No Future: de reformatie van Minny Pops

Tekst en foto's: Leonor Jonker ,

Postpunkpioniers Minny Pops zijn voor het eerst in dertig jaar weer live te zien. Tussen 19 en 24 januari voerde de ‘Standstill to Motion’-tour ze langs Sheffield, Leeds, Manchester en Londen. Leonor Jonker, auteur van het boek No Future, volgde de band op hun korte tour door Engeland.

Het is meer dan dertig jaar sinds Minny Pops voor het laatst optrad in Sheffield, op 5 augustus 1980 in ‘The Blitz’. Frontman Wally van Middendorp zoekt de datum op in het tourbusje, als we net zijn opgehaald van het vliegveld East Midlands. ‘Een toepasselijke naam natuurlijk, want Sheffield is in de Tweede Wereldoorlog helemaal platgebombardeerd.’ Buiten raast de stad voorbij: industriële gebouwen en troosteloze nieuwbouw, omgeven door een prachtig heuvellandschap. ‘Tijdens deze tour wil ik in verbinding komen met het verleden,’ legt Van Middendorp uit aan tourmanager Milan. ‘Je kunt niet vooruitgaan als je het verleden negeert, dan verandert beweging in stilstaan: Motion becomes Standstill.’

Minny Pops werd in 1978 opgericht door Wally van Middendorp. Oorspronkelijk bedoeld als een project met een korte levensduur, waar slechts één single en drie optredens uit voort zouden komen, groeide Minny Pops uit tot internationaal bekende band, die platen uitbracht bij Factory Records en in het voorprogramma van Joy Division speelde. Na twee albums – het experimentele Drastic Measures, Drastic Movement en het dansbare, gitaarloze Sparks In A Dark Room – en talrijke bezettingswisselingen hield de band in 1981 haar laatste liveoptreden. Drie decennia later keert Minny Pops nu terug naar vier Engelse steden waar de band in de vroege jaren tachtig gespeeld heeft.

Nieuwe line-up
De wederopstanding van de band is nadrukkelijk géén reünie, maar een reformatie. Van Middendorp tourt traditiegetrouw met een nieuwe line-up: oudgedienden Pieter Mulder op bas en Wim Dekker als toetsenist, aangevuld met gitarist Mark Ritsema (Spasmodique/Mecano). Deze formatie heeft de nummers van toen afgebroken, geherinterpreteerd en opnieuw opgebouwd. Door weer op te treden wil Van Middendorp onderzoeken of er nog nieuwe wegen in te slaan zijn voor Minny Pops, met de techniek en ideeën van nu. De jonge veelbelovende Rats On Rafts, die het postpunkgeluid vertalen naar het hier en nu, zijn mee als support. Herhaling moet voorkomen worden.

In Sheffield wordt dan eindelijk de proef op de som genomen, maar niet vóór een bezoek aan de kapper. Een twitteroproep leidt ons naar Mick’s Barber Shop, een ouderwetse kapperszaak met pittoreske schilderijtjes, een vooroorlogse prijslijst en een tapijt vol haar op de vloer. Als Van Middendorp een praatje over muziek aanknoopt, knikt kapper Mick instemmend: ‘Lots of good bands came from Sheffield’. In 1981 kon Minny Pops de thuisbasis van Cabaret Voltaire niet overslaan. Intussen is er veel veranderd. De band speelt vanavond in The Plug, een betonnen poppodium. De opkomst valt tegen. Terwijl livemuziek barre tijden beleeft, wordt de zaal later omgetoverd tot een drukke nachtclub met tientallen schaargeklede meisjes en jongens in T-shirts die zich – uit de regen – naar binnen vechten.

Volgepakt
Na dit weinig veelbelovende begin rijden we de volgende dag naar Leeds, waar Minny Pops optreedt in de Brudenell Social Club. De zaal lijkt op het eerste gezicht een ideale locatie voor een bingoavond, met beige gemarmerd behang, donkerrood tapijt, spiegelpilaren, een laag plafond en wegzakbanken. Naast de zaal is een bar en games room waar gepensioneerde mannen luidruchtig dronken worden. Maar dan zijn er de posters, van gerenommeerde namen als The Selecter en Bow Wow Wow, waartussen Minny Pops niet misstaat. Het optreden is vanavond strakker, het spel meer minimalistisch en Van Middendorp beperkt zijn praatpauzes, waardoor het bevreemdende van de oude Minny Pops terugkeert. Het is een echte performance, compleet met eerste toegift ooit. De volgende dag vraagt Dekker aan Van Middendorp: ‘Jij ging toch bijna onderuit?’ Waarop deze gekscherend antwoordt: ‘Nee, dat was perfecte lichaamscontrole. Ik denk dat ik in de buurt van Nureyev kwam gisteravond!’

Minny Pops is terug, klaar voor de homecoming gig van de tour op zaterdagavond, als ze in Manchester spelen, stad van Factory Records. Gulliver’s is een zaaltje boven een pub in Oldham Street, een hippe straat waar je struikelt over de platenzaken. De zaal heeft een weggesleten tapijt en geen noemenswaardige lichtinstallatie. Overal ligt gebroken glas en alles plakt van het bier. Posters aan de muren herinneren aan het muziekverleden van de stad. Ritsema grapt tijdens de soundcheck: ‘Is het waar dat Oasis hier hun eerste optreden gaf?’ Onmiddellijk krijgen we ingelijst bewijs te zien van ‘the real claim to fame’ van Gulliver’s, als een belangrijke locatie in de geschiedenis van de Vrijmetselarij.

Wanneer we ’s avonds terugkeren hangt er een opgewonden sfeer in de volgepakte zaal. Lokale support Womb schijnt vanavond hun beste optreden aller tijden te hebben gegeven en Rats On Rafts worden enthousiast onthaald. Van Middendorp draagt speciaal voor de gelegenheid een wit overhemd met militaristisch embleem en danst manisch. De intense podiumpresentatie wordt geëvenaard door een wild dansend publiek. Achteraf zegt Van Middendorp: ‘Toen ik in Manchester kwam dacht ik eerst: god, in wat voor zaal zijn we nu weer terechtgekomen? Maar de beste optredens zijn als alles samenkomt en klikt, dat kan ook met een kleine installatie zijn.’

Stap één
Na een dag op de snelweg komen we op zondag aan in Londen. We verblijven in de buurt van Brick Lane, een hippe wijk vol street art, koffietentjes en vintage winkels. Ik spreek Wim Dekker over de succesvolle avond ervoor: ‘Vroeger was ons geluid nieuw voor de mensen, nu zijn de oren van het publiek meer gewend. In Manchester was er gewoon echte communicatie, dat hebben we nooit gehad met Minny Pops.’

’s Avonds wordt beraadslaagd wat een geschikte substantie (olijfolie? zeep?) zou zijn om over Van Middendorp te gieten tijdens het laatste optreden: het gaat een grootse finale worden.
In Londen moet Minny Pops harder werken om het publiek te overtuigen, dat meer afwachtend is dan in Manchester. Maar Minny Pops doet er alles aan. Na twee nummers verbazen ze het publiek door een minuutlang stokstijf stil te blijven staan, een handelsmerk wat dertig jaar geleden regelmatig agressie opriep. Tijdens de theatrale finale giet gastzangeres Dee van Robots In Disguise honing over Van Middendorp, die zich languit op het podium stort. Dekker: ‘Als je zoiets kunt als in Manchester, dat is één ding, maar als je een show aankunt waarbij je ze binnen moet slepen, wordt het echt interessant.’

De volgende ochtend spreek ik Van Middendorp in de hotellobby, voor we vertrekken. Is het gelukt in verbinding te komen met het verleden? Van Middendorp: ‘Met deze tour gingen we terug naar de basis, dat is voor mij heel belangrijk. We zijn nu eigenlijk voor het eerst gewoon een band in een busje. De timing was ook goed. Je merkt dat die muziek een bepaalde potentie heeft die we er nog uit moeten trekken, nu kunnen we verder ontwikkelen.’ Van Middendorp laat een notitie zien op zijn smartphone, van woorden die Minny Pops moeten beschrijven: hoekig, organisch, ruimtelijk, hoog en laag (qua geluid), schurend, geen controle (gekte), ritmisch. ‘We hebben ze allemaal geraakt. Missie geslaagd, stap één gemaakt. En nu de Melkweg.’

Leonor Jonker is auteur van No Future nu (Lebow-
ski), een boek over punk toen en nu. Bij Lebowski verschijnen deze maand bovendien:
Ultra van Harold Schellinx, een geschiedenis van de postpunkbeweging;
Bibikov for president van Martijn Haas, over de geruchtmakende lijsttrekker van De Reagering;
Vinyl,  een box met o.m. tachtig pagina’s Vinyl-tijdschrift en op cd de geremasterde Ultra-cassette uit 1981.