Grijs Gebied laat bezoeker ronddwalen in verschillende muzikale universa

Undergroundavond in Hall of Fame laveert tussen ernst en meligheid

Maarten de Waal ,

Na de succesvolle eerste editie van ‘Grijs Gebied’ eind 2015 kon een vervolg van dit festival rond acts gelieerd aan het Monomentumlabel natuurlijk niet uitblijven, dus kunnen we ons ook dit jaar op een gure novemberdag vervoegen bij de Hall of Fame voor een avond vol bandjesvermaak. Deze keer heeft platenbaasje Tim de handen ineen geslagen met Broken Toaster Records, dat in de foyer van de Hall een aantal acts mag neerzetten. Benieuwd hoe deze collaboratie zal uitpakken.

Het feest begint al in de late middag met het kersverse bandje Hyebfarin Tyhbde dat de boel mag aftrappen in de zaal. Wanneer we binnenkomen is de band al bezig voor een verrassend grote hoeveelheid publiek, dat wordt vergast op een potje, laten we zeggen ‘ontregelende rock’, die haar geheimen net zo moeilijk prijs geeft als de bandnaam reeds doet vermoeden. Het drietal, waarin de eerdergenoemde Tim nu eens niet de drumstokken hanteert, maar met zonnebril en kleurige blouse aan de knoppen draait en af en toe iets door een microfoon verkondigt, bestaat verder uit een bijzonder verdienstelijke gitarist en een zeer ijverige drummer, die op het laatste moment de reguliere trommelaar heeft moeten vervangen en dus zeer snel het nog bescheiden materiaal heeft moeten instuderen. Dat heeft hij goed gedaan, want de timing van de alle kanten op schietende nummers is prima. Het project lijkt op dit moment vooral een ludieke creatieve uitlaatklep voor de muzikanten, met als doel zichzelf en elkaar de gelegenheid te geven op een jolige wijze met wat muzikale ideeën te stoeien en vooral veel pret te hebben. Dat lukt in elk geval zeker, en de gezamenlijke kwaliteiten bieden zonder meer hoop op een interessante toekomst.

Nu is er een korte pauze in het programma, die helaas nog niet meteen kan worden ingevuld als dinermomentje, want de mannen van ‘The Smoker’ net buiten de zaal zijn nog druk bezig hun zaken gereed te maken. Als ze klaar zijn verdringen de hongerigen zich begrijpelijkerwijs voor hun kleine tentje, dus besluiten we ons culinaire heil even verderop te zoeken, maar we zijn gelukkig toch nog tijdig terug om het grootste deel van het optreden van Aidan & The Wild mee te pikken. Aidan zagen we al eerder aan het werk, maar dan solo als singer-songwriter. Inmiddels blijkt zowel zijn haardos als zijn act behoorlijk gegroeid, en heeft hij een hele groep om zich heen verzameld. Hij maakt nu een heel eigen en eigenzinnige muzikale mix waarin invloeden van folk, highlife en een vleugje rockabilly (met de typerende staande bas) te bespeuren zijn, een op het oog wat bizarre combinatie van stromingen die echter in de praktijk wonderwel blijkt te werken. Aidan was altijd al een goede gitarist en songwriter, maar bewijst in deze incarnatie daarenboven nog over een origineel muzikaal brein te beschikken. Inhoudelijk blijft hij deze avond onovertroffen.

Ondertussen zijn we behoorlijk uitgelopen en spoeden we ons naar de foyer, waar echter nog niet veel gaande lijkt. Na een verblijf in het rookhok en de buitenlucht zien we bij binnenkomst enkele jongelieden druk in de weer, die echter duidelijk nog in de opbouw- en soundcheckfase verkeren. Terug naar de zaal dan maar, en zie, daar blijkt postrockact Syraforest bezig aan een typisch filmische en meeslepende set. Podiumpresentie en communicatie met het publiek zijn niet de forte van de meeste mensen die in dit genre actief zijn, maar de manier waarop deze jongens na hun optreden bijna schuw en verontschuldigend van het podium afdruipen, is toch wel een speciale vermelding waard. In schril contrast hiermee staat Bollo Seedless in de foyer, dat qua podiumpresentatie flink uitpakt met corpse paint, een jongen met een masker dat wat doet denken aan een ajuin voor zijn gezicht en als klap op de vuurpijl een kerel met een hoop boerenkool op zijn kop, die daarmee een zekere ‘green man’-uitstraling weet te bereiken. Muzikaal bewandelt dit biologisch-satanisch gezelschap een doornig pad dat het midden houdt tussen parodie en totaal echec. Aanzetten tot muzikaliteit zijn hier en daar wel aanwezig, maar blijven op een uiterst rudimentair niveau steken, en het is duidelijk dat de band vooral beoogt een soort gimmick neer te zetten. De vraag hoelang zoiets boeiend blijft, kan ieder slechts persoonlijk beantwoorden, maar zelf zetten we ons na enige tijd terneer op één der bankjes aan de zijkant en kunnen dan een geeuw slechts met moeite onderdrukken. Andere aanwezigen staan echter tot aan het eind met een grijns voor het podium.

Wat het oordeel over de voorafgaande band ook mag zijn, feit is dat het aansluitende Mexican Surf in de zaal een mooi feestje bouwt middels wat met de nodige branie gebrachte surfige garagerock. De frontman weet het tot dan toe nogal afwachtende publiek al snel in groten getale vlak voor het podium te krijgen, en zweept het vervolgens moeiteloos op tot enige spring- en moshactiviteit, waarbij hij niet schroomt zich ook zelf in het strijdgewoel te gooien. Qua energieniveau zeker het hoogtepunt van de avond. Vervolgens valt er weer een gaatje en kunnen we even een frisse neus halen, maar het ijselijk, pardon dolenthousiast gegil van enkele dames herinnert ons eraan dat Nothing But Net in de foyer begonnen is. Wanneer we na enige tijd voorzichtig ons hoofd naar binnen steken, blijkt het hier te gaan om twee zeer beweeglijke, apart uitgedoste jongens die een veelheid van elektronische tracks van komische raps voorzien. Meligheid en een grote nadruk op het visuele aspect van een show zijn twee belangrijke pijlers van de acts op het Broken Toaster-label, zo wordt ons langzaam duidelijk.

Wederom contrasteert het optreden van Monomentumact Bombardier Muffy sterk met het voorafgaande gebeuren in de foyer, want hier hebben we te maken met een serieus zwoegend drietal dat enkele oerdegelijke stonernummers op ons afvuurt. De presentatie is op wat geometrische visuals na weinig sexy, maar het sterke materiaal heeft eigenlijk verder ook geen ondersteuning van node, en al snel bemerken we dat ons hoofd onwillekeurig de neiging heeft mee te gaan knikken, wat altijd een goed teken is. En dan zijn we al toe aan de laatste act uit de Broken Toasterstal, Salad Shooter, een gezelschap dat wederom veel aandacht heeft besteed aan het podiumbeeld en daarbij een licht hypnotiserend klanklandschap produceert dat ons op dit moment van de avond zeker niet stoort, terwijl we in een hoekje van de zaal beneveld zitten te wezen.

Een vluchtige blik op ons horloge leert ons echter dat het ondertussen al tegen twaalven loopt. Zou Yama dan toch al niet bezig zijn in de zaal? Dat blijkt inderdaad het geval – de stonerhelden zijn zelfs al aangekomen bij het einde van hun set, waarvan we alleen nog het nieuwe nummer ‘Kali’ en de pakkende setafsluiter ‘Hollow’ meekrijgen, voordat de dj onbarmhartig de mogelijkheid van een toegift afsnijdt. Toch wel een beetje jammer, al hebben we de band (zij het zonder de nieuwe drummer) gelukkig al vaker aan het werk gezien en al zal men deze keer, door alle uitloop, sowieso maar een korte set gespeeld hebben. Een wat duidelijker tijdschema waar iets strakker de hand aan wordt gehouden, zou echter veel verwarring bij bezoekers en bands kunnen voorkomen; zeker omdat veel aanwezigen afhankelijk leken van het openbaar vervoer. Duidelijk was in elk geval dat tegen het einde het aantal toeschouwers terugliep, al waren een aantal Tilburgers ook speciaal voor Yama gekomen. Nu goed, hopelijk heeft beatmaker Dwayne Franklin nog enige toehoorders gehad, en los van deze kanttekening was het weer een uitermate aangenaam samenzijn. Volgend jaar weer?