Als De Dijk golft, dan golft het publiek gewoon mee

Een dijk van een show in een overvol Arsenaaltheater

Karlijn de Splenter ,

Hoe cliché het misschien ook klinkt, De Dijk zet vrijdag een dijk van een show neer in een overvolle zaal van Het Arsenaaltheater in Vlissingen. Met een repertoire van liedjes van het nieuwe album ‘Allemansplein’ afgewisseld met ‘kneiters’ van gouwe ouwe klassiekers wint de band het Zeeuwse publiek al snel voor zich.

Voor de 61-jarige frontman Huub van der Lubbe voelt het concert naar eigen zeggen bijna als thuiskomen. Afgelopen zomer was hij namelijk al vaker in de buurt van Vlissingen te vinden voor de rockopera ‘O die zee’ waar hij de liedteksten voor schreef. Maar, dat hij nog niet helemaal is ingeburgerd in het Zeeuwse leven blijkt wel als hij de Ooster- en Westerschelde door elkaar haalt. Hoe beroerd zijn aankondiging  voor het nummer ‘Als Het Golft’ hierdoor klinkt, des te beter het nummer zelf uitpakt.

Foto

Het hele publiek laat zich meedeinen op de muziekgolven van het bekende nummer. Al is dat voor sommige bezoekers misschien niet geheel vrijwillig. De zaal is namelijk tot de nok toe gevuld (het concert was uitverkocht) waardoor de toeschouwers als sardientjes in blik wel mee moeten bewegen met hun enthousiaste buurman en/of buurvrouw.
 

Van der Lubbe doet er alles aan om het publiek het naar zijn zin te maken. Fit als een hoentje doet hij zijn bekende, lichtelijk houterige dansjes. Hij neemt de tijd om tussen de nummers door af en toe een persoonlijk praatje te maken met fans die dichtbij het podium zijn gekropen. Al moet hij aan één van hen tijdens het concert toegeven dat hij het iets te druk heeft met optreden om samen op de foto te gaan. 

Knallers

De kleine grapjes van de frontman maken de show. Zo zet hij zijn gitarist Jelle Broek letterlijk en figuurlijk in de spotlight, omdat hij dezelfde initialen heeft als ‘onze Ulsterse’ J.B. Meijers, maar eigenlijk veel beter speelt. De andere bandleden blijven ook niet onbenoemd. Ze krijgen stuk voor stuk een eigen introductie.
 
Nu lijkt het alsof Van der Lubbe heel veel praat, maar dat is helemaal niet zo. Hij doet vooral waar hij goed in is: zingen van verhalende liedjes, zoals de lekkere knallers ‘Ik Kan Het Niet Alleen’ en ‘Dansen Op De Vulkaan’, maar ook het emotionele ‘Onderuit’.
  
Naarmate het einde van de show nadert is de zanger een aantal kledingstukken lichter en heel wat zweetdruppels rijker. Na een stuk of drie toegiften verlaten de bandleden dan echt het podium en mag het licht uit. Maar niet voordat Van der Lubbe heeft beloofd om snel weer naar Zeeland te komen. Zo kan het publiek de oververhitte zaal met meer dan een glimlach verlaten.