laat men dan de tabakslucht weg, zodat die geur in de ruimte als een puzzelstukje op zijn plek valt. Zo'n geursysteem zou zeker een oplossing kunnen zijn, maar eenvoudiger is om de bron aan te pakken. De lucht goed filteren en een goede poetsploeg aannemen dus."

"Synthetische geuren zijn een slecht idee", vindt Erich Berghammer. Als Aroma Jockey Odo 7 verzorgt hij al jaren de geur op dancefeesten. Uitgerust met flesjes geurstof en grote ventilatoren vertaalt hij de sfeer van het feest naar geuren. Hoe groter het feest, hoe groter de ventilatoren. "Deze zomer sta ik op het hoofdpodium van Mystery Land samen met Isis. Dat worden de grootste ventilatoren tot nu toe. Propellors zonder vliegtuigen, zeg maar." Berghammer, die de sigaret zelf omschrijft als 'wierook om in te ademen', gebruikt bij zijn performances alleen natuurlijke geurstoffen. "Chocolade, aardbeien. Van synthetische stoffen krijgen mensen hoofdpijn of worden ze agressief. Ik zou clubs afraden van die geurzuilen neer te zetten."

De vreemde geurtjes zijn nieuw in het clubleven, maar stankproblemen zijn al zo oud als de weg naar Rome. Letterlijk. "In het Romeinse rijk was stank een van de grootste problemen", vertelt Berghammer. "Daar werd serieus over nagedacht. In de arena's bij het paardenrennen kreeg iedere bezoeker bij de ingang een flesje rozenwater. Op het teken van de keizer gooide iedereen dan zijn flesjes op de renbaan. Die flesjes braken dan, of de paarden renden er overheen, en dan rook in een mum van tijd de hele arena naar rozen. Het mooiste is, rozenwater is puur natuurlijk en goedkoop." Het zo kunnen dat feestgangers binnenkort monstertjes met rozenwater uitgereikt krijgen, maar veel horecagelegenheden zullen zo'n geurbestrijdingsprogramma ongetwijfeld overbodige luxe vinden. De kans is groot dat we die zurige bierlucht en de penetrante geur van zweet voorlopig nog niet kwijt zijn. "Waar mensen samenkomen is nu eenmaal stank", lacht Berghammer. "Daar doe je niets aan."