Het stijve imago van de schouwburg staat volgens directeur Joery Wilbers van Nieuwe Nor een samenwerking tussen zijn Heerlens poppodium en stadgenoot De Schouwburg niet in de weg. De twee verschillende werelden zitten al enige tijd rond de tafel. Ze willen samenwerken: samen Heerlen op de kaart zetten, hun capaciteit vergroten. Tot spijt van directeur Wilbers heeft dit alleen nog niets concreets opgeleverd. Maar dat er iets gaat gebeuren, daar is hij zeker van. Ook schouwburg Almere denkt serieus na over een samenwerking met zaal De Meester.

In Nieuwe Nor past 400 man, maar dan is het ook echt vol. In de middenzaal van de schouwburg kunnen zo’n 1000 personen staan. Slaan de schouwburg en het poppodium de handen ineen, dan zou dat een verdubbeling van de capaciteit betekenen. Maar Wilbers geeft toe, organisatorisch is een samenwerking niet heel praktisch. “De mogelijkheid dat je concerten zou kunnen doorplaatsen naar de schouwburg is nihil, dat snapt iedereen. Een schouwburg boekt jaren vooruit, waardoor het bijna niet mogelijk is concerten door te plaatsen. We hebben het al een paar keer geprobeerd. Laatst nog met Beth Hart. Die kregen we aangeboden, maar ze is eigenlijk te groot voor onze zaal. Helaas lukte het ons niet haar in de schouwburg te plaatsen. Er was geen datum meer vrij.”

Maar op papier is het plan volgens hem wel degelijk goud waard. “In intentie is het allemaal goed. De kans van slagen zit hem ook vooral in de marketing. Samen kunnen we laten zien dat we in Heerlen goed bezig zijn. Ook kunnen we op deze manier ons publieksbereik vergroten.”

Schouwburg Almere boekt sinds deze zomer ook popconcerten. De Dijk gaf de aftrap en dit weekend staat Opgezwolle op de bühne. Tot 2008 is voor de concertprogrammering een vaste persoon aangesteld. Vorige week liet poppodium De Meester in Almere nog weten ‘verdrietig’ te zijn om het besluit van de schouwburg zich buiten het podium om op popprogrammering te richten, maar de lucht lijkt inmiddels te zijn geklaard. Zo laat hoofd programmering Wendy Draaier nu weten dat in de toekomst een mogelijke samenwerking met De Meester zeker een optie is. Op dit moment voeren de twee gesprekken. “We bekijken hoe we elkaar kunnen aanvullen en de programmering op elkaar kunnen afstemmen. Maar dat is eigenlijk pas iets voor volgend jaar. We richten ons nu vooral op de publiciteit. Zo willen we samen een boekje en flyer maken met daarop het gezamenlijke aanbod.”

Ondanks dat de mogelijkheden beperkt zijn, houdt Wilbers op het gebied van programmering, een sprankeltje hoop. “We moeten elkaars taal leren beheersen, elkaars werkwijze leren kennen. Als we dat kunnen, moet het mogelijk worden samen een programma neer te zetten.”

Is het andere steden aan te raden samen te werken? Zeker, zegt Wilbers. “Maar ik moet wel zeggen dat ik het heb getroffen met de directeur van de Heerlense schouwburg. Vaak zijn het nogal eigenheimers, die schouwburg directeuren, maar wij vormen rond de tafel een perfecte combi. De praktijk moet dit nu gaan bevestigen.”