3voor12 Utrecht Recenseert (26)

Charl Delemarre, My Cat Sparky, Blaudzun en Werner Urban

redactie 3voor12 Utrecht ,

Bij 3voor12 Utrecht luisteren we niet alleen veel muziek, we vinden er ook nog wat van. In onze recensierubriek bespreken we regelmatig uiteenlopende releases van Utrechtse bodem. In deze editie lees je over de nieuwe releases van Charl Delemarre, My Cat Sparky, Blaudzun en Werner Urban. Waar mogelijk hebben we een stream onder de review geplakt, zodat je direct je eigen mening kunt vormen.

Ons recensententeam bestaat deze keer uit Wouter Bal [WB], Jelmer Bergsma [JB], Niels Spinhoven [NS] en Michiel van de Weerd [MW]. Wil je zelf ook graag je mening kwijt, of wil je jouw album (fysiek, digitaal of stream), EP, single of wat dan ook in 3voor12 Utrecht recenseert? Stuur gerust een mailtje.

CHARL DELEMARRE - CHARL

Na het winnen van de Grote Prijs van Nederland is het hard gegaan met Charl Delemarre. Zijn eerste EP De Bekentenis kreeg niet alleen goede kritieken van de pers, maar wist hij ook te verzilveren door op te treden als voorprogramma van De Dijk en Guus Meeuwis. Hoog tijd dus voor een volgende stap, die Delemarre vol overtuiging neemt met zijn tweede EP Charl. Minder rauw en op de piano georiënteerd dan zijn voorganger en met een grotere rol voor de begeleidingsband laat Charl zich kenmerken door een geluid dat regelmatig doet terugdenken aan dat van De Dijk van pakweg 25 jaar geleden, wellicht niet vreemd met Antonie Broek achter de knoppen. Neem bijvoorbeeld de intro van single ‘Lichtelijk Verlicht’, of de gitaarsolo in ‘Omarm Me’  ̶̶̶  alsof je teruggeworpen wordt naar begin jaren negentig. Wat overigens helemaal geen zwaktebod blijkt. Dat enigszins gedateerde geluid zorgt er juist voor dat Charl voelt als thuiskomen. De EP staat daarnaast ook nog eens vol met liedjes met een hoopvolle boodschap: omarm het leven en sta stil bij wat je doet. Teksten die we wel kunnen gebruiken in huidige tijden. Gecombineerd met de warme stem van Delemarre levert dat bij beluistering van Charl een uitermate vrolijkmakend gevoel op. Een echte feelgoodplaat voor deze zomer dus, waarmee Charl Delemarre laat zien dat hij de potentie heeft om een van de grote spelers en publiektrekkers van de Nederlandse popmuziek te worden. Je ziet de festivalweides al voor je met mensen die in koor het refrein van ‘Leef’ meezingen. Het zou ons dan ook niets verbazen als zijn optreden op Pinkpop dit jaar zijn grote doorbraak bij het grote publiek wordt. [WB]

MY CAT SPARKY - #1 EP

En toen plofte debuut-EP #1 van het hagelnieuwe bandje My Cat Sparky op de mat. Het ding bevat schijnbaar achteloos geschreven en op de band gesmeten gitaarpopliedjes van het soort waar Pavement en The Lemonheads ruim twintig jaar geleden successen mee vierden. We zeggen schijnbaar achteloos, want mits vakkundig gecomponeerd kan juist dit type popliedjes zich na een paar luisterbeurten opeens akelig hardnekkig vastzetten in je hersenpan. En de songs op #1 zijn erg goed gemaakt. Dus wees gewaarschuwd! Een nadere blik op de namen achter dit poezebeest leert dat het dit keer geen goed gelukt afstudeerproject is van een stel jonge Herman Brood Academie-studenten, maar van drie mannen die samen al de nodige sporen hebben achtergelaten in de Utrechtse indiepop en die verdomd goed weten waar ze mee bezig zijn. Lou Swinkels drumde in het ter ziele gegane Mr. Love and The Stallions. Zanger en liedjesschrijver Bas van de Looij speelde ook in die band en bovendien in het onvolprezen The Maureens. En in die laatste band baste Randy Linskens dan weer. De drie combineren de energie van Mr. Love en de directheid van The Maureens in ruim 11 minuten bezielde indiepop, waarin de hemel weliswaar niet wordt bestormd, maar die wel bewijst dat het genre tijdloos en allesbehalve afgeschreven is. [NS]

 

 

 

BLAUDZUN - JUPITER PART II

We volgen wielerliefhebber Blaudzun tijdens zijn Tour-de-Jupiter. Part I is het startschot voor de meest productieve periode uit Johannes Sigmonds carrière geweest. Krap vijf maanden later begint de in Amersfoort woonachtige singer-songwriter met Jupiter Part II namelijk al aan de tweede etappe. Verrassend waren de afgelegde kilometers nog niet, maar duidelijk is wel dat hij met de beteren mee kan. 'When We Wrote This' is de voorzichtige, melancholische start van Part II, dat een minder elektronisch, vrolijker geheel is geworden dan Part I. Sigmonds kenmerkende oplopende zang lijkt wat meer sereniteit te bevatten dan voorheen, en ook de composities brengen iets meer rust. Deze zijn meer voorzien van een kop en staart en de basis van bas en drum doet het geheel iets traditioneler aanvoelen. 'Press On (Monday's Child)', 'Outside The Lights Of The City' en het bijna euforische 'To Be Lost in '87' zijn allen funky uptempo rocksongs waarop men maar met moeite stil kan blijven zitten. Het sexy geluid van de dampende baritonsax begeleidt Blaudzun ook nu weer, dansend op de pedalen, richting de finishlijn. Tekstueel is het album veel minder persoonlijk dan zijn voorganger. De muziek voelt opbeurend aan, maar desondanks passeren zware thema's als het lot van vluchtelingen en het eind van de wereld in 2087 de revue. 'Modern Talk' is commentaar op populisme en het ge-, dan wel misbruik van social media blijkt de perfecte inleiding voor de instrumentale chaos die daarop volgt. 'Manic Talk' is namelijk een bliksemsnelle demarrage, doordrenkt met woede en angst. Blaudzun's tweede etappe is een mooie doch korte gebleken, misschien te kort om echt van koers te veranderen. De finish is in zicht is en er kan al teruggekeken worden op een pracht van een rit. Toch blijft het verlangen naar een verrassende eindsprint, om de Tour-de-Jupiter als ware zegetocht af te kunnen sluiten. [JB]

DWORZEC TOWAROWY, AN AUDIO EXPEDITION BY WERNER URBAN

Werner Urban is een onafhankelijke producer en geluidsontwerper die zich al tien jaar bezig houdt met muzikale projecten die variëren van hiphop tot kunstprojecten tot obscure geluidslandschappen. Dworzec Towarowny is de naam van een verlaten station net buiten het centrum van de Poolse stad Wroclaw. Ter plekke heeft Urban geluiden opgenomen die te maken hebben met het vergeten verleden van deze plek, waarmee hij de geschiedenis van deze plek heeft gedocumenteerd. De opnames heeft hij gemaakt met vriendin en fotografe Lilian van Rooij. Deze heeft hij in de studio bewerkt en gemixt met beats, soundscapes en gesproken Nederlandstalige tekst. De tekst laat duidelijk de documentatie van het opnameproces in het station horen. Zo klinkt bijvoorbeeld Urbans geklaag om het feit dat de recorder nat wordt. De twaalf nummers geven een beeld van hoe het station ooit geklonken moet hebben; het klingelen van metaal, het breken van glas, het snerpende geluid van beton en de harde, koude wind die door het station blaast. De beats houden de sounds bijeen door ze van ritme te voorzien en ze in tijd in te delen. Over het algemeen zijn de ritmes best wel laidback, waarmee dit album een 'chille' luisterervaring oplevert; een soort ambient-soundscape-stationsgeluiden-trip. Toegegeven, je gaat dit album niet draaien als je ouders op bezoek zijn, maar als je zin hebt in een trip, jezelf de ruimte geeft om even weg te waaien naar vervlogen tijden van een Pools vrachtstation, dan kan je met deze experimentele plaat van Werner Urban mooie momenten beleven. [MW]