Cd-recensie: Yonkers - ‘Hard Cases & Bad Ass Faces’

Seventies rockalbum met twee gezichten blaakt van zelfvertrouwen

Marc van der Geest ,

Je schijnt een boek niet op de kaft te mogen beoordelen; maar probeer dat maar eens bij het nieuwe Yonkers-album. Bekijk eerst de apocalyptische buitenkant vol George Grosz-achtige expressionistische schilderingen, en voel de hoge verwachtingen opkomen. Sla vervolgens het hoesje open en zie de lulligheid van de ovale muzikantenportretten en de begeleidende tekstjes over welk merk instrumenten men zoal bespeelt. En tracht dan eens neutraal die plaat te luisteren.

Verrassend genoeg kost dat minder moeite dan bovenstaande doet vermoeden. De band etiketteert zichzelf als seventies rockband en de plaat opent inderdaad met gitaarriffjes uit een vijfendertig jaar oude doos. Een paar minuten blijft de band heel dicht bij de invloeden - Black Crowes-piano’tje eronder, niets onverwachts - maar ineens versnelt de band, zet de zanger een Johnny Rotten-sneer op en slaat het nummer dertig seconden lang volledig om. Het zijn dit soort trucjes die ook andere, niet bijster originele nummers (veel Led Zep- en AC/DC-riffrock) een onverwacht punkrandje geven. In één klap compenseert zanger Michiel Jonkers zo het feit dat hij met zijn stem The Voice of Holland niet gaat winnen.

Desalniettemin dreigt ‘Hard Cases & Bad Ass Faces’ na drie nummers een lange zit te worden voor iedereen die niet smoorverliefd is op de uitgesponnen rock van de zeventiger jaren - zeker omdat de nummers gemiddeld vijf (!) minuten klokken. De band lijkt zich daar bewust van te zijn en speelt zijn eerste troef uit: ‘The promise’ is gebouwd op sterke melodieën en heeft een hoge anthem-potentie. De andere uitschieter is het acht minuten lange ‘See no evil, hear no evil’ - het sleutelstuk van de cd, een serieus epos maar dan zonder de aanstellerij die daar vaak mee gepaard gaat. Wel veel abrupte breaks, subtiele akoestische gitaren en dito pianowerk. Mooi.

De rest van de cd haalt dat niveau niet meer. De recht-zo-die-gaat-rock van nummers als ‘Something in the way’ en ‘Foul play’ (met opzichtig geleend 'Whole lotta love'-basloopje) hadden beter uit de verf gekomen met een wat minder kale productie, en ‘Goodbye to hard times’ is een makkelijk mee te brullen maar wat stuurloze afsluiter. Waar de schoonheid van de hoes aan de buitenkant zit, heeft de plaat zijn hoogtepunt in het midden. De grote kracht van ‘Hard Cases’ is echter het hoorbare zelfvertrouwen van een band die precies doet waar ‘ie zin in heeft, zonder met zijn eigenwijsheid te koop te lopen. Zo’n mentaliteit is prijzenswaardig. Zelfs als dat een heel lelijke binnenhoes oplevert.

Op 18 februari speelt Yonkers in Lokaal Vredebreuk in Den Haag.