Motel Mozaique: Rats On Rafts achteloos goed

Rotterdammers winnen thuiswedstrijd op hun sloffen

Ingmar Griffioen ,

Rats On Rafts is een fenomeen, een sterke, opwindende jonge band waar Rotterdam trots op mag zijn. Toch loopt het tijdens deze halve thuiswedstrijd niet direct storm in Mini Mall. Nu betreden de vier branieschoppers de laatste tijd regelmatig in de Maasstad het podium en staan ze vanavond tegelijk geprogrammeerd met The Maccabees, Boy & Bear en Ane Brun. Het lijkt de Rotterdammers niet veel te kunnen schelen. Wat wel eigenlijk? Nonchalance als wapen.

CONCERT
Rats On Rafts, Motel Mozaique, Mini Mall, zaterdag 21 april 2012

MUZIEK
Rats On Rafts speelde eind vorig jaar veel op de Popronde, beleefde een doorbraakje in het kleinste café van Incubate en toen ging het hard: de Rats tekenden bij Top Notch, dat hun debuutalbum (vinyl only verschenen bij Subroutine Records) in januari opnieuw uitbracht. Ondertussen ging de tourkaravaan verder langs Le Guess Who?, State-X New Forms, Noorderslag, er volgde een tweede clubtour, een Engelse tour met BBC radio 6 sessie, Paaspop en straks Dauwpop, twee shows op het Spaanse Primavera en deBeschaving. En dat met muziek die in de jaren '80 het hoogtepunt beleefde: postpunk in de geest van voorbeelden The Fall, Joy Division, The Cure, Echo & The Bunnymen en Nederlandse acts als De Div en KIEM, waarvan ze het heerlijk stuwende The Moneyman leenden.

PLUS
Zo nonchalant, bijna achteloos over het podium bewegend met een uitstraling van een stel über-stonede Engelsen die het allemaal geen fuck kan schelen wat wij, de Matthijs van Nieuwkerks, de Leo Blokhuizen en Giel Beelens ervan vinden. Een voorname 'Fuck you' attitude, maar ondertussen onverstoorbaar en strak doorspelen en uitgroeien tot zelfverzekerde, geroutineerde band. Die ritmetandem, met beestachtige drummer en no-nonsense bassist, daar krijg je geen spaak meer tussen. De gitaristen spelen daar soms wild gebarend overheen. De band opereert wel met veel intensiteit, maar zonder al teveel frivoliteiten en zonder dat het het geluid schaadt. Ze openen met een nieuw nummer, wat aandoet als een medley van bestaand materiaal en spelen sterke versies van The Moon Is Big, The Moneyman, God Is Dead en Sailor. Hoogtepunt is de tot 15-minuten gerekte slotsong Jazz met een bijzondere gastrol voor twee blazers.

MIN
Er gaan wat technische dingen mis, waar de band waarschijnlijk zelf niet zoveel aan kan doen. De microfoonkabel geeft al na het eerste nummer luide klappen (kortsluiting), wat frontman David Fagan niet verhindert om met de stroom te flirten. "A small technical problem", legt hij droogjes uit, "maar hé: de regering is gevallen!" Halverwege vliegt de stroom er helemaal af en ook dat is geen probleem; dan doe je toch met het publiek The Moneyman a capella. Niettemin spelen ze net niet op de toppen van hun kunnen, alsof ze door de thuiswedstrijd wat te relaxed zijn en licht verslappen. Nog een minpunt: ze spelen de lange versie van God Is Dead niet.

CONCLUSIE
Daar stond hij dan in oktober 2010 met een lullig kartonnen doosje met vinyl-singles op de redactievloer: frontman David Fagan. Quasi verlegen de 'nieuwe' single The Moneyman pluggend. De band leverde in 2008 al eens een EP af en speelde zich sinds de oprichting in 2006 een slag in de rondte. Zelf je single pluggen, jezelf een onhip oud genre eigen maken en met veel scherpte en energie nieuw leven inblazen, en vooral jarenlang heel veel podiumkilometers maken; de vele arbeid vóór ze bekend werden betaalt zich nu uit. Het zijn (naast intrinsieke kwaliteit) de voornaamste verschillen met sommige Serious Talents bands, die op basis van één sterk nummer uitverkoren worden en zonder veel podiummijlen in een volle festivaltent door het ijs zakken. Dit is een Serious Talent met Rotterdamse werkethiek.

CIJFER
8